Barbara Stanwyck. Robert Taylor. Gary Cooper. Katherine Hepburn. Fred Allen voor de microfoon, de populairste „radio ster" van Amerika. Hij heeft het hoofd van een Kal- nmk, met uitstekende jukbeenderen en kleine, listige oogen. Hij houdt de microfoon in beide handen, loopt er mee heen en weer en spreekt met een neusklank. „Hallo, vrienden, hier is Constance Bennett. Zooals altijd een beetje blufferig in haar uiterlijk. Men zou meenen, dat zij van de maan teruggekeerd was. Het schijnt mij toe, dat haar paarlèncollier sinds onze laatste ontmoeting een weinig verkleurd is. Onge twijfeld heeft zij het echte moeten verkoopen en draagt zij dus een valsch. Juffrouw Bennett, wilt u even spreken, alstublieft?" Constance nadert, glimlacht, drukt zonder wrok de hand van Fred Allen en spreekt met een kwijnende stem: „Hallo, lieve vrienden. Ik ben zeer verheugd u weer te zien. Ik hoop dat u zich goed amuseert." Het geschreeuw zwelt aan, zij groet met de hand en zet een paar handteekeningen. Allen heeft haar de microfoon weer ontnomen. „Hallo! Hier is Barbara Stanwyck. Wie vergezelt haar? Ah, dat is Robert Taylor. Zou het dus toch waar zijn, dat die twee elkander gevonden hebben? Kom nader en bloos maar niet iedereen hier eer biedigt de hef de." Het rhythme versnelt. Charlie Chaplin arriveert met zijn vrouw, Paulette Goddard. Dan Alice Fay, schitterend als Jean Harlow, Jean Arthur, bevend, en Gary Cooper, bescheiden en slordig. Dan Katherine Hepburn, een druktemaakster, gekleed in vurige kant. Zij wordt gevolgd door Fred Astaire, van wien de menigte een danspas op het trottoir verlangt. Hier is John Barry more, met een verrukt gezicht, pathetisch en theatraal, eveneens vergezeld van zijn vrouw. Dan treedt Herbert Marshall binnen, ernstig en stijf, ten einde zijn kreupelen gang niet te verraden. In den oorlog heeft hij een been verloren, dat geam puteerd werd bij de heup. Als hij speelt bespeurt niemand iets van zijn gebrek. Hij is een wonder van energie. Ginger Rogers is dezen avond uitgenoodigd een vloersteen te teekenen. Als zij verschijnt, Voert men Gala-première te Hollywood Talrijke schijnwerpers zetten de gebouwen der filmstad in gloed en voor het Chineesche theater verdringt zich een dichte menigte, die het komen der filmberoemdheden gadeslaat. haar mee en licht de plank op, die het cement bedekt Zij knielt en schrijft haar naam met haar vinger. De menigte trappelt van geestdrift. Ginger is doodsbleek, de vreugde tranen glinsteren in haar oogen. Als men haar de microfoon reikt, kan zij niet spreken van ontroering. Zij weet dat het de beslissende inwijding beteekent, dat zij voor de toe komst gered is en dat haar ster het firmament van de film niet meer zal verlaten. „Hallo! alle vrienden," stamelt zij. „Ik ben zeer gelukkig. Ik dank u, dank u!" Haar echtgenoot, Loew Ayres, straalt van vreugde. Uit de menigte gaat een oorver- doovende kreet van enthou siasme en sympathie op. Rond Ginger verdringen zich de andere sterren, glimlachen met samenge trokken monden en applau- disseereu met de toppen van hun vingers. „Joon Crawford, u hebt vanavond dienst." 'el kens als ik getuige ben van de verschijning van de sterren in het pu bliek, treft het mij diep, hoe de Amerikanen hun afgoden van het witte doek beschouwen als hun eigen dom. Het Amerikaansche publiek heeft het absolute gevoel, dat het naar wel gevallen sterren maakt en vernietigt. En ten einde te voorkomen, dat het zijn sympathieën en antipathie- en aan een onwaardige Ook Charlie Chaplin en zijn vrouw, Paulette Goddard, behoorden tot de bezoekers van de gala-première in het Chineesche theater. Links: Ginger Rogers, de film- actrice, wier naam thans prijkt op de vloersteenen voor het Chineesche theater. verspilt, eischt het volle openbaar heid van het privéleven der sterren. Indien aan dezen eisch werd voldaan, zooals de groote menigte het naïef gelooft, zouden de sterren, dag en nacht bespied, een onver draaglijk leven hebben. Maar ge lukkig voor hen zijn er de reclame agenten, om aan de gebiedende nieuwsgierigheid van het publiek te voldoen. Dezen stellen het publiek tevreden met de meest, onwaar schijnlijke geschiedenissen, die de Amerikaan zonder blikken of blo zen voor goede munt aanneemt. Van de waarlijk groote sterren kan men naar waarheid verklaren, dat zij een dubbel leven leiden hun werkelijk privéleven en dat, hetwelk hun reclameagent iederen dag fantaseert en wereldkundig maakt. De filmmaatschappijen zijn ech ter zoozeer overtuigd van de noodzakelijkheid aan deze gril van de menigte te voldoen, dat zij van al hun sterren eischen zich aan de meest vernederende corveeën te onderwerpen. Een ster kan geen voet op straat zetten, zich in geen openbare gelegenheid vertoonen zonder te worden lastig gevallen met verzoeken om hand teekeningen. Of zij bedroefd is, of vermoeid, zij is verplicht glimlachend alle kaarten, alle vodjes papier te teekenen, die haar door ongeduldige handen onder den neus worden geduwd. Ik heb Mariene en Gary Cooper urenlang zien teekenen, totdat zij de kracht niet meer hadden het potlood met hun vingers te omvatten. In het contract verbieden de maat schappijen hun pertinent onder welk voorwendsel dan ook 'n verzoek om 'n handteekening te weigeren. De uitnoodigingen voor plechtigheden of galafees ten zijn eveneens bevelen. „Joan Crawford, u komt hedenavond een cocktail drinken in de studio. Om zes uur ontvangen wij een delegatie van scenarioschrijvers uit Oklahoma. Don kere kleeding, licht geblanket, bescheiden optreden en gereserveerd voorkomen. „Dorothy Lamour, u dineert, vanavond met den vertegenwoordiger van het bioscoopsyndicaat

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1938 | | pagina 31