IN OUD CHICAGO
DE GELUKSVOGEL
■"%it is een der ineest grandiooze films van den
laatsten tijd. Hierin is een reconstructie ge
geven van een ramp, welke de geheele wereld
met ontzetting vervulde, en wel den brand van
Chicago in 1871, waarbij niet minder dan achttien
duizend huizen een prooi der vlammen werden.
De stad telde toen 334.000 inwoners en de ont
zettende paniek, welke onder deze enorme rnen-
schenmassa uitbrak, laat zich beter indenken dan
beschrijven. Deze film geeft
er echter een beeld van, zóó
realistisch, zoo fel en zoo
indrukwekkend, dat het
den schijn heeft, alsof toen
reeds een journaal-operateur in de buurt was,
die dit ontzaglijke drama op het filmlint vastlegde.
Wat hierin dan ook gepresteerd werd, grenst wer
kelijk aan het ongeloofelijke en overtreft o.i. nog
verre de geweldige aardbeving in San Francisco.
Ook het verhaal zelf, dat in den brand zijn
climax vindt, is pittiger en meer aanvaardbaar
dan gewoonlijk van films met apotheoses als
deze verwacht wordt. Het veronderstelt te zijn de
geschiedenis van de drie zoons van de weduwe
O'Learv, wier koe, door het omtrappen van de
stallamp, voor de catastrophe van den Chicago-
brand verantwoordelijk was. Gaven we eenige
maanden geleden reeds uitvoerig de ramp in al
haar lugubere overweldiging, thans volstaan wij
met de voornaamste hoofdpersonen voor te stel
len. Op de eene foto ziet men Tyrone Power, Don
Ameche en Alice Faye, respectievelijk als de
beide broers en als de verloofde van eerstgenoemde,
terwijl de tweede foto Tyrone Power en Alice Faye
in een allercharmantst tête-a-tête toont.
Terecht is deze film de kroonfilm van de 20th
Century Fox van dit jaar.
genloos de zittingen open
te snijden en te onder
zoeken. Tot welk een heer
lijke tafereelen dat aan
leiding geeft laat zich ge
makkelijk raden. Ze komen
bij een dokter, een advo
caat, op een mode-show,
in een panopticum enz. en
laten na hun vertrek slechts
uitpuilende zittingveeren
en vernielde stoelen achter.
Films als deze, zoo up to
date grappig en gezellig, zijn
er niet veel, dus doet men
goed de geboden gelegen
heid om er een te zien niet
te laten voorbijgaan.
De eene foto toont Heinz
Rühmann met. het portret
van de tante, die hem
de poets gebakken heeft,
terwijl men hem op de an
dere foto op zijn erfenis
ziet zitten.
TToo spannend en indrukwekkend als de eerste film is, zoo gezellig en
komisch is deze Emofilm der UFA met den prettigen acteur Heinz
Rühmann in de hoofdrol. Een zeer origineel gegeven, goed uitgewerkt en
vol afwisseling, maakt het geheel tot een film, welke men zeker niet mag ver
zuimen te zien, wanneer zij eerdaags uitkomt. Felix Rabe (Heinz Rühmann)
erft namelijk in dit verhaal de somma van dertien stoelen van een half
vergeten tante. Hij, die als klein kappersbaasje gehoopt had op een
flinke erfenis in contanten, verkoopt die anders zoo nuttige meubel
stukken linea recta aan een uitdrager (Hans Moser), doch komt dan later
tot de conclusie, dat in de zitting van een van die stoelen een bedrag van
honderdduizend mark verborgen was. Als hij echter den anderen morgen ge
lijk bij het openen der zaak naar den uitdrager toegaat, blijkt deze al de
stoelen inmiddels reeds verkocht te hebben. Samen zoeken ze naar een op
lossingen vinden die dan in het afgaan van al de adressen van hen, die een
stoel gekocht hebben, om aldaar in een onbewaakt oogenblik ineedoo-