SNOEKBAARS
verovert de markt
NEDERLAND WAAGT ZICH AAN
ZOETWATERVISCH NIEUW VOLKS-
VOEDSEL UIT HET USELMEER
Er ia een nieuwe visch bij den Neder
lander op tafel verschenen: snoek
baars. Wie had daar vroeger ooit van
gehoord? Misschien zoo'n doorgewinterde
vischeter, zoo'n verlekkerde smulbroer, die
tijd en geduld en den rechten smaak had,
om ook eens wat anders dan kabeljauw of
schol op zijn dagelijksch menu te verlan
gen. Maar de huismoeder, en die is ver
antwoordelijk voor smaak en maag van het
overgroote deel onzer vaderlandsclie samen
leving, had nooit van snoekbaars gehoord.
Zij had haar voorkeur, waar het gold de
Zuiderzee-visch boven de vangst van de
Noordzee en daar had zij gelijk aan, want
die was beter, maar zoetwatervisch stond
bij haar bij voorbaat in een kwaden reuk,
al was het alleen maar om de graten. Wie
dan wel eens over de grenzen at, vooral
bij onze oosterburen, en daar Sander kreeg
voorgezet, vond die nog lang zoo kwaad
niet en zou misschien erg vreemd hebben
opgehoord, als er iemand in zijn omgeving
was geweest, die dat ietwat geurig-deftig
begrip Sander zoo ruwweg had vertaald
met den goeden vaderlandsohen naam van
snoekbaars.
Maar vandaag eet ieder snoekbaars.
Bij man-den, teilen, kisten en kratten vol
gaat de snoekbaars naar den afslag, waar
de aanvoer dikwijls zoo overstelpend is, dat
een visscher soms uren lang moet wachten
voor zijn zootje verkocht is.
Plotseling ligt zij in den fijnsten vischhan-
del, zoo goed als bij den venter op zijn
kar, plaatst het beste restaurant haar op
zijn menu en komt zij in het Hollandsche
gezin op tafel. Snoekbaars is een mode
recept geworden: lekkerbekken discussiee
ren erover, de huismoeder brengt het trots
op tafel, en de meesten van ons zijn er al
lang mee vertrouwd. Drie omstandigheden
hebben den intocht der snoekbaars bevor
derd. De oorlogstoestand allereerst, die
den normalen aanvoer van zee visch vrij
wel stopzette, de ongeveer gelijktijdige
massale vangst van snoekbaars op het
IJselmeer en eindelijk de ervaring, dat
deze visch zeer weinig graat bevat over
het algemeen het grootste bezwaar tegen
zoetwatervisch en zeer smakelijk is.
Maar vooral de eerstgenoemde factor heeft
de snoekbaars haar groote kans gegeven
alleen uit nood, bij afwezigheid van iets
beters, waagde de conservatieve Neder-
landsche consument zich aan deze „nieuwig
heid".
Geheel nieuw is de snoekbaars binnen onze
grenzen overigens niet. In onze rivieren
kwam deze visch, die met snoek zoomin
als met baars iets te maken heeft, en dus
geen kruising of bastaard is, steeds voor
en werd er ook in beperkte hoeveelheid
gevangen. Pas na 1900 begon men in Neder
land deze visch op groote schaal in onze
binnenwateren uit te zetten, een werk,
door de Nederlandschc Heidemaatschappij
De snoekbaarsvisscherij brengt in de haven, van Medcmblik een drukte en vertier als vroeger in de beste dagen der ansjovisteelt.
De botter is teruggekeerd in de haven en de vangst wordt terstond aan
wal gebracht,
Edit trek met het sleepnet bezorgt den visscher een rijken buit aan snoek
baarzen, die stuk voor stuk uil de mazen van het net bevrijd moeten worden.