0\K KOPJE THEE EN WAT ER AAN VOORAFGING Een overzichtsfoto, die een duidelijk beeld geelt van een theeonderneming in onze Oost. Op den achtergrond links de met thee beplante heuvels. Rechts nog beboschte gronden, die later voor cultuur in aanmerking komen. Op den voorgrond links de administrateurswoning en rechts de theefabriek, waar het product verschillende bewerkingen ondergaat. Naast de lahriek staan de inlandsche grobaks (karren), waarin de geplukte thee wordt vervoerd. (Van onzen Intiischen medewerker) Lang voor Alexander de Groote zijn veroverings tochten begon, in den tijd, dat het Nieuw- Babylonische rijk in het zenith van z'n macht stond, dronken de Chineezen reeds thee. Het zal wel 'n kleine drieduizend jaar zijn, dat de zonen en doch- teren van het Hemelsche Kijk zich aan de thee tegoed doen. Drieduizend jaar terwijl deze geurige en verkwikkende drauk, die hij ons een volksdrank bij uitnemendheid werd, nog slechts een goede twee honderd jaar in Europa burgerrecht heeft. En dan nog niet eens in alle landen! In Spanje, Portugal, Italië, Duitschland, België en Frankrijk is het thee- verbruik nog maar gering. In de Latijnsche landen wordt „thee", zooals wij die kennen, alleen in de be tere kringen gewaardeerd. In Duitschland en België heeft men geen bezwaar tegen een kopje thee in den middag, maar de Duit- sche huisvrouw is, evenals de Fransehe, steeds bereid „thee te koken(!)" als er een zieke in huis is. En dan verstaat men onder thee ook „lindethee", „pe permuntthee" en andere brouwsels, die met onze thee slechts dezen naam ge meen hebben. De echte theelanden zijnNederland, Amerika en bovenal Enge land. In Europa was, zooals met zekerheid mag worden aangenomen, de thee tot in het begin der 17e eeuw onbekend. Door hun gere geld contact met China en Japan brachten onze zee vaarders in dien tijd .de thee als een curiositeit mee naar Europa. Men had in den beginne allerlei won derlijke ideeën omtrent de waarde ook de genees kundige waarde van de thee. En hóe men deze moest „zetten" wisten maar weinigen. Zoolang men de theebladeren met water kookte en zelfs de ge kookte bladeren at, kon men den geurigen oosterschen drank niet voldoende waardeeren! Maar toen men de juiste manier van theezetten leerde kennen, nam de waardeering toe. Zoo spoedig de thee ook bij ons burgerrecht ver kregen had, dacht de Oost-Indische Compagnie, die er over het algemeen niet afkeerig van was, het met Volgens aanwijzingen van den tuinopziehter worden door J'avaansche vrouwelijke contract-koelies de gaten gemaakt voor het planten der jonge theestruiken. nieuwigheden te probeeren, als daar iets scheen „in te zitten", over het in voeren van theezaden op Java. Waar om dit plan niet doorging is onbekend. In ieder geval duurde het nog on geveer honderd jaar eer een paar thee plantjes Java bereikten. Die plantjes werden in 's Lands Plantentuin te Buitenzorg uitgeplant en gaven goede struiken. Nu begon de Nederlandsche regeering propaganda te maken voor de theecultuur. Er werden zelfs gouvernements-theeondernemingen op gericht en moeite noch kosten werden gespaard deze culture te doen slagen. Men kon uiterst lastig goede theebereiders vinden. Er meldden zich vele op Java wonende Chineezen aan maar de meesten moesten al spoedig wegens ongeschikt heid worden ontslagen. Toen werden goede thee bereiders uit China geïmporteerd maar bij een opstootje in het Cheribonsche werden deze werk krachten vermoord. Ten slotte wist men wel een rede lijk product te verkrijgen, maar de productie bleef Een veld theestruiken, waartusschen later rubber- boomen (Hevea) zijn geplant.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1938 | | pagina 4