Zwartkop shampodor ■"•crr- VOORJAARSMOEHEID? en hu nog een vraag: de gegcLcandeecd niet alkalische shampoon! 15 (hviiivnd zijn vuist in de richting van huize Duffy. Deze dag zal ie rouwen, Duffy!" riep hij'met veel pathos, zooals hij het ook eens 'n toneelspeler had hooren zeggen. Spoedig was hij thuis en hier keek hij met welgevallen naar de plaat met de Amerikaansche vloot. In gedachten zag hij Patsy Duffy al rillen en beven voor de groote kanonnen. Onmiddellijk ging Ug naar den onder wijzer. den vertegenwoordiger van Oorn Sam, dien hij het beste kende. De meester luisterde vol medelijden naar liet verhaal van den ontvoerden Julius Caesar. De oude man wist maar- al te goed wie Patsy Duffy was. Zijn zware vuisten, zijn driftig humeur en vooral zijn rijkdom en zijn politieke macht waren voor hem geen geheimen! Breedvoerig verklaarde hij üg, dat Oom Sam het veel te druk had, om hem over één varken lastig te mogen vallen. Persoonlijk bemoeide Oom Sam zich nooit met een zaak, die minder dan een millioen varkens betrof. Kleinere ge schillen liet hij behandelen door mannen, die hij daarvoor gehuurd had. In ieder geval meende de meester, dat het goed zou zijn een man van de wet te raadplegen en liij gaf Dg het adres van den advocaat Marcellus Q. Wigmore in Timberlake City. Dg was er heilig van overtuigd, dat hij met deze beschaafde wijze van handelen een goede beurt bij Oom Sam zou maken. Voordat hij zich op weg begaf naar den advocaat, deed hij veel vet in zijn haar en borstelde zorgvuldig zijn kaasbolletje af. Na zestien mijl te hebben geloopen, was hij eindelijk in Timberlake City. De majesteit der wet, belichaamd door mr. Wigmore, zetelde boven een pakhuis in een paar sombere achterkamertjes vol stof en spinuewebben. Dg mocht in de voorkamer wachten en raakte diep onder den indruk van de stapels dossiers en boeken, waaruit de duffe geur der wet opsteeg en waarvan de versleten banden een huidziekte schenen te hebben. Na eenige minuten werd üg opgeroepen om voor advocaat Wigmore te verschijnen. De man van de wet zag er mager en groezelig uit. Hij had een praehis- toriseh voorkomen, een schedel zoo kaal als een ei, een statige gekleede jas en een boord, die zijn hals tot een onnatuur lijke lengte moest hebben uitgerekt. ,.En waarmede mag ik de eer hebben u van dienst te zijn?" begon de sluwe man plechtig. Geheel overbluft stamelde üg: „Patsy Duffy heeft Julius Caesar gestolen." „Hè, wat?" zei mijnheer Wigmore verbaasd. „Mijnheer Duffy beweert, dat hij zijn wortels heeft opgegeten," vulde üg haastig aan, „maar dat liegt ie, Julius Caesar houdt niet eens van wortels!" „Ongetwijfeld een interessant his torisch geval," stemde mr. Wigmore toe. „maar wat heb ik nu te maken met den smaak van wijlen den keizer?" Dg stortte zijn hart uit over de ont voering van den keizer en mr. Wigmore zei tot zichzelf: „Patsy Duffy, ja juist." „Mijn waarde heer!" sprak advocaat Wigmore ernstig. „Dat is inderdaad een echt wetsprobleemJa, zoo is 't. Ik aarzel '11 ex-cathedra-meening te geven over een vraag, die zulk een geschilpunt waar juridische voorzichtigheid ge boden is met zich meebrengt." üg luisterde in spanning, hij voelde zich geboeid en verward tegelijk. Mr. Wigmore's oogen dwaalden langs het vuile plafond. „Laten we de zaak eenvoudig voor stellen," vervolgde hij gewichtig. „Daar Ilebben we de eerste partij, dat bent u, de aanklager; dan krijgen we de tweede partij: dat is de beklaagde, een zekere Patrick Duffydaarna zien we als derde partij de casus belli, een zekeren Julius i Caesar, het varken, en dan ten slotte vormen eenige wortels de vierde partij. Er wordt door de eerste partij beweerd, dat de tweede partij zich op snoodo wijze meester maakte van de derde partij en deze verbeurd verklaarde, omdat voor noemde Duffy meent, dat voornoemde Julius Caesar de vierde partij onwettig opat, verslond en verder in zijn buik liet verteren. De aanklager zegt, dat hij het alibi kan bewijzen van voornoemden Julius Caesar. Volgens hem is voor noemde