EEN NIEUW GELUID
III. VEEL GEVRAAGDE KLEUREN EN DESSINS
verwerkt op strepen, wat een aardig
effect geeft als liet rokje geplisseerd
is en men loopt.
Het speldenknop-ruitje zien we
ditmaal niet alleen in wit-zwart,
maar ook in wit-korenblauw, bruin-
beige, twee tinten rose, twee nuances
groen en andere. Die ruitjes worden
in wollen stof vaak gebruikt als
jasje op een effen rokje en in zijde
als zeer wijde rok, waarop een strak
lijfje in effen kleur.
Bijzonder aardig op dit gebied
was een meterswijde, rond bet mid
del geplooide rok, waarop een lijfje
met korte kokermouwtjes en liggend
kraagje van felgroen. In lichtgrijze
mantelpakjes zien we ter afwisseling
vaak een zacbt-rose streep, terwijl
in marine soms een fijn rood draadje
zichtbaar is. Het allerpopulairste is
echter de „bal'Grootere en kleinere
ballen, meestal wit, op marine of
vuurrood. Aardig zijn de com
binaties van bijvoorbeeld een jurk
van marine met roode stip, waarop
omgekeerd een jasje van rood niet
zoo'n zelfden marine bal.
Over kleuren! Parijs heeft ge
sproken, het is nu maar de vraag
wat Nederland beslissen zal, want
een feit is het, dat veel nuances van
paars allerminst geschikt zijn voor
de noordelijke vrouw.
avondtoilet. Zwart zien we weer over de heele linie,
maar vooral voor 's avonds. Marine is voor het daag-
sche jurkje wel de kleur, die het meest populair is.
Graag garneert men het met een tikje wit piqué en
een roode ceintuur. Groen wordt in vele nuances ge
bruikt, van een groen als de teere lenteblaadjes tot
een hard groen toe. De Schotsche ruit wordt graag
verwerkt voor pakjes en als garneering. Die ruit kan
schuin of recht genomen worden en in de meeste
gevallen zal enkel het jasje of enkel het rokje geruit
zijn. Er wordt van den zomer zeer veel met pastel
tinten gewerkt, terwijl ook beige, dat dan liefst eenigs-
zins rosé moet zijn, een makkelijke klem- is.
De imprimé viert dit seizoen weer triomfen en we
zien vooral bloemen. Meestal bescheiden motiefjes
voor overdag en vaak heel groote bloemen op het ijle
materiaal voor den avond. Die bloemen zijn vaak
Hoewel elk huis een sterke voorkeur heeft voor
zekere kleuren, kunnen we toch wel zeggen,
dat paars in alle nuances, van zacht lila tot
diep purper, zeer in trek is. Paars met veel rood erin
en ook paars met veel blauw, een palet waarop de
fantasie van den schilder vrij spel gehad heeft. Als
hoofdkleuren op dit gebied noemen we lila, rose-
lila, teer seringen, fraise, cerise, prune, cyclamen.
Ook vuurrood en tomaat ontbreken niet, terwijl het
teruggrijpen naar modellen van vroeger als vanzelf
den terugkeer van een mooi oud-rose met zich mee
brengt. In blauw zien we naast het zeer populaire
marine- en pastelblauw vele variaties met meer of
minder groen erin. Het harde korenblauw brengt men
graag voor heele mantels op een rustig jurkje en als
felle noot op een enkele jurk. Zwarte japonnetjes
zagen we veelal met een ceintuur van korenblauw,
cerise, cyclamen of hardgroen. Wit wordt niet alleen
graag gebracht voor zomerjurken, maar ook voor