2
«M
^^tr^f005 enh00rU
dhaar-9ebrui'
Een OTOoliike
prans
D e laatste der PI at voeten
Moeder kocht
Een P°ar
per
druppe^s
óog
,haar-9eb"
PATRONENKAXTOOR PA NORA
20
Zoo is hij altijdEn dat dankt hij
aan Andrews Bruisend Gezond
heids-Zout het bad voor zijn in
wendig lichaam I Wanneer iemand
humeurig is of veel last heeft van
hoofdpijn, nervositeit, slechten eet
lust, verstopping, indigestie, lusteloosheid, etc. dan is de
oorzaak hiervan vaak gelegen in een onvoldoende ver
wijdering van afgewerkte voedselresten. Een verstopping,
die meestal niet als zoodanig gevoeld en dusverwaar
loosd wordtGeregeld Andrews drinken voorkomt dit,
want Andrews zuivert grondig en precies als de natuur
zonder pijnen. Daarom kunnen Andrews-menschen steeds
het hoogste lied zingen, immers hun mankeert nooit iets I
Groote bus fl. 1.05. Kleine bus fl. 0.60.
Verkrijgbaar bij alle apothekers en drogisten.
BRUISEND
GEZONDHEIDS-ZOUT
S/of van blz. 17
„ZOMERPRACHT 1939" bevat
340 modellen dames- en kinder-
kleeding, verschillende brei-
voorbeelden en vele belangrijke
artikelen. Als verrassing, een
REDUCTIE-BON voor één knip
patroon uit de geheele collectie.
Een patroon van 50 cent
kost dan 30 cent.
Een patroon van 35 cent
kost dan 20 cent.
Een patroon van 20 cent
kost dan 10 cent.
...daarom zie ik er zoo leuk uit!
Ja, Moeder wist wel wat ze deed. Met
„Zomerpracht" haalde ze als 't wart
een heele modeshow in huis; tientallen
modellen voor de kinderen en nog veel
meer voor haar zelf.
Haar keus was dan ook gauw bepaald.
En het manteltje van Elsje te maken
leverde ook al geen moeilijkheden op.
Het groeide haast vanzelf onder de
handen. Maar dat kwam vooral- ook,
omdatMoeder die handige Kant-en-Klaar-
patronen gebruikte. Dat scheelde een
stuk bij het werk. Op deze manier valt
zélf maken enorm mee en het be
spaarde geld óók. De uitgaven voor
„Zomerpracht" vallen tenminste hierbij
in 't niet. Die bedragen slechts 60 cent.
Als ge nog niet in bezit mocht zijn van
dit prachtige modeboek, bestelt het dan
spoedig. De geringe kosten haalt U er
dubbel en dwars uit.
Bestellingen kunnen geschieden: hij Uw agent, Uw
be zorger of den boekhandeldoor girostorting op
no. 293631 door toczendii ig van liet bedrag per
postwissel of in postzegels aan onderstaand adres.
P® qeionden
-s-""
dien bh|« h "- "a
liet» „nrdevu"
n den vorm. _.nhaarwa'er, he* hoofdhu'd
0ra»^;;;t werM direct 'm °P ,u„r\\iVe, "°llf
\kllo. of II* s*e
*eT k*rwi\thefT
Nassauolein 1 Haarlem
Het kostte Ug drie dagen, zeven pen
nen, twee flesschen inkttwee vuile hem
den -en nog tienmaal meer gekreun.
Maar de brief kwam gereed en werd ge
post. En Ug wachtte.
Twee weken later antwoordde het
bureau voor Indianenzaken, dat zijn
mededeelingen zorgvuldig bestudeerd
waren, maar dat men ze daar het
over een varken ging doorgezonden
had naar het Departement van Land
bouw. \ch tereen volgens vernam Ug
prompt, dat zijn zaak na den secretaris
van den secretaris van het secretariaat
van Landbouw nog terecht kwam bij het
Bureau voor Veeteelt, het Departement
van Justitie en hij den negenden assis
tent van den Procureur-Generaal, die de
verklaringen terugzond naar liet bureau
voor Indianenzaken. De secretaris van
di1 bureau schreef Ug of hij wel zeker
wist, dat het een varken was en wan
hopig pende Ug terug: „Ja, mekeer, 't is
een farreke, een farreke, een farreke!"
Toen hoorde l'g dagen lang niets meer.
Ten slotte was het hem onmogelijk om
nog langer te wachten, hij besloot zijn
hoogste troef uit te spelen en daarom
schreef hij het volgende aan Oom Sam:
Beste Oom Sam!
U kent ine. Ik ben. George Washington
Ug, een seer besgaaf eerluk Indiejaan,
ik draag een bolhoet, ga naar de kerk,
reg me gebeje en regt niet. Nou heef
Patsy Duffy'n bleekgeeich, me farreke,
Julilus Zeenat gesnaajt en ik weenie
hoe hij daar kwam, Stuur astublief
groote boote met al de kannonnen drop
en dwing die Patsy Duffy me farreke
trug te gee je.
