HAAR era MARIA DE LA GRACIA Hoe ik OVERTOLLIG MGSTmxWGSCHM.? voor altijd ben kwijtgeraakt Reclame Knippatroon 15 ct. PMORA I/C geniet 18 door een gediplomeerde verpleegster floor J. Gerhard Toonder P'°!e ««thoöe Hieu*e „Mijn armen en beenen waren be dekt met afschuw lijk dik, donker haar. Ik had alles geprobeerd - prik kelende pasta's, o n a an ge name poeders, zelfs pijn lijke electrische be handelingen. Het ge bruik van een scheermes deed het haar slechts sneller en grover groeien. Daarna sprak een vriendin mij over Xieuwe Yieto. Binnen drie minuten verwijderde ik alle sporen van haar. Mijn huid bleef blank en glad als fluweel. De plaag van overtollig haar is door Xieuwe ieto ten einde gebracht." X.B. Xieuwe Yieto lost op pijniooze wijze het haar op, dat zich onder de oppervlakte der huid be vindt en laat daarom geen harde stoppels achter, zooals door een scheer mes wordt gedaan het verzwakt inderdaad den groei van liet haar. In tuben van 85 cent en 1.50 bij dro gisten, kappers en parfumeriezaken. No. 16 VOOR SLECHTS Verkrijgbaar in de maten 40 - 42 - 44 - 46 Voor de vacant ie, kan 't mooier, Dees' gezellige blouse met overgooier? Deze kleedingstukken mogen niet aan Uw vacantie-uitrusting ontbreken. Zij zullen U zeer zeker goede diensten bewijzen en ze zijn zeer aan genaam en practisch in het dragen. Bovendien kunt U ze met ons goed koop en handig reclameknippatroon gemakkelijk in een middag maken en vormt deze blouse met over gooier een prettige aanvulling van Uw garderobe. Tevens is dit een mooie gelegenheid om met onze uit stekende Kant-en-klaarpatronen ken nis te maken. De levering geschiedt binnen 24 uur. Bestellingen kunnen als volgt geschieden door bemiddeling van Uw bezorger; door girostorting op no. 293631 door toezending van het bedrag per postwissel oi in postzegels aan PATRONENKANtOOR NASSAUPLEIN 1 - HAARLEM Mijn paard, dat zich al dagen lang traag en haast aarzelend had voortgesleept door de trooste- looze en verschroeide Campo Caldo, be speurde de aanwezigheid van de rivier eerder dan ik. Het stak onverwacht zijn neus op, alsof het vage en heete zuchtje wind, dat over de vlakte op ons toe kwam, nog meer bevatte dan alleen den geur van dorrende planten en verhit steen. Maar het duurde nog bijna een half uur voordat ook ik dien vreemd- zoetigen, paradijsachtigen geur van zweetende aarde en vochtigen groei kon ruiken. Toen werd ook het land schap al beter; en op den heuvelkam, die tot dusver het uitzicht had belem merd, werd een heel andere wereld zichtbaar. Daar stroomde de rivier breed uit met een trage kromming door een groene vallei; daar waren huizen en dorpen, hooge, weelderige boomen, en langs den waterkant en te gen de heuvelhelling zag ik zelfs goed verzorgde tuinenIk hield het paard, dat trilde van verlangen om zich naar dien koelen overvloed te storten, onwil lekeurig even inéén minuut langer gelukte, het niettoen renden wij naar beneden, en er waren ons veel te veel kronkels in het pad. En zóó onstuimig was die jacht naar den oever, dat er nog bijna 'n ongeluk van kwam; bij een van die bochten, tot het laatste moment aan ons oog onttrokken door een groepje struikgewas, zat een oude man, bijna midden op den weg. Hij maakte, toen wij vlak voor hem om den hoek kwamen, een hulpelooze beweging van schrik, een krampachtige poging om wat naar achteren te krui pen, maar dat was te laat en het zou er droevig voor hem uitgezien hebben als Don Jaime, het paard, niet met een ruk over hem heen was gesprongen. „Senor. hoorde ik de dunne stein van den ouden man achter mij roepen; maar wij hadden geen tijd om hem te beklagen, wij moesten naar dat water toe. En ik dacht niet meer aan dien ouden man voordat ik veel had gegeten en gedronken en voordat ik in de rivier had gezwommen en een nieuw hemd, dat ik daar in het dorp kocht, aan had getrokken. Maar, hoe dan ook, toen het tegen den avond wat koeler werd, wandelde ik met bedaarden pas terug naar die bocht, waar de oude man had gezeten. Hij zat. er nog; hij zat er nog pre cies zooals dien middag. Hij keek mij zoekend aan, toen ik naar hoven kwam, en zei weer, met een dunne stem: „Senor...." „Zoo," zei ik. „Zoo, zoo, zit je hier nog? Ik dacht dat je na dien schrik van vanmiddag je biezen wel zou pakken." „Ja, ik zit hier nog," knikte hij, en hij stak zijn hand naar mij uit. „Senor. Een bedelaar dus. Ik gaf hem 'n peso voor den schrik, ik vond het nogal veel. Maar hij keek niet naar de munt hij betastte haar voorzichtig, terwijl zijn oogen op mij gevestigd hieven, en hij vroeg: „Wat is het?" „Een peso," zei ik. „Ben je blindt" „Ja, ik ben blind," antwoordde hij. „En andere munten kan ik met mijn