BOEREAHAAADAG in Hulst Neen, Boeietimaaudag in Hulst tieeft geen stroom van duizenden kijklustige vreemdelingen noodig om het schilderachtig begroeide marktplein te laten volstroomen met bezoekers. Ongelijk hebben ze natuurlijk niet, de vooruit- strevendsten onder de Zeeuwsch-Vlamingen, die sinds-jaar en dag betoogen, dat er geen ontplooiing en welvaart voor de districten bezuiden de Schelde mogelijk is, zoolang niet wegen, vervoer middelen en verkeersmogelijkheden uitgebreid, ver nieuwd en gemoderniseerd worden en oriëntatie op overig Nederland tot stand brengen. Maar toch is dat van den anderen kant niet altijd nog een van de gezelligste kenmerken van het Zeeuwsch-Vlaamsche leven: die concentratie van de verschillende landstreken op de eeuwenoude middel- De aanvoer van paarden en vee is maar magertjes op de Nieuw jaarsmarki: er wordt vandaag aan zaken niet zoo veel gedacht. De marktkooplui hebben er een fijnen neus voor wanneer er ergens wat te halen valt. En op Boeren maandag slaan ze in HulstL in eodra-grooten getale hun tenten op. punten, ontstaan in de tijden, toen het stijgend Noordzeepeil dit land in talrijke eilandjes verbrok keld had, die bij het eigen leven, dat zij te leiden kregen, ook een eigen karakter ontwikkelden1? Het land van Hulst, zoo lang van het Axelsclie gescheiden, tot in 1845 toe nog, door het breede water van het Hellegatten bewoond door een heel andere, veel meer op Vlaanderen en Brabant afge stemde bevolking dan de verschillende mengsels, die in andere Zeeuwsch-Vlaamsche streken ontston den het land van Hulst is wel een sprekend voor beeld van zulk een eigen leven en eigen ontwikkeling. Eu tot nog toe heeft het dat afzonderlijke karakter bewaard. Een verschijnsel, een symbool, een bewijs ervan? Dat is bijvoorbeeld de Boerenmaandag, de Nienw- jaarsmarkt van Hulst. Meer dan elders heheersohte en heheersoht nog bier de stad het leven van de heele omgeving. Hulst was meer dan marktplaats, het was het hart van de streek. En de eerste marktdag van het nieuwe jaar werd dan ook door de boeren van 't heele land van Hulst niet louter voor de gewone wekelijksche zaken benut. Het was de groote verzoendag: met volle huidels werd er naar de stad getrokken. Daar waren renten en pachten af te dragen bij de land- heeren, bij den notaris, den rentmeester of_ den bankier. Daar moesten de rekeningen voldaan worden bij handelaars en winkeliers, die in goed vertrouwen door 't jaar crediet hadden gegeven.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1939 | | pagina 16