KIDOSTERBALSEM 21 pond overtollige dikte AKKER'S verdween in 6 weken Weegt nu 112 26 IN DEN Laat dadelijk 'n grooten pot Akkers Kloosterbalsem halen en laat U drie maal per dag flink daarmede wrij ven. Akker's Kloosterbalsem heeft de bijzondere eigenschap diep in de weefsels te dringen en daar op lossend te werken. Kloosterbalsem tast dus Uw spit in zijn oorzaak aan. verdrijft verrassend snel de pijn en maakt Uw spieren weer gezond. Ongeëvenaard als wrijfmiddel bij spit, rheumatiek, spierverrekkin gen, Stramheid, kneuzingen, ischias. Per pot van 25 Gr. f 0.62Va, pot ran 50 Gr. 11.04 20 c.M. smaller over de heupen. Een nieuwe, gemakkelijke en aangename methode om slank te worden. Snel en veilig. .11: verloor 21 pond in 6 toeken door Bon Kora te gebruiken. Nu weeg ik maar 112 pond. terwijl mijn heupen 20 c.M. smaller zijn. Met verbeterde mijn gezondheid en ik zie er thans jonger uit". Dit schreef een dame die erg gelukkig was met het verkregen resultaat. BonKora, het veilige en aangename ver mageringsmiddel, verwijdert het over tollige vet door een „3-graden" kuur. Drievoudige werking, drievoudige snel heid. Neem iederen dag een weinig BonKora. Eet smakelijk zooveel ge wilt, zooals ook in de brochure bij elke flacon BonKora wordt aangeraden. Bon Kora bevat geen schadelijke bestand- deelen, het verbetert uw gezondheid, terwijl het terzelfdertijd liet vet op de snelste wijze verwijdert. Overal verkrijgbaar bij Apothekers en alle erkende Drogisten a f 2.25 per flacon. VERVOLG VAN BLADZ. 23 'n Vérzekering tegen hoest! durven maken Hij schudde op 'n groot moedige manier z'n hoofd. Z'n matte gelaatskleur, z'n fluweelen oogen, z'n gezagvolle manier van optreden, dat illes te zaraen maakte 'n wonderlijken indruk. Aller oogen waren op hem gevestigd. Op de vraag van den officier lichtte hij half de hand op. „Ik dacht er goed mee te doen," zei Hij. „Ik wilde aan dien jongen, dien ik voor eerlijk en solide aanzag, en waar van ik wist, dat hij onderlegd en stipt in z'n werk was, m'n persoonlijken steun geven als 'n zedelijke aanmoediging.. Danisclieff had zich opgericht. „Meneer." begon hij met 'n stem, die ontroerd was, maar die onder 't spreken vaster werd, ,-,u bent buitengewoon goed tegenover me geweest, en ik blijf u hartgrondig dankbaar. Tk word beschul digd van 'n laagheid, die ik niet begaan heb. Misschien zult u me gelooven. Ik zal nooit vergeten, wat u voor me gedaan hebt. Tk dank u er voor uit den grond van m'n hart en ik geef er u m'n eere woord op, dat ik niet gestolen heb. Als u me gelooft, zal 't geen ik verduur me minder hard schijnen." Er lag in z'n stem iets. (lat klonk als 'n roerend beroep, uit z'n oogen sprak er iets als 'n dringend smeeken, heel z'n gelaat stond angstig gespannen. Al de aanwezigen voelden '11 rilling door bun zenuwen gaan. De prins, gevoeliger dan wie ook, richtte zich half van z'n stoel op. Van Karvsch was bleek ge worden. Hij klemde krampachtig z'n handen in elkaar. ..Ik geloof u, Danisclieff." bracht hij er uit. „Dank u." mompelde de jongeman. Niemand durfde de stilte verbreken. De stem van den officier echter klonk menschclijker dan te voren. „Danischeff, uw gedrag is onbegrij pelijk. U betuigt uw onschuld en ver schillenden van ons, zoo niet allen, wen- schen niets liever dan u te gelooven. Maar hoe wilt u. dat iemand daartoe komt, als u elke opheldering weigert over u zelf. uw leven en uw doen? Alles werkt samen om u verdacht te maken en u schijnt plezier te hebben in die ver denking tegen u. We weten zelfs, dat uw naam valseli is. Hoe is uw ware naam?" 't Gelaat van den jongen was weer als marmer. „Ik kan u niets zeggen." „Zeer goed." zei ile officier opnieuw uit de hoogte. „We zullen ondanks u verder zoeken naar de waarheid in deze zaak. Ik sta er op daar op te wijzen. Meneer Zieki." Zieki maakte 'n lichte buiging. „Kunt u ons iets zeggen over de persoon van meneer Danischeff?" „Ik? O! Meneer de officier, heel wei nig. "Wat me 't duidelijkste is, dat is m'n afkeer van hem. Dat gevoel zou ik bijna profetisch kunnen noemen. 