PBNA
ONTMOETING
DEN MIST
IN
DOOR
CERDA CAROLY
Een PBNA diploma
n
Ïfaiï
12
is een werkelijke introductie voor een be
trekking in de techniek. Het wordt niet uit
gereikt alleen omdat U bij PBNA les genomen
hebt, maar omdat U voor een examen geslaagd
bent, dat afgenomen is onder toezicht van
het Koninki. Instituut voor Ingenieurs.
Er is toekomst in de techniekvoor de
bekwamen.
Studeer techniek thuis.... in
BOUWKUNDE, WATERBOUW
KUNDE, WERKTUIGBOUWKUNDE,
ELECTROTECHNIEK, CHEMIE, ENZ.
Vraag gratis prospectus P
120 LERAREN
200 LEERVAKKEN
4000 CURSISTEN
/W'J LEVEN WEL lN\ EN OOK\|
EEN B'JTONDERE UITVINDINGEN
TUD VAN NIEUWE i piE HET WERK
UITVINDINGEN. DIE VAN DE HUI5
HET LEVEN VER VROUW VERGE
JE BEDOELT ZEKER
STOFZUIGERS EN^
IJSKASTEN:
JA MAAR IK DACHT VOOR-V.
NAMEUJK AAN WASMACHINESh
EN. .DE NI EU WfcjOVER
VETTE" RINSO
p
E WASMACHINE 15 EEN MOOIE UÏL)
VIN DIN6. MAAR MET
RINSO IS HU DUBBEL
IO VEEL WAARD.
WEL, WAT
Lgeeft DE NIEUWE"
RINSO DAN VOOR
lBUZONDERE VOORDELEN; i
RiNSO LOST VOORBEELDIG VLUG
OP EN GEEFT EEN SOP DAT VEEL
VETTER EN WERKZAMER IS. DAN IK.
OOIT MET GEWONE ZEEP_ f
OEDERS HEB KUNNEN
Vknucrki
WEL, PaA
IS EEN UITVINDING
WAAR IK M'JN HOED
OJOQR AF NEEM.
HET ÉÉN PAKJE RINSO
;D0E IK OE HELE WAS
VAN 5 PERSONEN
IN ANDERHALF
UUR
Cen PRACHT VAN EEN UITVINDING/)! Yan alle werkbesparende uitvindingen is
WCT K. D1K IC RiklRO I de „overvette Rinso. het enige wasmid
del dat speciaal voor .||e typen was-
machines gefabriceerd is. wel een van de
belangnjkste.Doorde speciale samen,lei-
om Ml'h "!!UWe Rr° het moflel'jk,
éénóik>R Va" het 9"in
terwiiTK ^"0 9 Schoon te kriiaen.
het n tl l°f "°9 9e»chilcl i». om
net gekleurde en flanellen
goed erin te wassen. Met
de nieuwe Rinso wast U
binnen anderhalf uur ruim
1 7 kilo gezinswas op vei
lige wijze schoon, voor
slechts 1 2V2 cent.
fcn niet alleen in de
wasmachine, maar
ook in elke tobbel
„OVERVET" en met geschenkenbon
R26-0100/1ZO
T")o jongeman op den hoek van Lin
coln Street, die te huiveren stond
in zijn lompige jasje, zong een sentimen
teel Italiaansch liedje „O, mocht ik nog
eenmaal het land van mijn droomen
aanschouwen". Het was bijna nog
een jongen, een zuidelijk type met
donkere oogen. die onrustig links en
rechts zwierven, uit angst voor een
agent. Slechts weinig voorbijgangers
werden bewogen door zijn poovere ver
schijning en schonken hem een paar
l»ennies de meesten merkten hem niet
up of veinsden liem niet te zien.
Van den kant van Mile End Eoad
naderde een voorname dame, gehuld in
een kostbare bontjas. Zij was vergezeld
van een eenvoudig gekleed meisje met,
duik zwart, baar. donkere, sprekende
)ogen en een zuidelijke teint. Terwijl zij
len hoek passeerden wierp het meisje
•en verrasten blik op den jongen en
bleef eenige passen verder aarzelend
taan. Zij zocht, in baar tasehje, keerde
>p haar schreden terug en stopte hem
twee shillings in de hand.
„Meer kan ik niet missen," zei ze in
'net Italiaansch en met een glimlach,
die al haar blanke tanden liet zien.
..Adieu, veel geluk."
„Dank u, signorita," mompelde de
verkleumde zanger verheugd en het
volgend oogenblik was het, meisje in
Ie menigte verdwenen.
