Gemakkelijk hadden de eerste arbeiders op het De ingang van den Haarlemmermeerpolder bij Heemstedeover de nieuwe brug bij de Cruguius. De Ringvaart bij Aalsmeer. Het moderne verheer maakte den aanleg van moderne autowegen door het vroegere meer noodig. Interieur van de Cruguius bij Heemstede, een der drie gemalen die het water van het groote meer loosden. (Naar een teekening van C. Elkema in 1H56.) nu het eenige afdoende middel de droogmaking van 't gevaarlijke meer was, meenden vooruitziende gees ten, dat dit middel, en geen ander, gebruikt moest worden. Dat was ook het voordeeligste middel, want er was 18.000 ha. goed land mede te verkrijgen. Natuurlijk waren er tegenstanders, doch gelukkig zijn hun bezwaren overwonnen, zoodat op 19 Maart 1839, dus nu een eeuw geleden, de Tweede Kamer haar goedkeuring aan het plan schonk. In Mei werd de betreffende wet afgekondigd, een jaar later was het voorbereidend werk zoover gevorderd, dat de eerste schop klei uitgegraven werd, en in 1852 was de geweldige arbeid voltooidhet groote meer lag droog tusschen de dijken. Cijfers zijn in zoo'n geval interessant, er moge hier dus een rijtje volgen: Ringvaart en Ringdijk in 1848 gereed. Drie stoomgemalen (Lijnden, Cruquius en Leegh- water) loosden het water achter den dijk. Ruim 800 millioen kubmeter water moest worden uitgepompt. Winst: 18.000 ha. land. De waarde per bunder was geschat op f 200 per bunder, doch de opbrengst was veel hooger, n.l. f 473. Eerste oogst van haver en koolzaad in 1854. Kosten: ruim 13 millioen. Opbrengst der verkochte grondenruim 9 millioen. Het geld kwam er dus niet dadelijk uit, doch wie zal berekenen, hoeveel de rijke bodem van den Haarlemmermeerpolder sindsdien tot de volkswel vaart heeft bijgedragen? Eerste volkstelling in 1869: 11.272 inwoners. nieuwe land het niet. Het water was uitgemalen, ja. maar de bodem bleef nog erg modderig en de w egen waren vrijwel onbegaanbaar. Menigeen had misschien tijdens de voorbereiding en den geweldigen arbeid gedroomd over een uitgestrekt, vruchtbaar gebied met frisch geboomte en vriendelijke huisjes, maar de werkelijkheid der eerste jaren was, dat de pioniers van den eersten polder huisden in leemen hutten met een kuil in den bodem als stookplaats. Allengs werd 't echter beter, voertuigen zakten niet meer tot de as in de wegen", er werden krachtige maatregelen genomen tegen het nog steeds dreigende water, de bevolking groeide, de woningtoestanden ver beterden. Vooral mr. J. P. Amersfoordt, in 1863 tot burgemeester benoemd, maakte zich verdienstelijk in veler lei werk voor het nieuwTe land, ijverde voor behoorlijk onder wijs en goed drink water en deed zelfs moeite voor 'n spoor weg. Niettemin onder vond hij meer tegen stand dan medewer king zelfs werd h\j op laterenleeftijd vooralle leelijks uitgemaakt en met steenen nagegooid Bilderdijk had dus ongelijk met z'n pes simistische voorspel ling, de Haarlemmer meerpolder is integen deel een kostbaar en bloeiend deel van Noord-Holland gewor den, en een andere dichter, Nic. Beets, had scherper inzicht in de werkelijkheid met een jubelklank over de drooggemalen Haar lemmermeer. Nu honderd jaar geleden het gewichtige besluit in de Tweede Kamer werd genomen en er is alle reden om dit thans te herdenken moge hier her haald worden, wat Beets in tamelijk stoute beeld spraak toen schreef Nu wordt de Slokop opgeslokt. Nu raakt zijn rijk ten ende; Nu ligt de grove Waterreus Zieltogend op zijn breeden neus, En jammert van ellende. Nieuw land werd uit de Haarlemmermeer gewonnen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1939 | | pagina 29