/Tv 13 geruimen tijd later zou de hertog van Reichstadt vernemen dat zijn moeder, na het overlijden van Napoleon, met graaf Neipperg een morganatisch huwelijk had gesloten. Uit het huwelijk van graaf Neipperg met zjjn eerste vrouw, gravin Teresa Pola (23 April 1815 overleden), waren drie zonen geboren, die alle drie zeer bevriend waren met den hertog van Reichstadt. Uit de verbintenis van graaf Neipperg met Marie Louise ontsproten een zoon en een dochter, Wilhelm en Albertina, die resp. den titel droegen van graaf en gravin van Montenuovo, welke naam eigenlijk niets anders is dan de Italiaansohe vertaling van Neipperg (Neu-Berg). Lieve Moeder, V zult wel overtuigd zijn van de diepe smart, welke de doodstijding van den generaal bij mij veroorzaakte, en alleen de gedachte, dat slechts de dood een einde maken kon aan zijn langdurig en treurig lijden, is mij tot troost. Nimmer meer zal ik zulk een oprechten vriend vinden, en, gezien zijn ijver en zijn verknochtheid jegens u, zal zijn verlies voor u onherstelbaar zijn. bent ongetwijfeld te benijden, liefste moeder, dat u bij zijn sterven tegenwoordig mocht zijn, en hem de zorgen hebt kunnen wijden, waardoor ik zélf hem zoo gaarne voor de laatste maal mijn aanhankelijkheid zou hébben bewezen. Zijn zonen zijn wel zeer te be klagen ik hoop hen morgen te sprekenmisschien dat mijn tranen, zich mengend met de hunne, in staat zullen zijn, hun smart te verzachten. De keizer was diep getroffen door uw brief, hij vraagt u, evenals ik, u toch goed in acht te willen nemen, en verlangt niets liever, dan u dezen zomer te ontvangen. Geloof aan de gevoelens van diepsten eerbied en teederste kinderliefde, welke u toedraagt uw zeer gehoorzame zoon Frangois. Vier dagen na de vlucht uit 't opstandige Parma plakte Marie Louise eenige gedroogde viooltjes uit die stad in haar album, met het onderschrift: Herinnering aan het ongelukkige Parma en den datum 20 Februari 1831. De volgende, vooral uit menschelijk oogpunt zeer belangrijke brief, omdat de zoon van den veld heer Napoleon hierin spreekt van zijn voorgevoel, te zullen moeten sterven zonder als soldaat de vuur proef te hebben ondergaan, dateert van den 25sten Maart 1830, vijf dagen nadat de hertog van Reich stadt twintig jaar geworden was. Weenen, 25 Maart 1830. Lieve Moeder, Ik had reeds de pen in de hand om u de eerste oogenblikken te wijden van mijn twintigste jaar; maar de roerende goedheid van de keizerin, die mij al zeer vroeg in den morgen kwam bezoeken, belette mij, mijn brief af te maken. Kort daarop zijn we op jacht gegaan, waarvan we eerst in den avond terugkeerden. Naar de ingeving van mijn hart zou ik wel den heélen dag met u willen pratenmaar als het op schrij ven aankomt, ben ik bang, dat u me beknorren zult om mijn ingeroeste fouten. Om die reden heb ik dan ook al vijf brieven verscheurd, die ik u had geschreven Ik had dan ook het vaste voornemen gemaakt, mezelf het genoegen te ontzeggen van me met u te onderhouden, liever dan u verdriet te doen door de regels zelf, welke de tolk moeten zijn van mijn warme gevoelens van toegenegenheid. Maar al ben ik dan ook niet in staat om veel variaties te bedenken op hetzelfde thema „ik houd van u", wees overtuigd, dat mijn gevoelens er niet minder diep om zijn. Maar mijn hart is als een braakliggend land; mijn gevoelens konden zich nog niet ontwikkelen. Daarom zult gij, lieve moeder, de zon zijn, die ze tot wasdom brengt. Verontschuldig dus mijn lang zwijgen en oordeel over mij met uw gewone vergevensgezindheid. Hoe zal ik u mijn blijdschap beschrijven bij het ontvangen van uw geschenken, van uw lieven brief en van de tijding, dot u op reis denkt te gaan! Nog twee maanden dus en mi jn vurigste wensch zal in vervulling rijn gegaan, en ik zal me, na een smartelijke schei- De Oostenrijker, graaf Albert Neipperg, „Eere-ridder van Hare Majesteit de Hertogin van Parma", met wien Marie Louise na den dood van Napoleon in het huwelijk trad. ding van twee jaar, in uw armen kunnen werpen Ik houd zoo veel van u, lieve moeder, en de gedachte dat ik u terug zal zien, brengt me in vervoering! Het is zoo zoet, in zulk een oogenhlik van geluk iemand te vinden, die dezelfde gevoelens deelt. Wat mij betreft, ik koester geen ander verlangen dan veel van die mooie dagen met u door te brengen, zooals we er twee jaar geleden in Baden samen zooveel beleefden. Jammer dat we dit jaar niet gaan kampeeren; gebrek aan geld is de