D C- 4 In de stuurhut van de LUCHTVAART IVARIA _J Een leek kan niet gemakkelijk wijs worden wit de in gewikkelde instru menten inde stuur - men twee der motoren op dezen synchroscoop aan -4 en stelt dan met behulp van de schroefverstel- handles (9) de motoren zoo lang af tot de naald van den synchroscoop zoo langzaam mogelijk heen en weer gaat. vliegtuig. Op ne venstaande pagina geeft een teekening, waarop de talrijke instrumenten en handles met cijfers zijn gemerkt, uit komst. Tientallen instrumenten en handles vragen doorloopen- de aandacht Een doolhof voor den leek, het vertrouwde beeld voor den vlieger De kleine ruimte waar dik wijls zoo zwaar geworsteld wordt met de natuurelementen Vernuftige instrumen ten, die van alles doen behalve denken. (Van onzen luchtvaartmedewerker) Wanneer u zoo om elf uur 's morgens met de stewardess, die dan de vliegers van koffie voorziet, de stuurhut van een modern verkeersvliegtuig op weg naar een van de hoofd steden van Europa zou binnenstappen, zou u groote kans loopen die heeren daar met de armen over elkaar in het zonnetje luierend aan te treffen althans naar het uiterlijk te oordeelen. De automa tische piloot (7), vinding van de allerlaatste jaren, koerst, van te voren goed afgesteld, het vliegtuig haarfijn naar het gewenschte vliegveld. Ook voor minder gunstig weer, waarbij de automatische piloot wat soepeler moet werken, kunnen de juiste maat regelen worden getroffen door het afstellen van daartoe bestemde knoppen (46). Het spreekt echter vanzelf, dat bij dit altijd ver nuftig mechanisme de mensch zélf de onmisbare bracht blijft, de geest die den onderlingen samenhang van dezen wirwar van handles, wielen, knoppen en instrumenten begrijpt en ook dén paraat blijft wan neer door een klein foutje het mechanisme stokt. Nooit zal men erin slagen het mechanisme werkelijk denkend, dus zelfstandig te maken. Ook in de wereld der techniek is en blijft het menschelijk verstand het absolute centrum. En dit moge duidelijk maken, dat die indruk van twee luierende piloten héél oppervlak kig was. Wie even een vluchtigen blik op het instrumenten bord van de DC-4 werpt, zal onmiddellijk moeten erkennen, dat een voortdurende controle hiervan geen kleinigheid is. Alhoewel we de verschillende deelen in de stuurhut aan de hand van nummers hebben genoemd, willen we hier toch bij enkele' onderdeelen eenigszins verder uitweiden. Met den volant 1heeft de vlieger beschikking over twee roeren en wel het hoogteroer en de ailerons, die respectievelijk bediend worden door de stuurkolom naar voren en achteren te bewegen en het stuurwiel te draaien. Zooals men ziet zijn in den cockpit twee gelijkvormige stuurinrichtingen aangebracht. Deze. werken dan ook parallel, waardoor het stuur onmid dellijk van den éénen vlieger door den anderen kan worden overgenomen, zonder verwisselen van plaats. Dit verklaart, tevens het feit dat men enkele instru menten en handles dubbel aan wezig zal vinden. We hebben deze op de teekening met hetzelfde cijfer aangeduid. Buiten den vo lant heeft de vlieger de beschik king over pedalen (3), waarmede het richtingsroer van het vlieg tuig kan worden bediend. Door de pedalen van dit voetenstuur te draaien worden dan tevens de wiel- remmen aangezet, zoodat men van een gecombineerd roer spreken l:an. Van de rij handles in het midden noemen we hier de gashandles (8) voor de vier motoren, die weer dubbel zijn aangebracht voor beide vliegers, en in het midden de commandohandles voor de constant- speed propellers (9), waarmede de vlieger het toeren tal van de motoren kan bepalen. Om te controleeren of alle vier motoren met hetzelfde toerental draaien, hetgeen noodzakelijk is, heeft men de beschikking over den zgn. synchroscoop (33). Telkens schakelt *fu we toch bij het bovenste instrumentenbord zijn aangeland, willen we nog enkele details vermelden, die op de lijst niet staan aangegeven. Zoo moeten de motorinstrumenten en schakelaars, die we onder cijfer 32 hebben samengevat, als volgt worden