vingers wel herkennen, maar peso's krijg ik zoo weinig." „Hm," bromde ik. „Het spijt me dat ik je vanmiddag bijna ondersteboven reed. En zou je nu maar niet liever in pakken en naar huis gaanf" „Huis ik heb geen huis," zei de blinde. „Ik slaap hier achter, in de struiken, daar onder dat afdakje." „Waarom blijf je hier? Waarom ga je niet liever naar het dorp toet Is dit- zoo'n bijzondere plek?" Hij wendde zijn blind gezicht in de richting van de rivier, naar de heuvels aan de overzijde, als zag hij dat daar het laatste licht langs den hemel kroop, en zei langzaam: „Ja, dit is een bijzondere plek. Dit is de plek waar Maria de la Gracia mij verliet Hier ging zij weg, hier hoorde ik haar voetstappen in de verte ver dwijnen." „Wie was Maria de la Gracia?" „Ik heb haa.r 'nooit gezien, senor; ik kende niets van haar dan haar ge luiden; haar voetstappen, haar stem, het ritselen van haar kleeren, en ik kende de aanraking van haar vingers, die zoo zacht en koel waren als geen andere vingers kunnen zijn. Maar gezien heb ik haar nooit, want ik was al blind toen zij geboren werd; mijn klein dochter. Ik werd blind door een bliksem slag; een dokter zei, dat het iets anders was, maar ik weet het zeker, senor: de bliksem sloeg langs mijn gezicht en sindsdien werd het minder. En toen de pokken kwamen stierf m'n dochter; mijn schoonzoon verdronk bij de groote over stroomingen. Toen waren wij alleen, een blinde man en een klein meisje. Wij konden onzen, kost niet verdienen, maar wij deden wat wij konden en het duurde nog jaren voordat men ons het stukje grond afnam en uit het huis zette. Toen zijn wij maar weggegaan, naar een dorp waar men ons niet kende, en vandaar gingen wij naar een ander dorp; er waren wel goede menschen, maar wij konden nergens blijven. In dien tijd werd Maria de la Gracia groot. Zij leidde mij en gaf mij mijn eten en hielp mij als ik naar bed ging; dat is mi allemaal wel moeilijk, senor. Zij bracht mij ook door de Campo Caldo - daar stierven wij bijna, maar toen kwam er een caballero langs met twee paarden en hij redde ons. Dat was een caballero, senor, hij heete Juan en rinkelde met geld en zong aardige liedjes; hij was heel beleefd tegen mij, maar hij fluisterde veel met Maria de la Gracia. Toen speet het mij, dat ik niet kon zien, senor, want ik verstond hen nooit, zoo zacht fluisterden zij. Alleen het laatste ver stond ik, dat was wat. hij op deze plek zei; „Jullie zijn veilig, ik ga verder. Bedenk je wel, Maria de la Graciaje zult me tot morgenochtend vroeg nog in het dorp kunnen vinden." En toen ging hij weg. Een droevige avond werd dat, senor. Wij zaten hier samen op het pad, maar zij zei niets en lachte niet, en zij dacht aan andere dingen, 's Nachts, toen zij meende dat ik sliep, stond zij op en toen hoorde ik haar voetstappen verdwijnen. Natuurlijk, ik begrijp het. Zij was groot geworden, senor, zij was een vrouw. En ik begrijp ook, dat die cabal lero den blinden, ouden man niet wenschte. Hij reisde veel, hij wilde haar graag altijd hij zich hebben, maar mij niet. Daarom riep ik haar niet na; en ik ben hier blijven zitten. Eens zal zij terug willen keeren. Dan zal zij bier komen, senor, op de plek, waar zij mij verliet, daar moet zij mij kunnen vin den. Zeg niets, senor. Het is laat, wij gaan slapen. Zeg niets; u gaf mij een peso, en dat is heel veel. Maar als u op uw reis ooit Maria de la Gracia ontmoet, zeg haar dan dat ik hier ben en op haar wacht." Van füv lA^neictf Het geheele jaar door kunt U dat zonnige zomergevoel, dat gevoel van blije vrijheid behouden Dank zij Nefa, de prachtige vinding der moderne hygiëne kunt U volop genieten van volkomen bewegingsvrijheid. Nefa is. wonder zacht hy giënisch en is discreet te vernietigen. I RANJE 25 ct BLAUW 35 ct GROEN EXTRA 50 ct NEFA-FABRIEKEN TE NI IMFfLFN Zal deze aanwijzen, dat hij in de laatste weken weer zwaarder gewor den is Wat heeft hij toch alles tever geefs geprobeerd! Óntvettingskuren, hongerkuren, dieet, alle mogelijke medicamenten enz. En daarbij kan hij tegenwoordig op gemakkelijke manier iedere week een paar pond afvallen, wanneer hij na de hoofd' maaltijden 1-2 Dragées „NEGEN TIEN" gebruikt. Dit zuivere natuur product is volgens de laatste onder zoekingen van Prof. Dr. H. Much samengesteld. Dragées „NEGENTIEN" tasten het kwaad bij den wortel aan. Zij gewennen den darm weer aan normale peristaltiek en verhin deren daardoor de overmatige vet- vorming van het lichaam. Prijs f 1.25 per flacon van 40 stuks. Te verkrijgen bij tflrtïïïil Apothekers en Drogisten. HoofddepdtDen Haag. Dr. H. Nanning. Korte Poten 7a.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1939 | | pagina 18