oorzaak, dat ik me dit ontzeggen moet. Maar ik troost me met de gedachte, dat ik er misschien volgend jaar aan mee kan doen aan het hoofd van mijn bataljon. Welk een schoone dag zal dat zijn: verder gaan voor het oogenblik mijn wen - schen niet; want het zou al te stoutmoedig zijn te durven denken aan het geluk van een oorlog, vooral nu we in een tijdperk leven, waarin het terugtrekken der troepen in hun garnizoenen duidt op weinig oorlogzuchtige neigingen in ons huidige ministerie. En zoo heb ik het trieste voorgevoelen, dat ik sterven zal zonder den vuurdoop te hebben ondergaan. Voor dat verschrikkelijke geval heb ik mijn besluit al ge nomen. Dan zal ik in mijn testament bevelen, dat men mijn doodkist in de eerste de beste krijgsoperatie meenemen zal, opdat mijn ziel, waar zij zich ook bevinde, den troost moge beleven, dat de kogels om mijn gebeente fluiten, de kogels, waarnaar ik zoo vaak heb verlangd Ik kus u liefdevol de hand, lieve moeder; denk zoo nu en dan eens aan uw allergehoorzaamsten zoon Franfois. Den 16en Februari 1831 brak in Parma een oproer uit. Gedurende een tweetal dagen werd Marie Louise door de menigte in haar paleis als het ware belegerd, totdat zij er den 18en in slaagde naar het nabijgelegen Piacenza te vluchten. De hertog van Reichstadt, wiens liefde voor zijn moeder door de onthulling van haar betrekking tot graaf Neipperg niet verminderd was, deed toen, echter tevergeefs, vertwijfelde pogingen van keizer Franz verlof te verkrijgen, om aan het hoofd der Oosten- rijksche troepen zijn moeder te hulp te snellen. Metternich was vast besloten, om den zoon van Napoleon in ieder geval te verhinderen, den Itali- aanschen bodem te betreden, uit vrees dat hij er wellicht aanhangers zou vinden. De brief, die hieronder volgt, werd onmiddellijk na het vruchte- looze onderhoud van den jongen hertog met keizer Franz en Metternich geschreven. Weenen, den 20sten Februari 1831. U kunt zich, liefste moeder, ongetwijfeld den angst voorstéllen, waarmee ik heb gewacht op berichten uit Parma. Hoe zeer wenschte ik, hoe heb ik den keizer bezworen, onmiddellijk na het vernemen der eerste onlusten, naar u te mogen heensnellen, om u met Oostenrijksche troepen te steunen. Maar mijn droevige positie maakte zulks onmogelijk. Ik geraakte echter werkelijk in vertwijfeling, toen de koerier Frimonts ons gisteren de belegering in Parma met overdreven schelle kleuren schilderde. God zij dank duurde deze gespannen, vreeselijke toestand Gravin Albertina Sanvitale Montenuovo, dochter van Marie Louise en Albert Neipperg, geboren in 1817, naar een onbekend gebleven aquarel van Norosini, op 25-jarigen leeftijd. slechts twaalf uren: want vanmorgen stélde een goedgunstig schrijven van vorst Metternich mij op de hoogte van uw reis naar Casal-Maggiore, en vanmid dag liet de keizer mij den brie) lezen, dien u hem van daaruit schreef. De vreugde, wélke uw redding uit de handen der opstandelingen, uw reis naar Piacenza en de trouw uwer troepen bij mij opriepen, kan slechts worden vergeleken met den trots, welken uw vastberaden, mannelijk optreden mij doet gevoelen. Het schittert heerlijk en eenig in onzen stormachtig bewogen tijd. U zult echter zien, dierbare moeder, dat ze het aan u te danken zullen hebben, dat de rust zoo spoedig terugge keerd zal zijn. Door onze troepen en door de overtui ging, dat men u niets kan afdwingen, zal de domme wil van deze onruststokers spoedig worden gebroken. De geheele familie laat u hartelijk groeten: me» is hier, als ik me zoo uitdrukken mag, trotsch op uw houding. Ik zou u graag nog urenlang willen schrijven, lieve moedermaar jammer genoeg krijg ik evenals gisteren pas op dit oogenblik bericht, dat de koerier vertrékken gaat, zoodat ik u slechts tien minuten kan wijden, na alles in het werk te hébben gesteld om u mijn leven, of althans mijn arm te bieden. Ik omhels u allerhartelijkst, uw u teeder minnende zoon Franz. P.8. Ik verzoek u mijn vriendelijke groeten over te brengen aan den dapperen Hicher den secretaris van Marie Louise in Parma. Vert.), die zoo gelukkig was, in dezen treurigen tijd toch iets voor u te kunnen doen. (Slot volgt.) (Copyright tekst en foto's 1939 Glauco Lombardi.) Graaf Wilhelm Montenuovo, zoon van Marie Louise en Albert Neipperg, op 28-jarigen leeftijd, naar een tot dusver onbekende aquarel van Kriehuber uit het jaar 1847.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1939 | | pagina 13