HAAK EERSTE NEDERLAAG DOOB VB8IILA PABBOTT f-«oon de bedienden weg waren, vroeg Katherina „Dat huwelijk, zeg? Meen je heusch dat we er haast mee moeten makent" „Beslist. En daarna ga je met haar naar Zuid-Frankrijk." „Nee, Michael. Wat er ook gebeuren mag, ik verlaat Rusland niet." „Dat dacht ik wel." „Maar als het voor Constancia veiliger zou zijn. ze hield op. Constancia en Dimitri kwamen den heuvel opge wandeld. Haar roodgouden hoofdje leunde tegen zijn schouder en zijn arm was om haar middel geslagen. „Lieve kinderen, als jullie soms naar woorden zoeken, om je verloving aan te kondigen," zei Katherina, „maak je er dan maar niet druk meer over, want Michael en ik hebben er al een half uur lang over zitten praten alsof het 'n voldongen feit was. Zijn jullie van plan te trouwen, voordat het verlof van Dimitri om is? Want dan moet ik aan den gang om een bruiloftsfeest in elkaar te zetten. Kom.Constancia, geef me een zoen. lieveling. Ik ben er toch zoo vreeselijk blij om." Dimitri en Constancia kusten haar beiden. Daarna gins Dimitri op de leuning van Constancia's stoel zitten met haar hand in de zijne. De middag was haast voorbij. De zonnestralen schenen over het glanzende haar van Constancia, over de donkere haren van Dimitri en over het gloeiende gelaat van Katherina. Michael zat in de schaduw en vond, dat in dien vreemden gloed van den stervenden dag de ande ren geleken op portretten van een groot colorist, die dat eene oogenblik in hun leven voor altijd op het doek had vastgelegd in brandende kleuren. „Ik vergat op uw vraag te antwoorden moeder," zei Dimitri. „Ik trouw natuurlijk pas met Constancia als de oorlog afgeloopen is. Ze is nu nog maar een kind en kan liaar tijd beter besteden door in- tusschen een lieve vrouw voor mij te worden.." Constancia hief haar blauwe oogen een oogen blikje naar hem op. ..Ik zou graag morgen aan den dag met je trouwen." Hij schudde het hoofd. „Als we getrouwd zijn. dan gaan we onze witte broodsweken in Parijs doorbrengen. Daar mag jij dan een stel buitensporig dure japonnen van me koopen. En ik zal je dan flink bekijven." Hij kuste heel even haar vingers. Het was hun allen duidelijk, dat zijn besluit vast stond, wat ook de reden ervan mocht zijn. En aangezien de meest waarschijnlijke reden wel was, dat hij niet met Constancia wilde trouwen, om niet de kans te loo- pen, haar binnenkort als weduwe te moeten achter laten, vroegen ze er verder niet naar. Toen zijn moeder een poosje later met aandrang tegen hem zei: „Je zoudt toch wel beter voor haar kunnen zorgen, als ze je vrouw was," gaf hij even min een verderen uitleg. Hij zei slechts: „Och, u zult immers wel uitstekend op haar passen, is het zoo niet, moedertje? Dat hebt u ook altijd op mij gedaan." Eerst toen ze in den trein zaten op weg naar hun regiment, vertelde hij tegen Michael, wat zijn eigenlijke reden was. Die was een beetje anders dan ze verondersteld hadden. „Je hebt me een beetje naar jouw model ge vormd, Michael. En daar ben ik je min of meer dankbaar voor, nu de wereld eenmaal is als in Rusland in 1916. Als de oorlog nog lang duurt, dan zal ik me tusschen twee gevechten in aan wodka bedrinken, om de gedachten aan de ergste gruwelen te vervagen. En als het nog lang duurt voordat ik ga trouwen, dan kon ik Constancia nog wel eens ontrouw worden. Wat weet ik daarvan? Maar daar om wil ik juist haar leven niet aan het mijne ver binden, zoolang ik niet in staat ben, haar een gelukkig bestaan te verschaffen." Michael vond, dat het een heel ongeschikte ge legenheid was, om over de mislukking van den oorlog te pratenen daar hij niets beters te zeggen wist, begon hij een soldatenliedje te zingen in gebrekkig Engelsch: It's a long way to Tipperary, It's a long