Kussen in kruissteek-borduur we rk lichtgeel, o donkergeel, lichtblauw, W donkerblauw, lichtrood, X donkerrood, K licht groen, X donkergroen, A goudbruin, lichtbruin, A donkerbruin. Voor haar, die nog van de zee willen profiteeren! Een leuke B a dtascli (48 X 30 cm.) Dit kussen met rijn aardige sprookjesvoorstelling is zeer geschikt voor opvroolijking van de kinderkamer. Wanneer men het vervaardigt van goed waschbaar materiaal kan men het, als het door het gebruik ietwat smoezelig is geworden, vlug even door een sopje halen en ons kussen is weer frisch en helder. Materiaal. Men neemt als materiaal voor dit kussen een grof soort linnen en bewerkt het met perlégaren. De kleur van het linnen is b.v. lichtrose en de kleuren van het garen b.v. licht geel, donkergeel, lichtblauw, donkerblauw, lichtrood, donker rood, lichtgroen, donkergroen, goudgeel, lichtbruin en donker bruin. Werkwijze. Het kussen wordt gewerkt volgens bijgaand tel- patroon. Men lette erop, dat de steken alle in één en dezelfde richting loopen, daar dit de gelijkmatigheid van het werk ten zeerste bevordert. Als het kussen klaar is, wordt het op een dik bekleede strijkplank gestreken met een eenigszins voch- tigen doek. Afmetingen. Het binnenkussen wordt op dezelfde maat gemaakt nl. 48 bij 30 cm. en den achterkant maakt men ook van hetzelfde linnen. Men kan echter ook een andere goed waschbare stof nemen. Is dit kussen af, dan bekleedt men het met het overtrekje en naait dit met onzichtbare steken dicht. T T neemt misschien nu pas vacantie en u wilt toch nog van het strandleven genieten Vergeet dan niet een gezellige badtasch mee te nemen, en zoo u er nog geen hebt, maak er zelf een van dat practische, vroolijk aandoend materiaal, het wasdoek. Laten we eerst de kleuren even be spreken. Hoewel u zelf natuurlijk met een weinig fantasie gemakkelijk een aardige combinatie kunt verkrijgen, willen we gemakshalve er een geven. Den donkeren ondergrond neemt men b.v. rood, de lichtere stukken geel; het dolfijnenpaar kan men in grijs en wit uitvoeren, doch het lijkt ons aardiger ze beide in wit te maken. Voor het werkmateriaal neemt men waschechte borduurkatoen en wel in de donkerste tint van het wasdoek. Men kan de tasch voeren met hetzelfde materiaal, maar ook, wat misschien wel zoo practisch is, met een dunne rubber laag, waar men capes en dergelijke ook van ziet. Men neemt dit dan ook in de donkerste tint. Nu knipt men de stukken. Voor een flinke ruime tasch heeft men 2 lappen donker wasdoek noodig van 50 x 35 cm. De lichte stukken zijn respect.: 32 x 25 cm. en 18 x 13 cm. Ook deze knipt men dubbel. De dolfijntjes knipt men volgens teekening. Voor het handvat neemt men 2 reepen, elk plm. 30 cm. lang en 5 cm. breed. Men begint inet de dolfijnen op het grootste stuk wasdoek aan te brengen. Gemakshalve plakt men ze eerst even op (vooral luchtig) om ze dan met een schuinen steek (festonneer- of platsteek) erop vast te naaien. De dolfijnen kan men naar verkiezing op een of twee kanten aanbrengen. Het kabbelende water, waaruit ze zoo vroolijk omhoog springen, wordt gevormd door enkele rijtjes rijgsteken, waarbij men vooral let op de deining! De zeesterretjes zijn kleine stukjes wasdoek (donker), die men met een steekje, dat als vangarm fungeert, vastzet. De bewerking is dezelfde als voor de dolfijnen werd aangegeven. Nu plakt men ook de voering tegen elk gedeelte, waartusschen het apart afgewerkte handvat gevat wordt. Voor de stevigheid neemt men dit hengsel dubbel. Vervolgens werkt men eerst de bovenkanten apart af, met de hengsels er dus tusschen gepakt, en dan legt men de twee helften op elkaar en men werkt den omtrek af. Men neemt voor den omtrek liefst den festonneersteek. Deze is veel sterker dan een andere en beschermt de tasch zoodoende beter tegen in scheuren. Men geeft tot slot den dolfijnen nog een mooi donker oogje, een kraal of een stukje wasdoek, en u zult met recht trotscli zijn op uw zelfvervaar digde tasch.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1938 | | pagina 36