Chronische Constipatie vereischt speciale zorg! /2é&eé A_ LEER GRATIS DEN WEG NAAR BETERSCHAP# GRATIS AANBOD! NORMACOL VOOR REGELMATIGE WERKING! 23 antwoord op een verwijtenden blik van Enataeie. ..Ik kon hem niet tegen houden." ,.U had hem tegen móéten houden zei Eustaeie. „Wat moeten we nu f" Juffrouw Thane sprak sir Tristram aan. „Als u de waarheid wilt weten, mijnheer —uw nicht is vannacht hier op den weg op 'n bende smokkelaars geston- ten en ze is ontzettend geschrokken." „Smokkelaars V' herhaalde Shield. „Ja," bevestigde Eustaeie. „Ik ben net aan dien dommen man aan 't. uit leggen. dat ik ben aangekomen van nacht en geen smokkelaar." „Pardon, meneer," zei de beambte. ..maar de jongedame beweert, dat zij vannacht op weg was om de postkoets te halen." Zijn toon gaf te kennen, dat hij aau de waarheid dier bewering sterk twijfelde, wat te begrijpen was. „Als je maar weet, dat de Koode I eeuw een fatsoenlijk huis is," bromde .Nye. ..Je zult hier geen smokkelaars vinden ..Als ik uw kelders maar wist, dan zou ik heel wat vinden, denk ik, meneer Nyeantwoordde de kommies. „Uw uitvlucht is goed, en de juffrouw schijnt u te willen helpen, maar ik laat me zóó makkelijk niet nemen Je hebt voor je deur de sneeuw weggeveegd, maar ik heb 't spoor gevolgd den weg langs, en ik heb er 't bloed op gezien „Dat zal best," zei Eustaeie. ,.'t Was heusch geen klein beetje." „En u wilt mij toch niet wijsmaken, dat u midden in den nacht uit paard rijden was, juffrouw Kom kom „U begrijpt het niet," zei Eustaeie. „Ik was op de vlucht." „Op de vlucht V* „Ja, vraagt u maar aan mijn neef hier. Ik ben mademoiselle de Vauban, en ik ben de kleindochter van lord La venham, en hij is sir Tristram Shield." Dit scheen indruk te maken op den kommies. Hij tikte voor sir Tristram aan zijn hoed, maar scheen nog niet overtuigd. „Goed, juffrouw, maar waar om gaat u dan 's nachts uit rijden Nooit gehoord, dat de deftige lui zoo iets deden." „Ik vluchtte voot sir Tristram," zei Eustaeie. „O zei de kommies, met een nog twijfelachtiger gezicht. Sir Tristram stond pal als een rots. J uffrouw Thane lachte inwendig» toen ze naar zijn beleedigd gezicht keek, en zei hortend ,,'t Is nogal eeneen erg delicaat geval, begrijpt u f" „Eigenlijk niet. madam," zei de kommies ronduit. „Waarom zou de jongedame wegloopen voor haar neef f" „Omdat hij me wou dwingen, om met hem te trouwen flapte Eustaeie er uit. De kommies keek sir Tristram met groot, respect aan en zei .- „Ja maar hoort, u eens, juffrouw. „Mijn grootvader is dood en mijn neef heeft mij in zijn macht," sprak Eustaeie. „En onderweg hierheen ont moette ik de smokkelaars. Ik was natuurlijk doodsbang en zij ook. want ze schoten op mijn rijknecht, en die werd gewond, en hij viel van zijn paard af met allebei mijn hoededoozen." Sir Tristram handhaafde een knorrig stilzwijgen, maar bij 't vernoemen van den rijknecht fronste hij de wenk brauwen en keek hij Eustaeie eens goed aan. „Zoo, juffrouw." zei de kommies. „Dan begrijp ik niet, dat ik maar sporen van één paard op den weg zag." „'t Andere paard schrok natuurlijk," zei Eustaeie. ,,'t Is teruggelonpen naar zijn stal." „Dol van den angst," vulde juffrouw Thane aan, en zij kreeg van Shield een blik. die boekdoelen sprak. „Hoe weet u, dat het paard naar stal teruggeloopen is, juffrouw Juffrouw Thane hield den blik van sir Tristram met den haren vast. „Dat heeft sir Tristram ons juist verteld zei ze met kalmen durf. „Toen 't paard zonder ruiter op 't Slot aankwam, was hij bang. dat zijn nicht een ongeluk had gekregen, en toen is hij wegge sneld in een razenden galop om te gaan helpen. Is 't niet zoo, mijnheer f" Den dwang der geestige grijze oogen in de zijne voelend, en het smeeken van een paar zwarte oogen, zei sir Tristram: „Ja zeker, madam." Met den blik. dien zijn nicht hem gaf. mocht hij zich beloond achten. Eustaeie zei „En toen heb ik dien armen rijknecht achter me op mijn eigen paard genomen, maar ik wist den weg niet zoo goed, en hij was té naar om me terecht te wijzen, dus toen heb ik een heelen tijd door 't bosch gedwaald." De kommies krabde zijn kin. „Ik zal eens naar dien rijknecht gaan kijken, juffrouw, als u 't goed vindt. Ik zeg niet, dat ik u niet geloof, maar dames kunnen zulke rare ideeën