De yierling te Hengelo 5 De heer en mevrouw Pijlman hebben al hun armen noodig om met hun jongste spruiten te hunnen poseeren. De vierling op een rijtje: het zijn Johannes, Ant je, Auk je en Harmke, geheel onbewust van het feit, dat ze in ons land al een zekere vermaardheid genieten.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1939 | | pagina 5