Silvilrrin
1
GOEDE FUNDAMENTEN
Het Koninklijk
pardon
y&üten. gloeien doet
de Natuurlijke Haarvoeding
door Bartimeus99
12
Silvikrin Lotion voor de dagelyk-
sche verzorging van het haar
Elke flacon geeft U drie voordeden:
1. Silvikrin Lotion voorkomt en bestrijdt
haaruitval en roos en bevordert den
haargroei.
2. Door haar hooge gehalte aan Neo-Sil-
vikrin haarvoeding versterkt en voedt
re de haarvormende weefsels, bestrijdt
belemmeringen in den haargroei en be
schermt de hoofdhuid tegen infectie.
3. Ze verfraait het haar, geeft het natuur
lijken glans en een aangenamen, dis-
creten geur.
Flacon f 1.25 en f 2.25
Neo-Silvikrin, geconcentreerde,
natuurlyke haarvoeding
Wanneer de haaruitval bijzonder hevig is,
de roos hardnekkig en dun haar, of zelfs
kale plekken kaalheid voorspellen, dan
heeft U deze geconcentreerde haarvoeding
noodig.
Neo - Silvikrin bevat de 14 substanties die
voor den groei van het haar onmisbaar zijn,
in organische verbinding en in sterk gecon-
centreerden vorm.
Flesch voor een maand 3.60
Elke goede zaak belast zich gaarne
met de verzending in zorgvuldige
verpakking aan militairen.
Silvikrin Laboratorium - Rotterdam
De stalen helm dient vooV 't gevaar,
doch is niet bijster goed voor 't haar.
Hoe lichtzinnig zijn velen met hun haar,
ze verzorgen het maar zoo zoo. Ze
schenken er, vooral in de jonge jaren,
nauwelijks aandacht aan en verwaarloozen
het. Dan is het eigenlijk geen wonder,
dat vele mannen reeds midden twintig
dun haar en karigen haargroei hebben.
De groei van het haar is alleen dan mo
gelijk, wanneer de teere, haarvormende
weefsels en de haarwortels gezond zijn
en wanneer de hoofdhuid tegen verhar
ding wordt beschermd.
Evenals elk levend organisme, zoo heeft
ook het haar voedingsstoffen noodig voor
den groei. Normaal worden deze voe
dingsstoffen door den bloedsomloop ver
strekt. Wanneer echter door den loop der
jaren, door ouder worden, of door sterke
geestelijke of lichamelijke inspanning de
haarwortels de voedingssubstanties niet
meer uit het bloed kunnen halen, dan moet
men ze hun van buiten af toedienen. Anders
ontstaat roos en valt het haar uit.
Neo-Silvikrin, de geconcentreerde, natuur
lijke haarvoeding, bestaat uit de 14 substanties
die noodzakelijk zijn voor den haargroei, in
dezelfde samenstelling, zooals zij door het
menschelijk organisme worden voortgebracht.
Neo-Silvikrin wordt daarom door de haar
vormende weefsels gemakkelijk opgenomen.
Het bestrijdt en voorkomt verharding van
de hoofdhuid, geeft nieuwe groei-energie aan
de haarwortels en brengt nieuwen haargroei
teweeg.
Maak een einde aan de verwaarloozing van
Uw haar. vóór de hoofdhuid is verhard.
Gebruik Silvikrin Lotion als Uw dagelijksch
haarwater, ze verfraait Uw haar en maakt
den haargroei krachtig en gezond. Bij hard-
nekkigen, vergevorderden haaruitval 3 minuten
daags Neo-Silvikrin in de hoofdhuid masseeren.
Dat is alles; de rest van den dag werkt
Silvikrin vanzelf in Uw hoofdhuid.
Welke richting U in de tech
niek ook uit wilt... zonder 'n
degelijke theoretische onder
grond bereikt ge Uw eind
doel niet.
Studeer techniek thuis!
Burgerlijke bouwkunde, Architectuur, Meubel- en
Schildertechniek, Water- en Wegenbouw, Beton
bouw, Werktuigbouwkunde, Auto- en Vliegtuigtech
niek, Electrotechniek, Radiotechniek, Chemische
Techniek, Zuiveltechniek, Speciale cursussen.
HET NEOERLANDSCHE TtCHNICUM
ARNHEM
200 loorvakkan
120 Lerwee
SOOO CwnbtM
Vraag eens aan de eerste duizend
blauwkragen, die u aan den wal
tegenkomt, wanneer de vloot een
middag vrij heelt gegeven, waarom
ze bij de marine zijn gegaan. Negen
honderd negenennegentig hunner zullen
h wantrouwig aankijken, want ze voor
zien een traktaatje. Komt dat niet, dan
uiten ze een kort knorrig lachje, en
schudden hun hoofden, en spuwen
waarschijnlijk. Hieruit mag men wel
licht opmaken, dat zij 't zelf niet weten,
of anders te bleu zijn, om 't te vertellen.
De duizendste lacht, niet. 'Misschien
schudt hij zijn hoofd; spuwen doet hij
zeker. En dan, zwijgende sympathie
aanvoelend, neemt, liij u mee naar een
rustig kroegje, waar u zijn bier moogt
betalen, terwijl hij praat.
Dat is de man met. een verleden en
een grief.
Neusie Banes, stoker tweede klas,
w-as een man met een verleden. Tevens
bezat hij een grief, toen hij dienst nam
hij de marine. Verder bezat hij ongeveer
niets.
