m en de A rtienmidensche en de Katholieke Zuid-Bevelandsche tot de Axelsche toe. toeristen. Maar van de boerenbevolking zelf. Want dit valt al heel gemakkelijk vast te stellen in die streken, waar de dracht verworpen werd, dat het leven, de gebruiken en de gewoonten, de gezelligheid en het verinaak er bij hebben ingeboet: dat de sfeer er ontstellend veel nuchterder geworden is. De actie, door de jonge Yereeniging tot Behoud van de Zeeuwsche Kleeder drachten ingezet, vindt dan ook gelukkig reeds weerklank in de provincie, op de middelste eilanden vooral. En de groote belangstelling, die er in deze weken bleek te bestaan voor de door haar ingerichte tentoonstelling, die werd ondergebracht, in een der statige Middelburgsche abdijzalen, bewijst, dat juist de boerenbevolking zelf nog alles behalve onverschillig is geworden voor het behoud der oude drachten. En een expositie als deze, die erop gericht was, juist de verscheidenheid, den rijkdom, de pracht van de Zeeuwsche drachten te demonstreereen, kan niet anders dan animeercnd gewerkt hebben op de weifelenden. Juist dat de expositie door zoo talrijke Walchersche en Bevelandsche boeren en boerinnen vooral bezocht werd en genoten, wettigt de hoop, dat deze daad van de Vereeniging vrucht zal dragen. En dat zij daarmee haar doel gediend heeft op een wijze en in een mate, die misschien tevoren nauwelijks konden worden voorzien En dacht w, dat de zelfgemaakte Zeeuwsche boter- babbelaars hier ontbroken zouden hebben 1 De Westkappelsehe kantwerksters konden niet uit verteld raken over haar lcunst tegenover hel weet grage publiek. hot dorp. Niet om het schilderachtige, niet om het aspect alleen. Niet louter om behoudzucht en traditie. Maar om de harmonie. Hoe verder het leven, ook op het platteland, zich moderniseert, hoe moeilijker de strijd zal worden. En die moderniseering, tempo en zakelijk heid dringen al ver door in leven en werk en huis houding op het land, op de boerderij. Maar nog niet zoover, dat de kleeding noodzakelijk al meegeratio- naliseerd moet worden. Een beetje gemak mag wel worden opgeofferd aan de eigen sfeer, aan de persoonlijke bekoring, die altijd het leven van de afzonderlijke streken van ons gewest gekenmerkt heeft. Niet ten pleiziere van de stedelingen. Of van de 7" ziet. dat 't er geanimeerd toeging in de gezellige tentoonstellingszaal.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1939 | | pagina 17