DE HUTKOFFER
OP ZOEK NAAR EEN SINTERKLAASCADEAU!
et geschenk
van den veldmaarschalk
13
<A9"e/9
door lit a Wieph ing
Op zekeren dag - het was in de jaren van
den oorlog tussehen Fiederik den Groote en
Maria I heresia - trad de deftige Monsieur
d'Aubigny, veldmaarschalk van Lodewijk XV,
op zijn reis de zaak van „Farina gegenüber"
in Keulen binnen, die toen reeds een halve
eeuw bestond. Hij kocht 18 flesschen van de
bekende Eau de Cologne en liet deze door
den vrachtrijder (er was toen nog geen post
dienst!) naar Parijs brengen en bij Mademoi
selle de Bretel, rue de faubourg St. Honoré
no. bezorgen. Deze historische gebeurtenis
het haalt zich nu honderdduizendvoudig, want
honderdduizenden geven de onvergankelijke,
heerlijk verïrisschende Eau de Cologne van
„Farina gegenüber" ten geschenke, die nog
heden volgens het eeuwenoude, geheime recept
vervaardigd wordt.
Wanneer U Uw vrienden en kennissen bij
feestelijke gelegenheden een bijzondere vreugde
wilt bereiden met deze historische Eau de
Cologne, dan kunt U behalve uit verschillende
soorten van flesschen, ook kiezen uit een rijke
verscheidenheid van luxe-doozen, waarbij er
ook zijn met Eau de Cologne-zeep gevuld.
Het teeken van echtheid is:
Dinsdag 1 December.
Met een diepen rimpel in haar jeug
dig voorhoofd herlas Jenny den
brief, dien ze zooeven geschreven
had:
„Lieve tante Paula, wat jammer,
dat u niet komen kunt om onzen St.
Nicolaasavond op te luisteren. Oom
Bert heeft als vanouds dezen avond voor
ons vrijgehouden, terwijl mijn oude
schoolvriendin Do Maarlant gisteren
is gearrivéerd en een tijdje denkt te
blijven, zoodat het een gezellige avond
belooft te worden.
Voelt u zich nu weer iets beter? Na
tuurlijk weer ondeugend geweest en
zonder sjaal de gang ingeloopen! Zult u
nu voorzichtig zijn en oppassen voor
tocht?
U hebt om mijn verlanglijstje ge
vraagd, maar ik hen bang, dat het er
erg raar uitziet dit jaar. Bovenaan staat
met reuzenletters: een hutkoffer. Dan
komt er een heele poos niets en daarna
een vulpenétui, een paar roode slippers,
een glazen jampot en ten slotte een aan
tal nieuwe theekoppen. Maria, mijn der
de gedienstige in dit veelbewogen jaar,
laat geen kans voorbijgaan om iets te
breken, zoodat ik een fhnken voorraad
gebruiken kan. Over dien hutkoffer
hebben Lex en ik een ernstig meenings-
ver8chil.
U weet, dat we begin Januari veer
tien dagen naar St. Moritz gaan, evenals
vorig jaar.
Toen heeft Jaap ons een hutkoffer
geleend, maar die is inmiddels naar Ber
lijn verhuisd en heeft al zijn spulletjes
meegenomen.
Nu wil Lex, dat we ons heele hebben
en houden in een paar handkoffers
laden en zoo op reis gaan. Hij vond het
belachelijk 0111 voor een uitstapje van
veertien dagen een hutkoffer te koopen.
Toen ik er vanmorgen weer over begon
werd hij nijdig en-zei: „Wat heb je nu
aan zoo'n ding. Als je nu nog een zee
reis ging maken!"
Vindt u dat niet vreesehjk onaardig?
Hij kan toch wel begrijpen dat ik mijn
avondjaponnen en het witte bontjasje
en de heele ski-uitrusting niet in een
handkoffer kan stoppen. Enfin, mis
schien draait hij nog wel bij.
Van harte beterschap gewenseht,
tantetje,. Na St. Nicolaas kom ik u eens
opzoeken."
„Ik vraag me inderdaad af, of hij
nog zal bijdraaien," bromde Jenny,
terwijl ze den brief dichtvouwde.
„Sommige mannen zijn toch onge-
loofelijk dom. Die denken dat je met
een skipak, een pyama en een tanden
borstel naar de wintersport kunt gaan.
Bespottelij k gewoon
Woensdag 2 December.
Voor het raam van hun flat stond
Jenny en staarde naar buiten. Het re
gende al den heelen morgen.
„Lex is laat," zei ze, „of misschien
blijft hij in de stad eten, 't is zulk slecht
weer."
„Ik hoop het," zuchtte haar vriendin,
die dikke rookwolken uitblazend achter
Lex' bureau aan het dichten was ge
slagen, „anders kom ik heslist niet klaar
met dit vers. Weet jij een woord dat
rijmt op broekenpers?"
Jenny schoot in een lach. „Je wilt
Lex toch niet zooiets aanbieden? Hij
heeft nog een splinternieuwe, maar zijn
vrouw is gewoonlijk te lui en te vergeet
achtig om die te gebruiken."
„Nee," zei Do, „ik wrocht een hekel
dicht op zijn netheid. Hij krijgt van mij
een leeren boekomslag."
Erring!!! ging de telefoon.
Jenny waadde door een stapel papier
en houtwol naar het toestel.
„Met mevrouw Huisdier. O, oom
Bert. Hoe laat u verschijnen moet
Zaterdag? Om een uur of acht, is dat
goed?.... De hutkoffer? O, dien krijg
ik niet. U kent Lex niet half wat dat
betreft, zoudt u hem niet een beetje
kunnen bewerken? Of nee, doet u dat
maar liever niet; als hij het woord
hutkoffer hoort, wordt hij al wild
Of Do nog hartewenschen heeft? Ik
weet er al vast één, een dik boek met
rijmwoorden.... All right! Dag, oom
Bert."
Jenny hing den hoorn op den haak.
„Wat is er met dien hutkoffer?" vroeg
Do, die met een half oor geluisterd had.
„Ja, verbeeld je," begon Jenny ver
ontwaardigd, „ik heb Lex een hutkoffer
gevraagd met St. Nicolaas. En wat
denk je dat hij zei?"
Vervolg op blz. 18 I
OER-ECHTE EAU DE COLOGNE