„Neusie" was eigenlijk zijn doop
naam niet, natuurlijk. Die luidde Orson
geen steek minder. Daarin lag het
verleden. „Neusie" was de vrucht van
gelaatsomstaudigheden, waarover hij
niet de minste macht had. Zijn neus
stond buiten verhouding tot de rest,
zijner trekken. Dat systeem van naam
geving is een restant uit het Steenen
Tijdperk, en aangezien zeelui conser
vatieve mensclien zijn, wordt het onder
de minderen op Zijner Majesteits sche
pen nog steeds gehuldigd.
De schrijver op het bureau, waar
Neusie zich was komen aanmelden voor
den zeedienst, had een drukken morgen
gehad. Er waren veel candidaten ver
schenen, wegens de sluiting van het
hopoogst-seizoen, het faillissement van
een limonadefabriek en andere geheim
zinnige invloeden. Het perkamenten
certificaat voor Neusie (het document,
dat een matroos van 't eene schip naar
het andere vergezelt, en alle bijzonder
heden omtrent zijn persoon inhoudt)
was het negentiende, dat hij had uit
geschreven dien morgen.
„Naam?"
Neusie spelde hem gelaten.
„Ouders of voogden? Naaste bloed
verwant?"
„Nooit gehad," antwoordde Neusie
hooghartig. „Ik ben 'n wees."
„Heb je liéélemaal niemand?" vroeg
de vermoeide schrijver. Hij deed dat
soort werk al anderhalf jaar, 't begon
hem de keel uit te hangen. „Als je nu
eeus doodging.moest er dan nie
mand een boodschap hebben?"
Neusie trok norsch zijn donkere wenk
brauwen naar elkaar toe en schudde
zijn hoofd. Dit. was een kolfje naar
zijn hand: een gelegenheid om zich
wars te verklaren van alle teedere ban
den aan den wal. Zelfs als hij dood-
ging.
De korporaal, die klaar stond om
hem naar den bak te brengen, raakte
zijn arm aan. De schrijver schoof zijn
papieren bij elkaar. Neusie kreeg opeens
een gevoel van verlatenheid. Hij had
trek, en hij was vol leegheid en zelf
beklag. De wereld was groot en trok
zich niets van hem aan. Overal in 't
rond waren sporen van een onbekende,
angstwekkende tucht.
„Ga maar es mee," zei de stem van
den korporaal, een zware, waarschu
wende stem, wel in staat, ontzag en
vrees te wekken in de borst van een
nieuweling. Neusie keerde zich om, en
bleef toen staan aarzelen. Als hij dood
ging
„0 wacht," zei hij tegen den schrij
ver. „Naaste bloedverwant. heb ik
niet. Maar wel een goeie kermis." Hij
kreeg een kleur als vuur. „Ze heet juf
frouw Abel, Goldersplein 14, Blooms-
bury Londen. Mejuffrouw J. Abel."
Dat was Janie de grief. Om
Janie te straffen, had Neusie zich onder
't getal diergenen geschaard, die in
schepen de zee op gaan.
Vóór dezen grooten stap was Neusie
loopknecht geweest; een beter soort,
loopknecht echter: hij deed zijn bood
schappen op een oude fiets met eeu
groote trommel voorop. Met groote
letters stond op die kist: J. HOLMES
ZOON, VISCHHANDEL, en daaronder,
met veel kleinere lettersLevering uit
sluitend A contant.
Janie was meisje-alleen in een pen
sion in Bloomsbury. Zij was degene, die
de keukendeur opendeed, als Neusie de
haringen en bokkingen kwam bezorgen,
welke de goden en meneer Holmes had
den uitverkozen voor de gemeenschap
pelijke tafel in het pension.
Waardoor Janie de vlam der liefde in
Neusie's borst ontstak, valt moeilijk
te zeggen. Het was een klein ding zonder
veel figuurze had een vale teint, door
dat ze haar leven lang in souterrains
en bijkeukens opgesloten had gezeten,
en door heel de atmosfeer van dat
pension in Bloomsbury. Ze had zwarte
kraaloogjes, en een bedrukte katoenen
japon, die haar niet bijster goed paste.
Pén barer kousen zakte gewoonlijk in
zoogenaamde palingen over haar enkel.
Haar handen waren knobbelig en klo
verig zoo aandoenlijk leelijk als
alleen de afgetobde handen van een
vrouw kunnen zijn. Kortom, zij was
echt het onaantrekkelijke hitje, dat in
romans en tooneelstukken vertoond
wordt, en in het pensionleven een alle-
daagsch verschijnsel is.
Desniettemin had de loopjongen van
den vischhandelaar, Orson Banes, met
uw permissie, en een jongeman die zich
voelde, haar lief; zoozeer, dat zelfs de
liefde van Antonius voor Cleopatra er
niet tegen opkon.
Janie trof hem om den anderen Zon
dag oin drie uur, of althans zoo kort na
drieën, als zij weg kon komen. Het
Zondagsche middageten in een pension
omvat ook soep, dus waren er dien dag
meer borden te wasschen dan anders.
Zij troffen elkaar bij den derden lan
tarenpaal links, als je in de richting van
het Britseh Museum loopt.
Eens in de veertien dagen, van 3 uur
mm. tot 10 uur n.m., smaakte Janie den
hoogsten triomf van het vrouwenleven.
Dan regeerde zij in een mannenleven.
Arme Janie!
Er bestond geen tweede dochter van
Eva, die zoo weinig coquetterie in haar
wezen had. Geen seconde had zij besef
van de vooren, die zij ploegde in Neu
sie's teedere ziel. Alle meisjes gingen
's Zondagsmiddags uit. Het bezit van