MET PAN
DOOR DE
ORAMA
MEJNENVEEDEN
De
gvoote
risschevij
in. oovlogs
tijd
m
en bijzondere tijden heeft
wel degelijk een breede laag
van onze bevolking, namelijk
alle krantenlezenden en met
het oorlogsgebeuren intens
medelevenden, een groote
belangstelling voor alles wat
op zee gebeurt. Steeds weer,
als er een scheepsramp plaats
vindt, waarbij ons land bee
trokken is, gaan de gedach
ten uit naar de tallooze vis-
schers, die bij nacht en ontij,
in duisternis en mist, op zee
rondzwalken, om het maïsolie
blanke harinkje, of de heer
lijke sehelvisch en kabel
jauw te bemachtigen, die,
als zij op onzen disch ver
schijnen, zonder verdere
gedachten aan de moeite
en de gevaren, aan de vangst
verbonden, door ons met smaak worden verorberd.
Toen de „Simon Bolivar", het trotsche passagiers
schip van de Koninklijke Nederlandsche Stoomboot
Maatschappij, verging onder den Engelschen wal, be
seften velen van u zeker niet, dat onder dienzelfden
Engelschen wal dagelijks nog vele van onze kleinere
liaringloggers liggen te vissollen, midden tusschen
de „bollenvelden", zooals dat in het grimmige vis-
scliersjargon heet.
Dit alles was de reden, waarom de hoofdredactie
van „Panorama" er toe kwam, een eigen ver
slaggever en fotograaf met een trawler mede te
sturen, 0111 gedurende zulk een vischreis onder de
huidige omstandigheden hun indrukken op te doen,
en, waar mogelijk, deze indrukken op de plaat vast
te leggen.
Aflalo heeft eens geschreven:
De rol, die de haring speelt in de geschiedenis van
Nederland, zou prachtig materiaal voor een der
merkwaardigste romans op handelsgebied ver
schaffen.
pye reuzenstrijd, drie maanden geleden tusschen de groote mogend-
heden van West-Europa ingezet, wordt tot op dit oogenblik niet
zoo zeer te land als wel ter zee met steeds toenemende heftigheid uitge
vochten. De mijnen, die als onzichtbare monsters, over de heele Noordzee
verspreid, op de loer liggen, om den zeevarende, hij zij vriend, vijand
ol neutraal, op het onverwachtst te belagen, zijn daarbij wel de meest
te vreezen vijanden. En tóch: „Navigare necesse est!" Er móét gevaren
worden, ondanks de bedreiging, ondanks de verraderlijke mijn I Handel
en vischvangst moeten doorgang vinden, koste wat kost! En zoo vindt
men toch altijd nog onze moedige en onversaagde zeelieden bereid,
om zich te wagen op de „bollenvelden", zooals de Nederlandsche zee
man de met mijnen bezaaide zee niet zonder bitterheid verradenden
galgenhumor pleegt te noemen. Dat zulks vooral in deze omstandigheden
niet meevalt, daarvan weet onze reporter te verhalen, die met onzen
fotograaf een vangst meemaakte naar Doggersbank. Van hun weder
varen geven zij in woord en beeld in dit en de volgende artikelen onze
lezers een bijzonder interessante reportage.
Wij zullen echter niet trachten, u een romantisch
beeld op te hangen, doch blijven in den stijl van het
bedrijf, dat wij voor u zullen beschrijvensoberheid
voor alles!
Nadat er allerlei strubbelingen waren geweest,
die ons uitvaren vertraagden, zou het er dan einde
lijk van komen.
De directeur van de V.E.M., ir. F. Thiel, kon er
namelijk niet in toestemmen, dat wij met een der
kleinere trawlers medegingen, waar nu niet zoo heel
veel comfort te onzer beschikking stond. En al be
weerden wij met veel aplomb, dat het ons niet te
doen was om pp een zijden bed een trawlertocht
mede te maken, wij zijn den heer Thiel en zijn onver
moeibare" bedrijfsleider, den heer Drijer, toch zeer
dankbaar, dat zij ons ten slotte op den trawler „Haar
lem" onderbrachten. Denkt u nu, aan den anderen
kant, niet, dat, al is de „Haarlem" de grootste traw
ler der Nederlandsche trawlervloot, wij nu op een
mailschip voeren. De Haarlem meet 431 ton bruto,
heeft een lengte van ruim 47 meter en een breedte
De Haarlem" aan de ka/ie te IJmuiden, in den
dichten mist. Rijksveldwacht is aanwezig, omdat we
hier op militair terrein zijn.
Moeder de vrouw geeft den laatsten
goeden raad. De stoker belooft vrouw
en kind, voorzichtig te zullen zijn.
S r is eens geschreven, dat het opmerkelijk
is, dat over het algemeen de belangstelling
y voor de visscherij, inzonderheid voor de haring-
1 visscherij, vrij gering is. Dit zou dan moeten
blijken uit de armoede aan moderne, degelijke
literatuur op dit gebied.Meest zijn dit dan nog werken,
die alleen de juridische zijde van dit bedrijf raken.
In het algemeen Is dit zeker een waarheid als een
koe: hoe weinigen, die niet direct met het bedrijf
te maken hebben, weten hoe de haring eigenlijk
wordt gevangen, en onder welke omstandigheden....
Wij hebben hierboven niet voor niets den nadruk
gelegd op „in het algemeen". Want in deze ernstige
Buitengaats wordt ten overvloede onmiddellijk de
Hollandsrhe driekleur gehesehen.