't Is me overigens te staan gekomen op vernede rende bejegeningen in dit huis, maar daar gaat de zaak niet over. Neen. Ik meen te weten, dat Danischeff niet z'n ware naam is. Meneer van Karvsch. die de goedheid zelf is, heeft me. zonder er veel belang aan te hechten, 'n feit toe vertrouwd, dat mij veelbeteekenend voorkwam. Toen hem gevraagd werd de titels naar voren te brengen, die hein in aanmerking konden doen komen als particulier secretaris van den prins, zou hij zich hebben laten voorstaan op den titel van doctor in de letteren van de universiteit van Parijs, maar hij heeft niet 't minste papier tot saving kunnen voorleggen, 't Is mogelijk, dat dat ont breken van 'n document 't niet bestaan van 't diploma moet verbergen, maar daar 't aan geen twijfel onderhevig is, dat Danisclieff 'n goed latinist is. is 't ook mogelijk, dat 'f document niet voor handen is, omdat er z'n ware naam op voorkomt." Hij glimlachte, terwijl hij z'n zinnen langzaam opbouwde, en gaf werktuiglijk knikjes met z'n hoofd. Martok vergeleek hem in zichzelf met 'n hyena. Maar hij bracht 'n juist omschreven feit aan en de oogen van den verdachte hadden even eigenaardig geflikkerd.... „Herinnert u zich die uitingen, me neer?" vroeg de officier aan Van Karvsch. „Ja. Er klonk in de stem van den graaf 'n spijtige toon. „Dat Danisclieff 'n valsche naain is. daar zijn we al lang van overtuigd," hernam Martok. „Maar die inlichting, schijnbaar van geen heteekenis, geeft ons 'n basis, die wellicht stevig kan zijn. Als deze jongeman werkelijk in Frank rijk gestudeerd heeft, dan meen ik, dat we ons daarvan kunnen vergewissen en te weten komen, welken naam liij daar droeg." Danischeff zag er even onbewogen uit, maar de man van de wet zou ge zworen hebben, dat hij hevig geschrok ken was. Met nieuwen ijver vervolgde hij „Waarom hebt u ons niets gezegd van dat gesprek, meneer?" „Ik moet bekennen, dat 't me ont schoten was," zei Van Karysch. „M'n huurman heeft 'n heter geheugen dan ik." Martok scheen opgehitst als 'n jacht hond, die 'n versch spoor ontdekt. ,,'t Ts mogelijk, dat u onbewust nog meer waardevolle herinneringen hebt. Wilt u eens proheeren ze n te binnen te roepen??" „Wat zou ik u kunnen zeggen?" vroeg de graaf in verlegenheid. „Ik schonk zooveel aandacht niet aan m'n chauffeur. Pas naar aanleiding van dat hoek van Virgilius heb ik me met hem bemoeid en vlak daarop is hij hij me weggegaan „Ja. dat is zoo," beaamde de officier teleurgesteld. „Maar zoekt u nog eens. meneer, m'n intuïtie zegt me, dat we op den rechten weg zijn." „Neen. ik zie verder niets, werkelijk," herhaalde Van Karysch. Zic.ki kon zich niet weerhouden er nog eens tusschen te komen. „Je bent verstrooid, Otto, of mis schien brengt de toegevendheid tegen over Danischeff je van de wijs. Weet je niet meer, dat je 't eens met hem over den diefstal hij Madany gehad hebt, waar toen alle bladen van vol stonden, en dat je heel verwonderd geweest bent over z'n kennis inzake edelsteenen?" „Meneer!" riep Danischeff. Van Karysch stelde hem met 'n gebaar gerust. „Meen je (lat? Ik herinner me er niets van...." „Kom, kom!" zei Zieki afkeurend. „Denk maar eens na! Nog niet zoo lang geleden lieh je er me nog over gespro ken." Otto deed, alsof hij nadacht. „Je hebt gelijk," zei hij eindelijk, „rui ik er over denk, valt 't me weer in. „Met dat hondenweer valt het niet mee, den heelen dag te reizen. Goed dat ik m'n ^M3 „Wat een pech, nu heb ik z( natuurlijk niet bij me..." „Hebt U iets vergeten meneert' „Ja, mijn Wybertjes, die vergeet ik anders nooit." ,,Een oogenblik meneer, ik laat ze even voor U halen," Wybert-tablettende reisverzeke ring tegen hoest en heeschheid. Alleen in origineele blauwe doozen d 25, 35 en 60 cent.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1939 | | pagina 26