DE BLINDE EN ZIJN HOND SÜI w ;;.mv *^52? rw|| sjS in 'n Opmerkelijke yerscbi ning in Je straten ran J-3 Residentie *5*3 ^Ar> JT ■-<r±Y- FA. *4 De geleidehonden worden er op ge traind de blinden veilig langs ver schillende hindernissen te leiden. HechtsDe hond leidt gijn mees- teresse onfeilbaar tusschen de verschilt eiide obstakels door. Nu en c/an treft men in 't drukst van het stadsgewoel een voorbijganger aan, die zich niet evenals de overigen aanpast aan het zich in verschillend tempo voortbewegend voetgangersver keer, doch die zijn weg direct en met groote zelfverzekerdheid om de menschelijke „obstakels" heen zoekt. Meestal beweegt hij zich in ietwat automatische en kaarsrechte houding voort, den leiband of beugel van een stevigen hond in de hand. Hei publiek, dat meer en meer met dergelijke ver schijningen in het stadsbeeld vertrouwd begint te raken, weet dat men hier te doen heeft met een blinde, die door zijn hond door 't gewoel wordt geleid. De heer Kokshoorn voelt zich terecht zóó vettig met zijn hond, dat hij zijn wandelingen met zijn trouwen metgezél reeds tot Leidschendam en Nootdorp uitstrekt. Men ziet hem hier bij het Huis ten Bosch. JVgnneerde blinde zijn blindenstok laat vallen, dqn apporteert $e hond dezen onmiddellijk waarbij hij den stok bij den haak vat, opdat de blin de wiet door afegs- ten naar den haak behoeft te zoeken. neze hond is er op getraind zijn meester veilig door het verkeer te leiden, en daarvoor zoekt het schrandere dier alleen die plaatsen, welke breed genoeg zijn om hem en zijn meester doorgang te verleenen. En omdat de hond het menschdom van zijn standpunt be schouwt hij ziet n.l. tegen de beenen der voor hem gaande menschen aan en niet langs ofwel over de menschen heen zoo zal hij, steeds speurend naar openingen in het verkeer, zich meestal zigzagsgewijze daar doorheen bewegen daarbij door zijn meester, die weet dat hij op zijp Jipnd vertrouwen kan, automatisch gevolgd. Vandaar deze eigenaardige manier van loopen, welke men bij blinden Jhudruk verkeer steeds opmerkt. Zoo heeft de trouwe hond, die met ons samenwoont en -leeft, in de weinige jaren nadat men op het denkbeeld is gekomen hem als geleider vqor zijn blinden meester af te richten, bewezen hoezeer hij in staat is om zijn

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1939 | | pagina 2