GRAPEFRUIT Geregeld en een paar keer per dag DE VLUCHTELING EN SINAASAPPELEN RINGERS BLOKJES CACAO VAN RINGERS Een geschiedenis uit den AmeriHaanschen burgeroorlog (1860-1865) 12 behoort nu de Jaffa grape fruit op uw tafel te verschij nen. Zij is rijk aan vitaminen en pittig van smaak! Jaffa Altijd saprijker PALEST IJ NSCH PR ODUCT Cacaopoeder met suiker voor 't gebruik gereed. Een half blokje is vol doende voor'n heerlijke kop melkchocolade 2 Koppen voor 3 cent. Blokjes in luxe verpak king met stampertjes 4 föytohclel fijn iS tevenS voeettaam en licht verteerbaar door Neré Valk Boven aan den heuvelrand wierp de neger zich op den grond en gluurde met onrustige oogen de diepte in. Over de Mississippi-vallei viel de schemering neer, maar het was nog licht genoeg, om de dingen daar bene den te kunnen onderscheiden. Hij staarde neer op de geblakerde muren van ecu uitgebrand huis en ontdekte daarachter een schuur en 'n paar neger hutten, die gespaard waren gebleven. Slechts in een der hutten brandde licht, de andere scheneu onbewoond te zijn. Een zucht van verlichting ont snapte hem. Die geblakerde ruïne was 'n bewijs, dat hier Yankees op bezoekwa- ren geweest en dat hier zuidelijken woon den] Kapitein Hilverton zou hem hier niet zoeken. Na drie dagen opgejaagd te zijn als een wild dier had hij eindelijk een schuilplaats gevonden, waar hij eens rustig kou slapen. En slapen was zijn eenige verlangen op dit oogenblik. Onbeweeglijk bleef hij nog eenigen tijd liggen. Toen was het donker genoeg, om ongezien af te kunnen dalen. In de vallei hing nog een sterke brandlucht. Het kon niet langer geleden zijn dan een paar dagen, dat de noordelijken hier waren geweest.. Geruisehloos sloop hij om de ruïne heen. In de nabijheid van het huis stonden vijf boomen op een rij, waarvan het lommer verschroeid was. Er ontwaakte een vage herinne ring in zijn brein, dat hij van een plaats, die „Vijf Boomen" geheeten was, al eens eerder had gehoord. Maar hij stond niet stil bij die gedachte. De schuur lag voor hem en de deur stond open. Hij rook, dat hij in 'n muildierenstal was, maar er stonden geen dieren. Tastend en schuifelend ging hij er binnen. In een hoek lag een hoop hooi en met een zucht van genot en verlichting strekte hij er zich op uit. Zijn oogen vielen bijna onmiddellijk toe en nog geen minuut later verried een luid gesnork, dat hij sliep. De neger was niet zoo onopgemerkt gebleven, als hij dacht. Claudia had hem zien komen. Zij zat voor het ven ster van haar hut met haar oud, rimpelig gezicht tegen de ruit gedrukt en haar tranende oogen strak op den heuvelrand gericht. Zoo zat zij al vier dagen, van 's morgeus vroeg tot 's avonds laat, met versufte gedachten wachtend op de dingen, die komen zou den. Sinds de Yankees waren verschenen en het huis in brand hadden gestoken en haar meesteres was gevlucht en de negers had meegenomen, was zij hier alleen achter gebleven, om op meneer Trevelyan te wachten. Maar meneer Trevelyan was in den oorlog en zij wist dus niet wannéér hij komen zou. Mis schien was hij al gesneuveld en zou zij hem nooit meer zien verschijnen. Maar mevrouw' had haar gezegd, dat zij op hem wachten moest en dus wachtte zij eenzaam en onbevreesd in de Vijf- boomen-vallei. Ja, zij had dien nikker wel gezien. Haar oude oogen mochten tranen van het ingespannen turen, maar toch waren ze nog scheip. Zij had zijn schaduw in het maanlicht naar beneden zien glijden en aan zijn wiegenden gang iemand van haar eigen ras herkend. Maar zij was niet bevreesd, zelfs niet nieuws gierig. Zij begreep wel zoo half wat die neger kwam doen en een oud mensch als zij had van niemand kwaad te vree zen. Toen de maan achter een wolken bank verdween en de vallei gevuld was met een ondoordringbaar duister, stond Claudia op. Zij ontstak een houtspaan der en verliet de hut. Zij ging regel recht op de schuur toe, haai' flambouw voor zich uitgeheven. Er speelde, een glimlach om haar tandeloozen mond. toen zij de schuurdeur open zag staan. Die nikker was slimals hij de deur ge sloten had. zou hij argwaan hebben kimnen wekken. Een luid en diep gesnork wees haai den weg. Op een hoop hooi lag een have loos gekleede gestalte met een geseheur - den kiel. Hij lag op zijn zijde, met zijn hals bloot. Op zijn schouder ontdekte zij twee brandmerken een bewijs dat hij tweemaal zijn meester ontvlucht en weer teruggehaald was. J Hoofdschuddend keek Claudia op j hem neer. Nu was hij voor de derde maal gevlucht. Domme nikker! Wat had je aan de vrijheid, als je als een dief in den nacht rond moest sluipen om een onder dak te vinden en met een hongerige maag moest gaan slapen? Vrijheid beteekende voor een nikker een be staan als een coyote -vogelvrij ver klaard en rusteloos opgejaagd van streek tot streek. Den een of anderen dag zou hij door den honger gedwongen worden een plantage op te zoeken, of zijn achtervolgers zouden hem grijpen en dan zou hij gegeeseld worden en er een derde brandmerk bij krijgen. Dom me nikker. Claudia keerde naar haar hut terug. Zij ontstak een pijp en zette zich aan het venster. Het was nog te vroeg, om te gaan slapen. Zij was oud en had niet veel slaap meer noodig. En meneer Trevelyan kon komen gewoonlijk wachtte hij op het invallen van den nacht, voor hij het waagde Maar huis terug te keeren. Op haar oude plaats voor het ven ster gezeten, dacht Claudia aan den nikker in den stal. Lang geleden, herin nerde zij zich, had zij ook eens verlangd vrij te zijn. Héél lang geleden. Dat was in de jaren, toen Samuel nog leefde en meneer Saint Just.,.. Een beteren mees ter had zij nooit gehad dan meneer Saint Just. Zij was op zijn plantage geboren en opgegroeid. En daar was zij ook met Samuel getrouwd. Zij kregen drie kinderen en leefden heel tevreden. Maar toen was meneer Saint Just gestorven en zijn bezittingen waren onder den hamer gekomen. De nikkers waren ver kocht en een man uit Tennessee had haar twee jongens uit den boedel ge kocht. Hij had hen meegenomen naar een vreemde streek en nooit had zij hen meer teruggezien. Dien dag had zij voor het eerst in haar leven geweten wat het beteekende Gezichtswater i!_ en 1.75 is voortreffelijk om Uw gezicht des avonds en des morgens héél grondig te reinigen. Doe dit iederen daghet is het ge heim van een mooie teint! .35 en 0.60 beschermt Uw teint over dag en is door den nim mer storenden geur van "4711 Eau de Cologne, dé ideale onderlaag voor elk poeder. Neem voor 's nachts "4711 Cold Cream.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1939 | | pagina 12