Julius Caesar volkomen onschul dig aan de wandaad, (lie hem door do tweede partij ten laste wordt gelegd. Is dat niet correct vastgesteld, mijnheer?" „Ja zeker, mijnheer," antwoordde Ug, wien het nu groen en geel voor de oogen was geworden. Mijnheer Wigmore raad pleegde daarop een dik boek, dat wel tien pond moest wegen. Met een duis teren blik bekeek hij peinzend de blad zijden. Toen ging hij verder: „Om ex capite te spreken-Zoo redeneerde hij nog een kwartiertje door, totdat zijn slachtoffer bijna begraven lag onder Latijnsche termen en andere geleerdheid, waar hij haast geen letter van begreep. Ten slotte verklaarde de advocaat, dat hij zijn advies niet alleen kon uit brengen, maar een expert noodig had met het oog op de ligging van het land ten opzichte van de rivier. „Hebt u vijftien gulden?" vroeg de sluwe vos zonder blikken of blozen. Ug telde vijftien kostelijke guldens neer, die in den zak van mr. Wigmore verdwenen. „Blijft u maar hier even wachten, ter wijl ik in conferentie ga," vervolgde mr. Wigmore deftig en hij ging de andere kamer binnen, terwijl hij de deur zorg vuldig achter zich sloot. Hier tuurde liij tien minuten uit het venster en keerde toen met- een strak gezicht naar het heiligdom terug, waar Ug te zweeten zat als een rund. „Mijn waarde heer," sprak de man van de wet minzaam, „mijn raad islaat 't geval loopen." Versuft staarde Ug voor zich uit. „En mijn varken krijg ik niet terug?" stamelde hij ontzet. „Wat is 'n varken," hernam mijnheer i Wigmora wijsgeerig, „vergeleken bij de grootheid van het heelal?" „Maar het is van mij. Ik wil mijn varken hebben. Patsy Duffy is een dief!" Ug was bijna in tranen. Nu werd mr. Wigmore eensklaps streng. „Pas op, jonge man!" waarschuwde hij. „Er bestaan wetten tegen laster Mijnheer Duffv is een eerbiedwaardig lid van zijn gemeente, zijn broer is com missaris van politie, zijn zwager staat bekend als een bekwaam rechter en zijn zoon is een bijzonder knap advocaat Tot ziens. Wat een heerlijke, warme dag Die verdrijft UmetRIJNO-tomatensap! „Voorjaars-moeheid" schrijft men veelal toe aan de vitamine-armoede van onze voeding tijdens de winter maanden. Vul het vitamine-tekort weer aan - met RIJNO-Tomatensap in smaak, voedings- en vitaminewaarde gelijk nan de versche tomaat, dank zij de gepatenteerde bereidings wijze, waarover in ons land alléén de Mij. „De Betuwe'' beschikt! Aan H.H. Doktoren worden op aanvrage gaarne volledige bij: zonderheden gezonden betref» fende fabricagemethode etc. mij. „DE BETUWE" - tul Voordat hij 't eigenlijk goed besefte, stond Ug weer op straat. Hij was vol komen teleurgesteld. Het leek hem on mogelijk, dat een geleerd man als Mar cellus Q. Wigmore het aan 't verkeerde eind kon hebben, en toch twijfelde hij Hij vond, dat hij het recht had, zijl varken terug te krijgen en hij besloot eei beroep te doen op een anderen vertegen woordiger van Oom Sam, den opzichter van het reservaat. Hartelijk begroette de opzichter Ug. sloeg hem op den schouder en infor meerde naar zijn gezondheid. Ug ant woordde, dat hij zich opstandig gevoelde en daarop vertelde hij de geschiedenis van het varken. De opzichter toond, zich boos en medelijdend tegelijk. „Hoe durft die vent zich het bezit vau een mijner Indianen toe te eigenen!' riep hij heftig, en vaderlijk het hij er op volgen: „Maak je maar niet ongerust, Vervolg op blz. 17 Pakje 20ct., flacons vana/ Voor blond bafffjj Tiaar doo, Hoe komt het toch, dat Uw haar zoo mooi glanst dat is mij altijd al opgevallen! Ook Uw kapsel zit altijd netjes en aardig!" "Dat wil ik U gaarne vertellen, omdat ik daarvan als verkoopster verstand heb: lk neem zelf alleen maar ZWARTKOP en raad het U ook aan!" Zwartkop-haarverzorging is steeds op de hoogte der laatste wetenschappelijke onderzoekingen. Het haar blijft kalkzeepvrij en niet-alkalisch.Soepelheid, schitterende glans, een goed-zittend kapsel zijn het teeken voor gezond, met "Zwartkop" verzorgd haar.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1939 | | pagina 15