way to go KORTE INHOUD VAN '2' VOORAFGAANDE: De Amerikaansche millionnair Andrew Durane ver trekt in 1915, tijdens den wereldoorlog dus, ondanks het groote gevaar dat daaraan verhonden is, met de I/usitania naar Engeland. Hij wil deze zakenreis benutten om s'n kapitaal voor zijn erfgenaam, die zeer spoedig ter wereld zal komen, te vergrooten. Op het zelfde moment neemt de zeventienjarige baron Dimitri Rostokof op 'n Russisch station afscheid van van zijn moeder om zijn vaderland als officier te die nen. Terwijl in New York Durane's kind, een meisje, dvt Andrea genoemd wordt 't levenslicht aanschouwt, vindt haar vader den dood in de golven. Dimitri Rostokof keert na deitien maanden met z'n vriend prins Michael Normoff voor een verlof van twee weken naar het landgoed van z'n moeder in de Krim terug. Ilij ontmoet daar de zestienjarige knappe Constancia, een verre nicht van zijn moeder. „Zét je expres zoo'n treurige stem op, Michael?" „Ja. dat ligt nu eenmaal in mijn natuur. Ik beb dat liedje geleerd van een Engelschen officier in Petrograd. Maar als je het liever bebt, wil ik wel een ander bedenken. Ik verlang dit jaar van den oorlog niets anders, Dimitri, dan dat iedere man in mijn regiment een paar behoorlijke schoenen heeft. Wat verlang jij?" „Dat ze geen luizen krijgen." „Och, jij bent ook zoo'n volmaakte idealist!" DEBÜË HOOFDSTUK Andrea Durane kreeg van haar grootmoeder een poppennaaidoosje met Kerstmis 1920. Het was een snoezig dingetje met satijn bekleed, met- een gouden vingerhoed, veel kleurige lapjes zijde en een schaartje met gouden oogen. En op den tweeden Kerstdag knipte ze zich leelijk met dat schaartje in haar kleine vingers. De kinderjuffrouw haalde er een kinderspecialist bijde nieuwe gouvernante, die zich herinnerde, dat een Hollandsche jongen eens een stad gered had, door zijn duim een heelen nacht op 'n gat in een dijk te houden om het doorsiepelen van het water tegen te gaan, hield het armpje van Andrea zoo stijf vast om het bloeden tegen te houden, dat ze er vreeselijkpijn van kreeg in haar vingers. Andrea begon hoe langer hoe harder te huilen, haar moeder viel bijna flauw van angst voor infectie en haar grootmoeder liet Mark Ilenderton van de beurs in Wall Street wegroepen. Terwijl grootmoeder bleef aandringen op het halen van een tweeden dokter om het vingertje te verdooven, voordat er iets gedaan werd, en de kinderspecialist intusschen het wondje op twee plaatsen gehecht had en de opmerking maakte dat er van eenig litteeken nauwelijks sprake zou zijn, kwam Mark Henderton binnen en verklaarde heel heslist, dat een schaar een ongeschikt cadeautje voor 'n klein kind was. Andrea schopte naar de gouvernante, die nu weer haar schouder veel te stijf naar haar zin vasthield. Terstond werd besloten, dat Andrea vroeger dan afgesproken was naar Florida zou gaan, om daar in den zonneschijn vlugger te herstellen van een mogelijken schok, die het ongelukje haar wellicht bezorgd kon hebben. Intusschen werd er een kalmeerend drankje voor het kind klaargemaakt; maar omdat het wicht vermoeid door het vele huilen, al in slaap viel, nog voordat het was uitgekleed, nam de kinderjuffrouw het drankje maar in, omdat ze voelde, dat ze iets kalmeerends noodig had, daar ze reeds minutenlang hang was geweest, dat iemand, misschien zij zelf, voor het ongevalletje verantwoordelijk gesteld en weggestuurd zou worden. Dienzelfden avond nam Mark Henderton het besluit, zijn huwelijksaanzoek hij Isabel Durane niet langer uit te stellen en dan haar moeder een ruime toelage te geven tegelijk met den wenk, dat de Riviera een nog veel deftiger en prettiger ver blijfplaats geworden was dan voor den oorlog. Op die wijze zou hij in staat zijn, beter voor de opvoeding van