1 UITVERKOOP-MISERE Tv> Vooral ill den uitverkooptijd doet men't beste, met naar bekende en vertrouwde adressen te gaan. Als men daar ondeugde lijk goed tracht op te ruimenzal men de vasteklanten in ieder geval toch eerstwaar- schuwen. Dat men 'n mooie tasch koopt en dan na enkele dagen merkt, dat de voering verlegen is; of spotgoedkoope, op het komt men later tot de overtuiging, dat er heel wat geld aan nuttelooze zaken verspild is. Na deze opsomming van wat men niet moet doen echter de goede raad om artikelen, die men tóch moet aanschaffen, en die niet aan mode onderhevig zijn, te koopen in de Januarimaand. Het gros der zaken geeft gedurende den uitverkoop op courante artikelen, als huishoud- en heddegoed, tafellinnen, kleeden, zeilen en andere huishoudelijke artikelen een behoorlijke korting en het is zaak, daarvan te profi- teeren. Even te lang gewacht en men betaalt weer den vollen prijs. Het spreekt, dat de economisch aangelegden,die het koopen van een mantel, hoed of jurk tot Januari uit gesteld hebben, in ieder geval meer waar voor haar geld krijgen dan wanneer ze direct in 't begin van het seizoen gekocht hadden. Het eenige, waarvoor ze zich moeten hoeden, zijn de verleidelijke „spotkoopjes". Uitverkoopen schijnen een magische kracht uit te oefenen op het gros der vrouwen. Het verlangen om een koopje op den kop te tikken is soms zoo sterk, dat de goede smaak en het hoognoodige onderscheidingsvermogen leelijk in het gedrang raken. Het komt dan ook niet zelden voor, dat een vrouw, die overigens vrij lastig kan zijn, het kaf niet meer van het koren onderscheiden kan. Dat vooral de modezaken op het eind van het sei zoen him artikelen tegen sterk verlaagden prijs trach ten kwijt te raken is logisch, maar eenige voorzichtig heid blijft toch zeker geboden ten aanzien van koop jes, die onevenredig laag uitgeprijsd zijn. Valt het over het algemeen niet moeilijk om te zien, of het model nog gangbaar is, de controle op 't gebied van eventueel verschoten zijn, weeffouten of voorzoover het zijde betreft vooral een „verlegen" zijn schiet er nogal eens bij in. oog mooie, zijden kousen, die bij gebruik te nauw van boord of te kort blijken te zijn, ofwel goed, dat door 't etaleeren plaatselijk verschoten is, dat zijn gevallen, die geregeld weer terugkomen. Daarom gedurende de gevaar lijke uitverkoopdagen vooral niet overhaast koopen, opdat „goedkoop" niet in „duurkoop" verandere. Maar zooals men er voor waken moet, ondeugdelijk goed te koopen, moet men ook in het algemeen de koopziekte trachten te beheerschen; want geeft men toe aan de neiging om alles, wat extra-voordeelig is, in de waoht te willen sleepen, dan

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1939 | | pagina 26