Uw liefhebende neef
George
Plaifoet
Deze brief werd vlugger dan de vorige
epistels beantwoord. Ug nam bijna eer
biedig het officieele schrijven in ont
vangst. Gewichtig droeg hij het in de
hand langs de andere Indianen. Ilij wilde
hun laten zien, dat hij, Ug een brief had
gekregen van Oom Sam. Xa een zalige
overpeinzing, die een meditatie geleek,
opende hij den brief in zijn hut. Terwijl
hij las deed zijn gezicht aan een kop
koffie denken, waar plotseling veel melk
in geschonken wordt. De brief, die van
het postkantoor in Washington kwam,
was kort en officieel. Hij luidde:
Pen persoon als Oom Sam is in
Washington I). G. niet bekend.
Geef in het vervolg s.v.p. naam straat en
volledig op.
't Was Ug of hij een klap met een
tomahawk gekregen had. Hij nam zich
zelf, zijn ellende en zijn koffie-met-melk-
gezicht mee naar den onderwijzer.
„Hoe is de achternaam van Oom
Sam?" vroeg Ug hem bij het binnen
treden.
„Dat weet ik niet," liet de meester
zich ontvallen. De bekentenis was er uit
voor hij 't. wist.
„In welke straat woont Oom Sam en
hoe is 't nummer!" vervolgde Ug, ter
wijl zijn kleine oogen achterdochtig
schitterden.
Ook dat kon de meester niet zeggen.
„Ug," begon hij op zijn vriendelijk-
sten toon, „je bent nu oud genoeg om te
weten, dat Oom Sain geen man is. zooals
jij en ik zijn. Hij is een soort geest."
„Zoo ongeveer als God?" vroeg Ug
„Nee, nee, niet zooals God."
„Als Sint Nieolaas dan?"
„Ja juist, zoo is 't. meer als Sint
Nieolaas!"
„Meester," sprak Ug met, een ijs-
koude stem. „drie jaar geleden hebt u
mij verteld, dat Sint Nieolaas niet be
staat."
Er heersclite eenige oogenhlikken eéji
pijnlijke stilte.
„Je bent een goede jongen geweest
l'g."
„Dat heb ik geprobeerd te zijn." ant
woordde Ug, terwijl Hij zijn bolhoed op.
zette en heenging.
Niet ver van zijn kleine, rood, wit en
blauwe hut bleef hij plotseling staan,
alsof hij door 'n hevigen schrik bevangen
werd. Er ritselde ietsin 't gras naast liet,
pad. Een groote, glinsterende aardworm
kroop dicht langs zijn voeten. Snel rukte
Ug den bolhoed van zijn hoofd en keilde
hem door het luchtruim. Een kip. die
aan een blanken buurman hoorde, werd
in haar eersten slaap gestoord en begon
te kakelen. Met een vlugge beweging
eindigde Ug de aardsclie dagen van de
hen en ontdeed haar van baar veeren;
in het volgend oogenblik had Ug den
aardworm te pakken. In een barbaar-
sche taal klonk een wild. krijgsgezang
door den stillen nacht
„Koopeekis kopeekis
Bobbochee cheebobo
Toowanda bonda, bonda. Patsy Duffy
Ropoluim kobokurn."
De uilen en schildpadden, die ile
eenige getuigen waren, zagen een stevig
mannetje, met een vierkant hoofd en
veeren in 't haar, een griezeligendans
uitvoeren. In de eene hand fonkelde het
staal van een mes en in de andere krin
kelde een worm.
Patsy Duffy, die in zijn veranda een
pijpje zat te rooken en van den koelen
avond profiteerde, hoorde eveneens die
verre geluiden. Zij kwamen nader en
nader en eensklaps sprong er uit, het
duister een veerkrachtige gestalte te
voorschijn.
Hij herkende Ug, al was 't niet de Ug,
dien hij gekend had. In de ruwe taal
van zijn voorouders brulde Ug de vreese-
lijkste bedreigingen.
„Bleekgezicht, jij hebt mijn varken
gegapt. Hier dat varken, of ik jaag je
naar de hel!"
..Ik schop je het erf af!" begon Patsy
Duffy, maar verder bracht hij het niet.
In een oogwenk had Ug hem besprongen.
Een bruine hand had het peenhaar ge
grepen en met de andere hand zwaaide
Ug het nies, Duffy struikelde en viel. Ug
lag meteen boven op hem. Ken schrille
kreet doorkliefde de lucht. Patrick
Duffy rilde en verstijfde van schrik. Het
was de bloeddorstige strijdkreet van de
wreede I 'Iatvoet -n dia nen
„Laat me los. laat me gaan! Genade,
genade," smeekte Patsy Duffy.
Ug stond op en keek boosaardig naai
den man, die in het stof lag te bijten.
„Ellendig bleekgezicht," sprak hij
hooghartig, „als ik je ooit in de huurt
van mijn wigwam zie schooieren, zal ik
je scalpeeren!"
Maar de angst in Patrick Duffy's
oogen verklapte, dat dit, waarschijnlijk
nooit zou gebeuren.
Over het pad door de weide schoof een
geheimzinnige gedaante, die veel over
eenkomst, vertoonde met een bedkruik
van rubber vol kokend water. De ver
schijning droeg veeren in den verwarden
haardos en teekende zich als een grillig
silhouet tegen liet maanlicht af.
Er sprak triomf uit de trotsche wijze,
waarop de schaduw voortschreed en dat
(leze triomf niet, gemakkelijk te dragen
was. zal ieder moeten toegeven, die zich
voorstelt dat de gedaante een spartelend
vet varken omklemd hield.