KALZAN Vinolia®Creams T Je Een gezicht kan boekdelen spreken! 32 Want Kalzan doet de oorzaak EEN WEEK LANG van al die elke maand weer maandelijksche een klachten „half mensch" te niet. te moeten Dank zij voelen Kalzan i* zult U dat nu 30 dagen noodig van de maand Neen gezond beslist en vroolijk niet! kunnen zijn. Als U Twijfel maar niet langer. Kalzan Ga het ook gebruikt. gebruiken. VERSTERK UW LICHAAM MET Het kalkhoudende versterkingspreparaat in tablet- en poedervorm er*"»»- De al of niet goede indruk, die U op anderen maakt, wordt vaak gevormd door Uw uiterlijk. Een goed ver zorgde teint is daarom een eerste vereiste. Slechts dan zal Uw schoonheidsideaal bereikt zijn, als Uw huid zacht en blank is, dooT geen enkel vlekje of rimpeltje ontsierd. U behoeft geen enkel schoonheidseuvel te riskeren, als U dagelijks Vinolia Vanishing Cream gebruikt, die door haar speciale bestanddelen en extra fijne emulgering de uitverkoren matcrême van talloze vrouwen is. Deze Britsch-Indi- sche politieagent te Hongkong houdt er een merkwaardige maniervan,opbren - gen" op na. De Ohineesclie koop vrouw, die zonder vergunning ham- waren wilde venten, wordt stevig bij de. haarvlecht vastge houden en zoo naar het bureau gebracht open en zoo wordt het donkere dek plotseling een fan tastische kiekkast... Nu zwaaien in de verte masten in den stortregen, ge scheurde bruine zei len waaieren voor bij als zeeroovers- jonken, die in den oceaan vergaan; uit den mist duiken oorlogsschepen op, de staalgrijze commandotoren van een vliegtuigmoederschip. en zij verdwijnen alsof zij opgelost worden in het water. Maar de storm is even snel voorbij als hij opgekomen is, het doek gaat op; Hongkong bij zonneschijn. Er ontvouwt zich een panorama, dat nauwelijks minder grootsch is dan aan den anderen kant van de wereld de eerste aanblik van Manhattan. Achter een „mastboseli" van jonken glanzen de renaissancegevels van de westersche firma's, van de regeerings- gebouwen. en de wolkenkrabber van een bank. En de vele villa's er achter, die terrasgewijze tot den top opklim men, die Victoria heet evenals de geheele stad. Waar is een blanke te vinden, die deze Europeesche huizen want Europeesch zijn ze alle zou kunnen aanschouwen zon der trotsch te zijn! Ik zie ze nu weldra van dichtbij.. De gebouwen van marmer en zand steen, waartusschen een grootmoeder lijke koningin op een voetstuk staat, spreken in hun architectuur duidelijke taal: „Hier blijven wij eeuwig!" Ook de kazerne in de buurt hoort er bij, juist marcheert een compagnie Tom mies de straat op. Zij hebben een zonderlinge haast, alsof de Japan- neezen al aan den overkant aan land klommen. Zij kijken grimmig en vastbesloten en dat doen ze altijd, merk ik later: ik geloof, dat ze behalve het commando „Hoofden rechts" en „Hoofden links" ook nog „Kwaad kijken" leeren. Aan den voet van de berghelling begint de kabelbaan, zij stijgt uit de vegetatie van de jungle op naar de Engelsche parken. Op deze hoogte van vierhonderd meter is zelfs voor den rijksten Chinees in Hongkong en daar beneden zijn er verschillende die hun millioen pond waard zijn geen vierkante meter te koop. Hier mogen alleen de blanke heerschers van het eiland wonen, waar sedert 1841 hun vlag wappert. Een schip met opium was destijds in den grond geboord en deze moreele schade kon met een stuk grond afgekocht worden. Bij den top liggen nu de smaakvolle, door den wind omspeelde bezittingen van de officiersfamilies, als in een badplaats aan den rand van den hemel. Chineezen vindt men hier alleen onder de koelies, die vreemdelingen om den bergheeu rijden, en onder de gouver nantes voor de Engelsche kindertjes. Dikwijls moet mijn riksja remmen om de baby's niot te overrijden, die aan den kant van den weg ijverig graven. Het zand is er pas gestort heb ik gemerkt en meteen maar mijn fototoestel opgeborgen van on langs gegraven geschutemplacemen- ten.Dat zijn gaten voor de ka nonnen van het Engelsche vijfjaren plan, dat van Hongkong een tweede Singapore wil maken: met vijfen twintig oorlogsschepen en vijfentwin tig duizend soldaten, met nieuwe forten, afweergeschut, met vliegtuig- eskaders, die in anderhalf uur Formosa kunnen bereiken. Behalve de zandhoopen, waarin Bill en Johnny taartjes bakken, merkt men niet veel van oorlogsvoorberei dingen. En toch denkt hier dagelijks, ik voel het bij eiken stap, dien ik doe, het eene ras aan het andere. Dat ik een blanke ben, heb ik nog nooit zoo goed beseft als op deze hoogten van den Victoria-Peak, daar waar men op de wriemelende Chineesche stad neerkijkt. Hier wordt Europa meer dan ergens anders een eenheid, het vaderland van alle Europeanen: op het bolwerk van zijn uiterste voor posten sta ik hier. „Maar hoe lang zal het nog stand houden?" merken plaatselijke pessi misten op. En dan kijken ze niet eens naar Japan: in Hongkong en Kowloen wonen op één blanke vijftig Chineezen, rekenen zij uit en de gele millioenen groeien nog steeds en daarbij hun verstand en zelfbewustzijn. De bergen, die de Tommy bewaakt, kunnen donderen als 'n vulkaan en uit duizend spleten vuur spuwen als een bovenaardsche hel. Het is moeilijk zich zooiets voor te stellen op 'n mid dag, die zoo vreedzaam schijnt, alsof 't buskruit - nog niet uitgevonden was. Waar ter wereld heeft iemand overigens een uitzicht als deze kanon nier! Welk een vergezicht op het tropi sche panorama van de stad aan den oever, op de blauwe haven met sma ragdgroene eilandjes, op de voor anker liggende oorlogsschepen, de stoom- booten, jonken. en de wijde zee. Hongkong, verzekeren de wereld reizigers ons, biedt ons één van de drie mooiste stadsgezichten op aarde. Welke de beide andere kunnen zijn, zeg ik niet. Anders komt men op reis steeds weer iemand tegen, die zich beleedigd voelt. Nu is ook de Clipper in de baai van Kowloen aangekomen, het geweldige watervliegtuig, dat den Stillen Oceaan overgestoken is en mij op de terug reis mée zal nemen naar Amerika. Het kwam drie dagen te laat: omdat het door stormen opgehouden was in Honoloeloe; ten deele ook, omdat daar de Amerikaansche vloot in den Stillen Oceaan geheime oefeningen hield en Vervolg op blz. 35

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1939 | | pagina 32