de duilcfiooteii! Zij hebben weinig vijanden in de Zuidelijke IJszee Slavende zeehonden in de huurt van het Ross-eiland, dat op 78 graden zuiderbreedte ligt. De zon is btapenae zeenonaen zonneba'ders storen zlch daar mei aan. zwak en het ijs is koud, nuim Het zuidpoolgebied, door sommigen het „zesde" werelddeel genoemd, omdat 't bijna den omvang lieeft van Australië, is moeilijk voor schepen te benaderen en de dieren, die dezen uithoek van onze aarde als woonplaats hebben uitgekozen, krijgen dan ook weinig bezoek van hun ergste vijanden, de menschen. De weinige onderzoekers, die zich in deze streken gewaagd hebben, zijn het er dan ook allemaal over eens, dat nergens ter wereld een man zoo onverschillig wordt be handeld als in een kolonie van pinguïns en dat de zeehonden al niet veel beleefder zijn. Uren lang - liggen zij zich op het ijs in de zon te koesteren en als '11 fotograaf op hen toekomt, dan keeren zij zich hoogstens even om, kijken hem achterdochtig aan, geeuwen uitbundig en slapen weer in. Dat zij zoo lang op de koude sneeuw kunnen liggen zonder veel warmte te verliezen of verkouden te worden, hebben ze te danken aan hun dikke huid en nog meer aan de dikke speklaag tusschen huid en spieren. Waggelen ze ten slotte weg, dan is op de plaats, waar ze gelegen hebben, de sneeuw niet gesmolten, een bewijs, dat plezier van de zon hebben dan het ijs van hen. Elke zeehond moet in den winter 'n paar ademgaten openhouden. Dit dier, dat juist uit 'n gat naar boren schoot, poseert eenigs- zins verbouwereerd voor den fotograaf. zij meer de zuidpool zorgza geboren en blijven De voorliefde van zeehonden voor liet land en de zon, terwijl ze wat hun bouw betreft toch'in het Water thuis hooren, brengt merkwaardige gevolgen met zich mee. De jongen Worden op 't land geboren en moeten eerst leeren zwemmen voor ze zich in diep water kunnen wagen. Niet alle ver haaltjes, die over de eerste zwem lessen van een jongen zeehond wor den verteld, zijn waar, integendeel, betrouwbare waarnemers beweren, dat zij heelemaal geen les krijgen, niet door hun ouders in het water geduwd worden, maar zichzelf de edele kunst bijbrengen. Die het dichtst bij het water liggen, plegen het voorbeeld te geven. Zij wag gelen de zee in, plassen daar met verbaasd en angstig gezicht wat rond en als ze kopje onder gaan, dan krabbelen ze gauw overeind, scharrelen het strand Weer op en gaan slapen. Zoodra ze weer wakker worden, beginnen ze opnieuw en zoo gaat 't den gelieelen dag door: bad, kopje onder, slapen 't slapen wordt nooit vergeten tot de nieuweling een voortreffe lijk zwemmer geworden is. Als alle robben zijn ook de zeehonden van im voor hun jongen. Deze worden in October vier weken onder 't toezicht van de moeder.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1938 | | pagina 20