Andrea te zorgen en tevens te voorkomen, dat haar grootmoeder met nog meer gevaarlijke en ongeschikte cadeautjes kwam aan dragen. Michael, Dimitri en generaal Padalski ploeterden voort door de duisternis. Het had opgehouden met sneeuwen, maar de sneeuw lag zoo dik opgewaaid, dat het moeilijk was, den goeden weg te houden. Dimitri ijlde in zware koorts. Michael verwenschte de sneeuw, de koude, de bolsjewieken en generaal Pa- XWEE ÖJK dalski; dan weer hield hij zich een poosje stil en spaarde V U I? V4 fc I 4 zijn adem voor het loopen. Soms moesten ze samen Dimitri ondersteunen. Dan weer strompelde hij op eigen kracht verder. Nu en dan kwam de maan flets tusschen de dichte wolkenbanken te voorschijn. Dan konden ze den weg wat beter onderscheiden en de uitgestrekte pijnbosschen of de groepen kale berken in de verte. Maar dan voelden ze ook weer meer angst voor ont dekking. Op een driesprong hielden ze halt. Toen zei generaal Padalski „Zijn schouder bloedt weer!" Michael trachtte met zijn verstijfde vingers het verband wat'strakker vast te hinden. „We moeten er maar niet over tobben." „Denkt u, dat hij tóch verloren is?" „Het bloeden zal in deze kou wel vanzelf ophouden. Anders gaat hij dood. G-aan we den heuvel af, of langs dezen weg naar boven, Michael?" „Ik weet bet, niet zeker. Laten we maar pro- beeren naar beneden te gaan. Als we den goeden weg hebben, dan kan het niet ver meer zijn." Dimitri bleef aldoor praten met zijn moeder, met Constancia, soms met Michael, alsof ze nog op de academie waren. Hij praatte haastig en eentonig. Eens trachtte hij zelfs zijn manschappen aan te vuren en werd zijn stem luider. „Stil toch, Dimitri, stil toch!" zei Michael. En toen hij wat rustiger werd vervolgde hij„Hij denkt dat we nog met Broesilof in '17 op weg zijn naar Lemberg, voordat de Oostenrijkers een tegen aanval deden en ons leger als sneeuw voor de zon wegsmolt. Ze deserteerden bij heele compagnieën en regimenten tegelijk. We zullen wel nergens een dokter vinden. Trouwens, in heel de Oekraine is geen dokter, die ons niet aan de bolsjewieken zou overleveren „Kom, Michael. In dat huis zullen we een dokter van onze eigen partij vinden, als ze ons ten minste goed hebben ingelicht." „Neem me niet kwalijk. Maar als we nu op den goeden weg zijn, hoe ver denkt u dan, dat het nog is?" „Nog een mijl of twee." Michael lachte, maar het was slechts een vage weerklank van zijn vroegeren vroolijken spotlach. „Ik liep er juist over te denken, generaal, hoe veel mijlen u reeds te voet hebt afgelegd sinds dien Mei-avond in Galicië, toen u er zoo hitter tegen protesteerde, dat u tien of vijftien mijl had moeten loopen." Padalski grinnikte. „Ver en lang genoeg om te veranderen in kame raad Sergius Padalski, den vriend van het gewone volk. totdat we er in slagen, het leger van Deni- kin te vinden. Ik zou wel eens willen weten, of hij nog in Kiew is." „Daar beneden schijnt een licht. Denkt u, dat we Dimitri zoover kunnen krijgen, dat hij een poosje zijn mond houdt?" „Nee. Wat komt het er ook op aan? Als dat het huis is, waar we moeten zijn, dan kan hij praten, zooveel hij maar wil. Als we. verkeerd zijn. „Dan zijn we verloren, kameraad Padalski." „Michael, ik heb altijd iets tegen jouw eigenaardige manier van grapjes maken gehad. Ik heb nooit gedacht, dat er nog eens een tijd zou komen, waarin ik wensohen zou, dat je je oude grappigheid weer terugkreeg. Blijf jij met Dimitri in de schaduw van de hoornen daar. Dan zal ik naar het huis toegaan." Het maanlicht werd helderder. Plotseling was Dimitri doodstil en leunde zwaar tegen den schou der van Michael aan. „Ik geloof vast, dat hij dood gaat," dacht Michael.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1939 | | pagina 24