ALLEN WILLEN
LORD liAl.IIAX, de Britsehe
minister van Buitenl&ndsche Za
ken, in zijn radio-rede van 24 Aug.:
Ik bid vurig, dat de oproepen van
koning Leopold, Z.H. den Paus en
president Roosevelt beantwoor
ding mogen vinden in de harten
der mcnsohen.
Mr. HÜRK-BEL1SHA, de Eugölsche minister
van Oorlog, bij een bezoek aan Parijs op 4 Juli
1939: Diep genesteld in onze beide volkereu
leven zekere opvattingen, die door de generaties
zijn overgeleverd en verrijkt, n.l. opvattingen
betreffende gedragsnormen ten aanzien van op
treden in het leven, ten aanzien van meusehe-
lijke waarden.
LORD GORT, de chef van den Brit
schen Generalen Staf, neemt op het
oogenblik de voornaamste plaats in
onder de Britseho militairen. Hij is
53 jaar ouden de jongste chef van
den generalen staf, dien Engeland
ooit gehad heeft.
.Nb\ LLLE OH AMBER L Al Nde EngelscLu- minister
president, in zijn Lagerhuis-rede op 24 Aug. 1939:
De ramp is nog niet over ons gekomen en nog moeten
wij hopen, dat rede en vorstand een weg mogen
vinden om ziehzelve weer te doen gelden. Ik ben
er zeker van, dat het Lagerhuis «le waardeering deelt,
waarmede de regeering kennis heeft genomen van
den oproep tot vrede, die gisteren is uitgesproken
door koning Leopold van België.
i uUSTER, het nieuwe .-uuus-
lioofd van de Vrije Stad Danzig:
De Führer zal de Duitsche aange
legenheden in rust on vrede
regelen.
>U.\ PAREN, de Duitsche am
bassadeur te Ankara, zou volgens
de laatste berichten met nauwkeu
rige opdrachten naar tie Turksche
hoofdstad zijn teruggekeerd.
li. PAUS PIl.S XII in zijn radio-toespraak aan de
geheele wereld 24 Aug. j.l.Wij richten ons tot. de vol
ken, opdat zij met kalmen wil en sereniteit alle vrede
lievende pogingen mogen aanmoedigen, welke hun
regeeringen kunnen doen, opdat de macht van het ver
stand en niet die van de wapenen de rechtvaardigheid
doen zegevieren.
KONING VICTOR EMMANUEL
heeft den ambassadeur der Vereenig-
de Staten verzocht, zijn hartelijken
dank te willen overbrengen aan
president Roosevelt voor diens
boodschap.
GRAAI'01 VNO, jninist.fi- win b uilen-
landsclie zaken van Italië. Een pas
sage uit het verdrag van 't militaire
en politieke bondgenootschap, dat
door hem op 22 Mei 1939 in de nieuwe
Rijkskanselarij te Berlijn werd onder
teekend: Nadat door de gemeen
schappelijke, voor altijd vastgestelde grenzen tussehen Dultschland cn Italië
de veilige brug voor wederzijdsche hulp en steun is geschapen, hevestigen
de beide regeeringen opnieuw de politiek, welke reeds vroeger door haar is
overeengekomen in haar grondslagen en doel, en die zich zoowel voor de
bevordering van beide landen, alsook voor de verzekering van den vrede in
Europa, met succes heeft gehandhaafd.
BENITO MUSSOLINI, chef van de ItalJaansche regee
ring, in een toespraak op 20 April te RonieDe bewering
dat de as oorlog wil is geheel onjuist. De as wil vrede en
samenwerking en daarom is het gemakkelijk de paniek -
zaaiers tot zwijgen te brengen. Onze leii9 is „vrede met
rechtvaardigheid
MINISTER-PRESIDENT DALADIER van Frankrijk
in zijn radio-rede van 25 Augustus: Gij kent mij vol
doende om te weten, dat ik, om een oorlog te bezweren,
alles zou doen, wat menschelijkerwijze mogelijk gedaan
kan worden. Ik zal niet ophouden een beroep te doen op
de rede van alle volkeren cn ik geloof, dat wanneer ieder
verantwoordelijk staatsman oprecht den vrede wil, alle
problemen geregeld kunnen worden door vrije en loyale
onderhandelingen
A R IT Ade Ja pansche
minister van buitenland-
schc zaken, heeft den ge
zant te Berlijn opdracht
gegeven te protesteeren
tegen het afsluiten van
het D ui tsoh-Russische
non -agressiepact.
GENERAAL GAMELIN, chef
van den Franschcn generalen staf
en in geval van oorlog opperbe
velhebber van de gezamenlijke
Fmnsch-Engelseho legers, slaakte
in een gesprek met een zijner
assistenten onlangs dc verzuch
ting: Als we maar voor een
poosje vrede hadden, zon ik me
weer 'ns aau mijn schilderkunst
kunnen wijden.
M. BONNET, de Fransche minister
van buitenlandsche zaken, tijdens een
rede op 5 Juli 1939 Li Parijs: Het is
derhalve om den vrede te bevestigen
en «ie menschen gerust te stellen, dat
Engeland en Frankrijk met broeder
lijken ijver werken aan de toeneming
van hun militaire macht. Onze ge
meenschappelijke inspanning heeft
slechts ten «loei de veiligheid der
volken tc handhaven.
