VERLOREN KUST
HET OUD
GREEP VAN HET NIEUWE
Groote veranderingen aan den Overijselschen wal
Kraggenburg, de eenzame
norsche waterburcht aan
het eind van het Zwolsche
Diep, zal eenmaal midden
in den Noordoostpolder
komen te liggen.
De K.P. 1, het oudste
visscherschip der voor
malige Zuiderzee, bij
„de Kerk", den zuide
lijken vuurtoren van
Schokland.
Eens de slotgracht van den burcht van bisschop Gode-
fried, thans de binnenhaven van 't oude Vollenhove.
auneer <ie Noordoostpolder zal zijn
voltooid, lieeft de Kop van Overijsel
zijn kust verloren, een merkwaardige
kuststrook, daar in dien afgelegen en
altoos wat geheimzinnigen uithoek der
oude Zuiderzee. Een kust, zoolang door zilte
golven bespoeld, door felle branding aangevreten,
zal nog slechts een vaag herkenbare overgang
zijn van 't oude naar 't nieuwe land, den vredigen
oever vormen van een smal en kalm boezemmeer,
waaraan de historische havens volkomen van
karakter zijn veranderd. Een heel eigen sfeer had
die Overijselsche kust. De eeuwig-ruischende biezen-
wereld van de IJseldelta. Kraggenburg, de norsche
en eenzame waterburcht aan den mond van het
Zwolsche Diep. de diluviale Voorst, die als een
trotsche kaap in zee vooruitsprong, de oude
stadjes Genemuiden, Vollenhove en Blokzijl, de
ruimte en rust van het Kuindersche buitenland,
was in een zoo klein bestek 'n grooter afwisseling
denkbaar'?
Slechts een smalle strook water zal in de toekomst
Kampereiland en Ramspol van bet nieuwe land
scheiden. Niet langer rijst en daalt een zilte zee,
traag verloopend in het moeras, borrelend tusschen
de rietpollen en bevorderend
door de wisseling van het
tij eefi weligen wasdom der
zilvergrijze biezenvelden.
.Taai' na jaar groeide hier het
land. Verder en verder drong
het riet zee in, kunstmatig
aangeplant en in den oogst
tijd van den ruseh schoven
de platboomde biezenbakken
door killen en kreken, lioog-
beladen met versch gemaaid
riet, waar de nijvere handen
der matters op wachtten
in Genemuiden, Grafhorst.
Wilsum en Blokzijl. Het was
een hard en rauw bestaan
zwijgende, naar binnen ge
groeide naturen kweekte
dit moeizaam bedrijf. Het,
biezenvolk, ploeterend in water en drab, gewend
aan de eeuwig-doorruischte stilte, de stem van
den wind en de stem van de zee, had nochtans
dit werk-in-eenzaamheid lief. Het was een ras,
dat sterven moest, zoo goed als heel die oude
nijverheid der huismatters in den Kop van Overijsel.
Nog slechts enkele ouden van dagen vlechten aan
hun mattersraam, de moderne industrie heeft dit
werk overgenomen.
Ook de oude boerenstal! Kampen zal den weerslag
ondervinden van de groote veranderingen, welke
zich hier in de nabije toekomst gaan voltrekken.
Hoopt eenerzijds de stad, thans reeds het agrarisch
centrum der wijde omgeving, op voordeel uit goede
verbindingen met het nieuwe land, zij is aan den
anderen kant ook erfgename van de Schokker
visscherstraditie. In de haven van haar „voorstad"
Brunnepe ligt de Kamper visschersvloot, waarvan
nog enkele schepen met den zwaren balksteven
herkenbaar zijn als oude Schokker schuiten. Tot de
vloot behoorde nog voor kort de K.P. 1, het oudste
visscliersschip van de Zuiderzee, oorspronkelijk van
Schokland afkomstig, waarop nog bij den rampzali
gen stormvloed van 1825 een aantal Schokkers van
Emmeloord het leven redde. De laatste eigenaar van
De laatste biezen matten van Blokzijl, waar deze
eens zoo bloeiende huisindustrie thans ook vrijwel
tot het verleden behoort.
De Schokkersbuurt te Brun
nepe bij Kampen met, de
huisjes, die na de ontruiming
van 1859 uit het materiaal
der afgebroken Schokker wo
ningen hier werden gebouwd.