i
.Vt
- •-
De marconist in de radiohutnauwgezet luistert hij
naar alle inkomende berichten.
lift regent namelijk nog steeds en de zee is ruw.
De schipper feliciteert ons met onze, zij liet ook
pas verkregen, zeebeenen. We kunnen er nu beter
tegen. Maar er is ook zoo veel te beleven en te zien.
Trek na trek wordt er nu binnengehaald, met tus-
schenpoozen van een paar uren. De mannen werken
als paarden, zij gunnen zich geen rust. Het wordt
vissehen tot diep in den nacht.
De oranje-gele oliejassen lichten hel op in het felle
schijnsel van de schijnwerpers op de brug. De lamp,
die aan een staak buitenboord hangt, toovert won
dere schaduwbeelden. De fotograaf watertandt
Inmiddels zijn wij eens poolshoogte gaan nemen in
de radiohut. De marconist, een rustige Groninger,
zit op zijn post. Hij luistert nauwgezet naar alle
binnenkomende berichten en niet alleen naar de
berichten voor zeevarenden.
Immers, wie zegt ons, dat wij niet plotseling een
S.O.S. kunnen opvangen en hulp moeten verleenen,
aan een in nood verkeerend schip? Onder normale om
standigheden wordt aan deze mogelijkheid niet eens
gedacht, of het moet al verschrikkelijk noodweer zijn.
Maar nu.
Ernstig staan de gezichten, als het A.N.P. het
bericht den aether inzendt, dat er weer een trotsch
schip door een verraderlijke mijn vernietigd is. Wij
kunnen ons nu veel duidelijker voorstellen, hoe ellen
dig die schipbreukelingen er aan toe moeten zijn als ze
in open roeibooten, verkleumd door 't overspoelende
water, uren moeten rondzwalken, voor redding
komt opdagen. Wij kunnen ten minste nog naar de
veilige mess-room achterin gaan en daar een sigaretje
rooken of een pijp opsteken
Het deert den mannen weinig, of de schuit als een kinderbootje
in de badkuip dobbertrustig wordt het werk voortgezet. De
haring wordt geschept en verdwijnt in de ruimen.
Dan zorgt Freek, de Belg, echter voor afwisseling. Hij is de
„note gaie" in den aether. Hij tiert en scheldt er lustig op los,
en, alsof hij voelt, dat niet iedereen daarvan is gediend, draait
hij voor de verandering een vroolijk gramofoonplaatje.
Elke trawler is namelijk voorzien van een uitstekende radio
installatie, waardoor het mogelijk is, in voortdurend telefonisch
contact te staan met den wal, via Radio Seheveningen. Het
doet denken aan de eerste telefoongesprekken met Indië. Weer
klinkt ons het bekende „over" in de ocren. De radio zorgt er
echter r ok voor, dat wij volkomen op de hoogte blijven van
De vischbal wordt geheschen, ten teeken dat we visschende zijn.
Zonder dit signaal loopt men kans, dat een andere visscher
dwars door de netten of het tuig vaart.
De mijn, die door onzen uitkijk ontdekt werd.