Wanneer de wind opsteekt en aan wal het stormsein geheschen wordt, dan gaan onze gedachten naar den zee man uit. Hij, in de eerste plaats, krijgt het nu kwaad, hij is overgeleverd aan twee elementen: aan de onstuimigheid der op gezweepte wateren, aan de wildheid van een gierenden wind. Zijn schip, hoe sterk het ook moge gebouwd zijn, heeft 'n be grensd weerstandsvermogen en het kwam meermalen voor dat booten gekraakt wer den door de kracht der torenhooge water massa's en met man en muis ten onder gingen. Deze exclusieve fotoserie, welke ons door een ooggetuige werd bezorgd, brengt ons den bovenmenschelijken kamp van een schip tegen de ontketende ele menten op treffende wijze in beeld. X De boot verdwijnt bijna geheel en al in de golven, doch steeds vindt zij de kracht om er weer boven uit te komen En toch zullen de elementen zich wre ken, wanneer blijkt dat de boot bestand is tegen de woedend!e golven. Er blijft dan toch nog 'n middel over om een behoor lijke revanche te ne men: een nieuwe aanval, waarbij een der ijzeren masten krakend over de ree ling in zee stort.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1939 | | pagina 18