krijgen, als er iemand gewond is, en wijlen de lord neemt u niet kwalijk, meneer en juffrouw heeft ons nooit veel geholpen tegen die ellendige smokkelaars, trouwens, bijna de heele adel niet „Smokkelaars helpen f" zei juffrouw Thane beleedigd. „Beste man, weet je wel, dat je tegen de zuster van een vrederechter spreekt Laat ik je ver tellen dat mijn broer, die hier op *t oogenblik in huis is, heel ernstig denkt over smokkelaars en gesmokkeld goed Dit was de waarheid, bedacht zij, en 't zou wel indruk maken opden kommies.... als sir Hugh 't niet in zijn hoofd kreeg, plotseling op te dagen en den aard zijner gedachten kenbaar te maken. De kommies scheen inderdaad te wankelen. Hij keek de twee dame aarzelend aan en zei brommerig, dat hi bevel had tot huiszoeking. „0 ja f" zei Nye. „Wil je dan maai zelf aan sir Hugh Thane gaan zeggen, dat je zijn kamer na wilt zoeken Een vrederechter notabene Ik zal je één ding raden pas maar op dat ik me niet kwaad maak „Als u me aanmakt, zult u er spijt van hebben, meneer Nye," zei de kom mies, bezorgd kijkend naar de forsohi gestalte van den kastelein. „Een oogenblikje!" zei sir Tristram „Al die omhaal is nergens voor noodig Als je den rijknecht van mijn nicht vooi een smokkelaar aanziet „We hebben vannacht op iemand ge schoten, sir. en ik durf wel te zweren, dat 't raak was. En de dames zijn nu een maal erg gevoelig, als 't over een gewonde gaat „Da's best mogelijk," zei Shield, „maar ik ben niet zoo gevoelig, en ik ben niet gewend, smokkelaars of andere wetsovertreders te helpen." „Xee, meneer," zei de kommies, dooi flen scherpen toon van sir Tristram go raakt. „Ik bedoel natuurlijk ook niet....' „Als de gewonde inderdaad een lakei van 't Slot is, herken ik hem wel," ging Shield voort. „Breng me maar naar zijn kamer, dan weten we 't meteen." Even was er ijzige stilte. Sir Tristram keek niet den kommies,, maar Eustaeie aan, die zoo bleek was geworden als haar halsdoek en hem met duidelijke ontsteltenis aanstaarde. De stem van Nye verbrak de stilte. „Da's een goed idee, sir zei hij kalm. „IJ kent den knaap natuurlijk net zoo goed als ik." Sir Tristram kneep de oogen halt dicht. „Ja zei hij. Eustaeie fluisterde „Je kunt niet bij hem Hij heeft koorts!" Vervolg op blz. 25 iedereen roemt de voor de zuigeling- alias voor zijn gezondheid en welbekende Vasenokprepai verzorging. inderpoeder reme G p. stroolbus 50 Cts., Navulzakje 35 cent CHRONISCHE CONSTIPATIE is meestal het ge volg van een gebrek aan spijsverteringsslakken in de moderne voeding. Deze slakken en ballast- stoffen dienen om het zoo noodzakelijke volume te vormen, onmisbaar voor een regelmatige darm functie. Het gebrek aan slakken veroorzaakt ge leidelijk een gevaarlijke verslapping der darm- spierwerking. met Chronische Constipatie als gevolg. Om de normale darmfunctie te herstellen kan een snelwerkend laxeermiddel dus niet baten, maar moet een middel gevonden worden, dat het gebrek aan volume opheft en zoo geleidelijk den normalen toestand doet terugkeeren. Dit middel is Normacol. Normacol herstelt de normede darmfunctie langs natuurlijken teeg. De Normacol-korreltjes zwellen in den darmin- houd gelatineus op en vormen daar het zoo nood zakelijke volume. Normacol is zuiver plantaardig en bevat geen scheikundige bestanddeelen, noch paraffine. De kleine hoeveelheid Frangula - even eens zuiver plantaardig - heeft een gunstige uit werking op de darmwandspieren. Normacol heft Uw Chronische Constipatie op en behoedt U voor een herhaling, indien U een kleine dosis regelmatig blijft gebruiken. Gebrek aan baUaststoff en ver slapt de darmwandspieren, het geen op den duur tot Chro nische Constipatie lijdt. Normacol zorgt voor het tiood- zakelijke volume en herstelt op die te ij ze de normede darm functie. AAN C. N. SCHMIDT, AFD. R 25 KEIZERSGRACHT 31 AMSTERDAM-C. (S.v p. duidelijk en volledig in blokletters!) Doe den eersten stap in de goede richting door het in zenden van nevenstaande coupon in open envelop, gefrankeerd met 11/2 ct. postzegel, of zend ons een briefkaart. Dan ontvangt U gratis en franco een proef zending Normacol, genoeg om U van de gunstige wer- king te overtuigen. PLAATS: DEN HEER MEVROUW MEJUFFR.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1938 | | pagina 23