f 15.000.noodig en hy potheek is niet anders dan op bezwaarlijke voorwaar den te krijgen. Ook hier is de ontwikkeling nog slechts in het begin. De grond is moeilijk te bebouwen. Eertijds rijk (het „land van melk en honing"is hij door eeuwen lange verwaarloozing arm en hard geworden. Het kli maat, hoewel zeker niet onverdraaglijk, maakt het werk niet gemakkelijk. De zomermaanden zijn zeer droog en heet, de winter maanden heerlijk koel en verfrischt door zware regens. Doch niettegen staande deze bezwaren gaat het land, indien de bevolking op den duur ook onderling rust moge vinden, gedragen door Joodsche vlijt en idealisme en door Arabischen arbeids zin, een groote toekomst tegemoet. De grond is weer vruchtbaar te makende menschen, die hun levensbestemming daarin zoeken, zijn aanwezig en komen nog steeds in grooten getale naar het voor de gansche menschheid „heilige" land. Mr. I. COHEN Hzn. Rechts een nederzetting in de vlakte van Jesreel aan den voet der hergen van Galilea. De huizen liggen te midden der sinaasappeltuinen en akkers. De watertoevoer naar deze akkers baart de grootste zorgen. Kjar J echezkel, een der belangrijkste nederzettingen van kleine, eigen erf be bouwende boeren in de vlakte van Jesreel. Deze vlakte droeg vroeger den naam Esdraelon en is eerst sinds korten tijd weer in ontgin ning gebracht. Drukte op marktdag te Bethlehem.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1938 | | pagina 17