inge deeld. De bovenste rij geeft de temperatuur van het gasmengsel in de carburatoren aan, hetgeen zoowel voor de juiste bepaling van het motorvermogen als voor waarschuwing voor ijsvormingsgevaar in den carburator van belang is. De rij instrumenten daar onder geeft den stand der cylinderkop-thermometers aan, terwijl de rij schakelaars daaronder dient om de temperatuur van iederen cylinder afzonderlijk te kunnen aflezen. Voorts zijn de contactjes daaron der (37 en 39) precies gedetailleerd, van links naar rechts: drie voor landingsschijnwerpers, twee voor het verwarmen der pitotbuizen van de snelheids meters (deze buizen monden nl. in de buitenlucht uit), twee voor de instrumentenbord-verlichting, één voor cabineverlichting en één voor de leeslamp jes. Voorts zijn de twee kleine schakelaars ter weers zijden van de magneetcontacten (42), links voor de electrische verwarming van de voorruit bij ijsafzet ting en rechts voor het waarschuwingssignaal in de cabine, dat de veiligheidsriemen moeten worden vastgemaakt. Geheel rechts boven zien we dan nog den zgn. noodschakelaar voor de motoren (47), waarmede met één ruk het contact voor alle vier motoren wordt kortgesloten. Dit is een voorzieningsmaatregel voor eventueel brandgevaar in noodgevallen, waarbij de vereischte manipulatie zoo simpel mogelijk is ge houden, daar in dergelijke gevallen seconden over veel kunnen beslissen. In het midden tusschen de beide voorruiten zien we den commandohandle (4) voor het trimvlakje in het richtingsroer. Dit handeltje wordt versteld indien één der motoren mocht stoppen, zoodat de krachten aan beide zijden ongelijk worden, waardoor eenigs zins moet worden bijgestuurd. De vlieger behoeft dit nu niet voortdurend zélf te doen, maar maakt van het trimvlakje gebruik. Een dergelijke inrichting is ook in het hoogteroer aanwezig. Dit trimvlak wordt bediend door de beide wielen (6) links en rechts de handlekast. Daar zoowel het neuswiel als de beide andere landingswielen intrekbaar zijn gemaakt, zijn ook hiervoor handles aanwezig en wel voor de beide groote wielen nummer 10 en voor het neuswiel nummer 12. Wanneer de landingswielen ingeklapt zijn, branden roode lichtjes (29). Voor ieder wiel is één lampje aanwezig. Wanneer het lampje daar boven rood blijft gloeien, zijn de wielen wel uitge klapt maar om de een of andere reden nog niet gezekerd. De mecanicien moet dan controleeren wat er fout is en eerst als ook dat bovenste lichtje uitgaat kan zonder gevaar, wat de wielen betreft, worden Van de instrumenten, die voor de vliegers bij blind- vliegen absoluut onmisbaar zijn, noemen we hier nader den kunstmatigen horizont (18). Dit vernuftige instrument verraadt dén piloot precies welken stand zijn vliegtuig t.o.v. den horizont inneemt. Het instrument bevat op het glas vóór de wijzerplaat de afbeelding van een vliegtuigje, zóó geteekend, dat het van den vlieger wegvliegt. Daar dit vliegtuigje onbeweeglijk op de glazen plaat zit, is het dus vast verbonden met het werkelijke vliegtuig en treedt dit op het instrument ook inderdaad op in de plaats van het werkelijke vliegtuig. Verder ziet men in het instrument een breede streep, die den horizont voorstelt. Deze streep blijft steeds volkomen evenwijdig met den werkelijken horizont, zoodat de vlieger steeds duidelijk voor zich ziet welken stand zijn vliegtuig t.o.v. den horizont inneemt, zoodat hij onmiddellijk weet welke stuur - beweging hij moet maken om weer evenwijdig met den horizont te komen. Voorts is er de koersaanwijzer (20), welk instrument een welkom hulpmiddel is op oogenblikken dat goed koershouden een eerste vereischte is, h.v. bij een bakenlanding in den mist, waarbij het kompas niet altijd geheel betrouwbaar is. Ook voor het maken van een bocht van een bepaald aantal graden tijdens het blindvliegen is dit instrument onmisbaar. Ongetwijfeld is er nog veel in den cockpit van de DC-4 te noemen en uiteen te zetten, dat in deze

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1938 | | pagina 28