Deze vluchtige ontmoeting zou Gio
vanni Maretti nooit vergeten. Gewich-
iger gebeurtenissen uit de jaren die erop
volgden ontgingen hem, maar die eerste
ontmoeting met een landgenoote in den
vreemde bleef hem altijd bij, evenals de
schitterende blik van haar oogen, haar
vriendelijke glimlach en de zegewensch,
waarmee zij liem verliet. „Veel geluk"
bad zij hem gewenscht en Giovanni
Maretti mocht zich van dien dag af in
derdaad rekenen tot, de troetelkinderen
der fortuin.
Er is wellicht geen droefgeestiger plek
iu Londen te vinden dan het Victoria
Embankment op een mistigen avond.
Over de rivier huivert de naargeestige
klacht van tientallen misthoorns en
sirenes het geklots van het donkere
water klinkt als een lokzang van den
dood en verloren in den killen zwarten
mist,, waarin men soms zelfs geen meter
voor zich uit kan zien, is het gevoel
van verlatenheid zoo groot, dat men er
zich een gevloekte ziel waant op zijn
zwerftocht door de ruimte der eeuwig
heid.
Deze sombere plek is alleen aantrekke
lijk voor dronkaards, zwervers en gauw
dieven, die men er dan ook bij menigte
kan vinden.
Agnita Spileto behoorde tot, geen van
die categorieën en wat haar dien avond
deed besluiten zich naar het Victoria
Embankment te begeven, was liaar zelf
een raadsel öf het moest het ver
langen zijn zich eens ongestoord aan
I haar verdrietige gedachten over te
kunnen geven.
Dien middag, toen de mist den dag in
den nacht deed veranderen, was de oude
Orlando met zijn orgeltje in de armoe
dige straat verschenen, waar zij woonde
Orlando, dien iedere Italiaan in Lon
den keilde, evenals zijn droevig liedje,
waarin hij zijn verlangen uitzong naar
de schoone boorden van den Tiber. De
droefgeestige klanken van bet versleten
orgeltje t ierelierden tegen de hooge, ver-
velooze gevels op en in haar zolderka
mertje had Agnita er met benevelde
oogen naar geluisterd. Zij had gedacht
aan haar dorpje aan den rand van de
Pontijnsche moerassen en aan alles,
wat haar aan dierbare herinneringen
aan haar jeugd nog bijgebleven was. En
toen was liet bedompte vertrekje, waar
in zij na haar terugkeer uit, Amerika haar
intrek bad genomen, liaar plotseling te
klein geworden. Zij was de straat opge
gaan en in den killen mist had zij den
weg gevonden naar het Victoria Em
bankment, waar zij zicli had neergezet
op de eerste de beste bank, die zij ver
laten liad gevonden. En daar bad zij zich
willoos overgegeven aan haar mistroos
tige gedachten en zorgen.
Giovanni Maretti dacht aan geen
zorgen, toen hij dien avond aan liet
Temple Station uit de ondergrondsche
stapte. Hij ging naar huis en nam zijn
weg langs het Victoria Embankment.
Terwijl hij met vlugge schreden de kade
afliep, hoorde hij in den killen, zwarten
mist een zachte vrouwenstem zingen.
Plotseling bleef hij staan. Hij verstond
zijn moedertaal en kende het liedje
,.0, mocht ik nog eenmaal het land
van mijn droomen aanschouwen...."
Giovanni keek ernstig. Hij ging op
het geluid af en struikelde bijna over een
bank. Op het eind van die bank zat een
jonge vrouw, die plotseling zweeg en
opstond, toen zij gerucht hoorde. Gio
vanni staarde haar aan en gedurende
een moment sloot hij zijn oogen. Hij
dacht te droomen, maar toen hij zijn
oogen weer opende had hij zekerheid. Zes
jaar lang had hij naar een meisje gezocht
met deze oogen en dit gelaat en thans
vond hij haar in den inktzwarten mist
aan het Victoria Embankment.
„Hallo," zei hij in zijn moedertaal,
terwijl hij ging zitten. „Van Gaëta
Agnita keek den landgenoot ver
rast aan. Hij was van haar eigen leeftijd,
goed gekleed, en boezemde haar ver
trouwen in met, zijn ernstigen glimlach.
Zij ging weer zitten. „Neen, Pagarra.
antwoordde zij onmiddellijk. „Een klein
dorpje, vier uur van Gaëta vandaan."
„Dus toch in de buurt," glimlachte
Giovanni. „Ik hoorde het aan de uit
spraak. Ik kom van Aruzio."
„Dat is vlak bij ons, twee uur loopen,"
zei Agnita en haar glimlach verjoeg
Giovanni's laatsten twijfel. Zijn blik
gleed over haar afgedragen mantel en hij
glimlachte opnieuw, nu hij haar armoede
geraden had.
„Het is me in geen vijf jaar gebeurd,
dat, ik iemand uit mijn eigen omgeving