r DE WERELD ONDER __WATER—-1 mm - L—den zeebodem - rYi LICHT EN KLEUR Een uniek aquarium L' Enkele vissehen voert men onder water. De man met den duikhoed moet zieh voelen als de oude keer, die op een mooien lentedag de mus schen in het park uit zijn hand laat eten! Alles weer ten behoevi van de bezoekers. «lie voor do. tralies staat, zal zich een oogenblik verbeelden, dat hij nu in het oerwoud is aangeland. In een aquarium echter lijkt het of men op den zeebodem staat waar men op wonderbaarlijke manier kan blijven ademen. Oeruischloos glijden de vissollen Om de bezoekers aangenaam bezig te houden worden de bruinvisseken boven water gevoerd. De dieren springen namelijk soms meer dan een meter boven de oppervlakte uit om de hen voorgehouden viseh te rangen. PSïl De zeebodem wordt „gelegd". Men heeft de natuur zoo goed willen nabrotsen, dat men zelfs voor hel wrak van een sloep gezorgd heeft. Door de lange rij van schuine ramen, rechts op de foto kan men de zwemmende dieren ook van onderen gadeslaan Eens stond een man vol aandacht door 'de ruiten van een aquarium te kijken, toen zijn vrouw, eenigszins „griezelend" van al de rare beesten, die daar op geen meter afstand van haar rondzwommen, haar hand op de zijne legde. Tot haar schrik begon de anders zoo kalme echtgenoot wild met zijn armen in het rond te zwaaien, haar-taschje rolde op den vloer; zakdoek, poederdoos, portcmonnaie, spiegel tje kwamen eendrachtig naar buiten puilen en bij het kwade gezicht,, dat zijn ega trok, herinnerde de man zich pas, dat hij veilig en wel getrouwd was en hielp hij gehoorzaam met het inzamelen van de verstrooide bezittingen. „Hoe kwam je er toe zoo gek te doen!" vroeg ze hem. „Ik dacht, dat je een viseh was, die me aanraakte." Laten we veronderstellen, dat dit een bijzonder gevoelige man was. maar iets van die sensatie heeft bijna iedereen, die een aquarium' bezoekt. Nergens is men zoo dicht bij de natuur als in een aquarium. Een tijger in een bok, een IK lllt'Il iUU HHUV WIJ «V ..wvwu. "JX - nijlpaard in zijn bad: het zijn echte beesten, dat ziet men wel. maar niemand,

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1938 | | pagina 2