HOESTDRANKJE Eerst beklaagd om haar dikte nu bewonderd om haar figuur „Xog niet zoo lang geleden woog ik 132 pond, bij een lengte van 1.55 Meter nu nog maar 1Ö2 en de omvang van buste, taille en heupen is afgenomen, mijn gezondheid is vooruitgegaan, mijn teint is frisch en gezond geworden." HOESTMIDDEL! JE door A. J. Cronin EEN REIS NAAR ITALIË 12 ï)at zijn de eigen woorden van Mej. A. VS U kunt een even verheugend resultaat ver krijgen, zonder medicijnen, dieet of afmattende oefeningen alléén door Wex te nemen, het smakelijke, mousseerende zout uit druivensapderivaten, éénmaal per dag 's morgens direct bij het opstaan. Begin morgenochtend dadelijk met dit doeltreffende middel en binnen eenige weken zult l" ponden lichter wegen, met elk pond overtollig vet zult ge de jaren van U voelen afvallen en ge zult U weer voelen als een kwieke levens lustige vrouw met een bekoorlijk, benijdens waardig figuur. Wex is verkrijgbaar bij Uw apotheker of dro gist in handige, apart verpakte hoeveelheden een doos met 6 stuks a f 0.40, per groote fl.sell f 1.20. Heerengracht DRUIVENZOUT MAAKT ZELF EEN VOOR UW KINDEREN Ruim een kwart liter komt U op drie kwartjes. Hier is een nieuw recept tegen hoest, verkoudheid, kink hoest en bronchitis, dat onze lezeressen zelf kunnen klaar maken. Koop bij Uw apotheker of drogist een 30 grams-tleschje Vervus (dubbel ge concentreerd), dat tegen den vastge- stelden prijs van 75 cent verkocht wordt. Vermeng het thuis met een kwart liter heet water en een eetlepel suiker of stroop. Goed doorroeren tot het geheel is opgelost. Dosis: voor kinderen van 3 tot 8 jaar: een thee lepel, voorkinderen van 8tot 12jaar: een dessertlepel, voor volwassenen een eetlepel. Na de voornaamste maaltijden en voor het naar bed gaan. Dit middeltje is zeer gemakke lijk te maken en zoo'n flinke flesch medicijn is zeer voordee lig. Knip dit re cept uit en be waar het goed Op een stillen avond zat Pinlay in de spreekkamer bet plaatselijk blad door te kijken, toen Dougal Todd, de reclameschilder, bij hem kwam. „Guur weertje, dokter," begon hij op zijn zwaarmoedig, zalvend toontje. „Ik stoor toch niet, hoop ik? Ik wou graag eens met u praten over mijn moeder." Hij schudde zijn hoofd en zuchtte. Hij was lang en mager, met gebogen schou ders, slechte tanden, een beetje rood achtig haar over zijn kale hoofd, en een langen rooden neus met een druppel aan de punt. „Kijkt u eens," ging hij voort, zonder hein aan te kijken met zijn kleine oogjes. „Mijn moeder is maar een klein tenger mensehje, en al aardig oud: boven de tachtig, 't Spreekt vanzelf, dat ze af en toe een dokter noodig heeft. Ik zou niet graag hebben, dat ze er vandaan bleef ik ben veel te gek op baar. Ik had haar wel in «en paar fondsen gedaan, maar dat wordt op den duur nogal kost baar. Dus nu liad ik gedacht, dokter" zijn stem begon dringend en vertrouwe lijk te klinken „omdat mijn moeder maar 'n arm zieltje is en ik sta er zelf ook niet zoo best voor, had ik zoo ge dacht. omdat u hier de assistent van den ouden dokter bent dacht ik, mis schien wou u wel even bij baar komen voor 't halve geld." Verbaasd om dit voorstel keek Finlay den reclameschilder met zijn neerslach tige trekken aan. ..Ik zal er over denken," zei hij einde lijk. zich voornemend, het geval na het spreekuur aan Cameron voor te leggen. „Ja. alstublieft," smeekte Todd. „Denkt u er eens over, dokter! U zoudt er een goed werk mee doen voor een arm oud menselije, ziet u?" Hij bleef nog een minuut talmen, met een paar aarzelende, kleingeestig soe- batterige opmerkingen, zei toen nog eens. dat het guur weertje was, liet door een lachje zijn slechte tanden zien en slofte weg. Later op den avond, aan tafel, zei Cameron met. nadruk: „Niet doen! In geen geval! Als 't vrouwtje uit eigen beweging hier komt, voor haar rheumatiek of een tikje bron chitis. is 't iets anders. Dan hoef je geen cent te rekenen. Advies en de noodige medicijnen kan ze voor niets krijgen. Maar dan zal ze met geweld willen betalen, met die paar stuivers, die ze in haar beursje heeft zoo'n geschikt en eerlijk oud mensehje vind je nog in geen dag. Maar als Dougal je roept en over zijn ziekenfondsen begint, reken je maar gerust dubbel. Hij is de schrielste, peu terigste, knijperigste vrek in heel Leven- ford." 1 )e Todds woonden in de rfigh Street, „op 't hofje" tusschen Mungo's Kledingmagazijnen die liet oude pand van Brodie hadden gehuurd en Leekie, den barbier. Todd was te gierig, om er .een eigen winkel op na te houden; hij had een atelier, zooals hij het noemde een golfijzeren loods vol spaanders en stel lages op de plaats achter het slopje. Misschien was Todd's gierigheid aan stekelijk ten minste, zijn vrouw, Jessie, een groot stevig mensch met een paar leepe oogen, was zoo hard als een bikkel, zei men, en dat Penelope, hun eenig kind, ooit 'n koekje met'n ander deelde, had nog nooit iemand meegemaakt. Werd zij op kauwen betrapt op haar speelterrein in de schaduw van liet atelier, en vroeg een schoolkameraadje haar deel, dan antwoordde het kind met deroode wangen strijk en zet: „O, lieve hemeltje! Ik heli nét 't laatste stukje in mijn mond!" Vandaar de zegswijze, die iedereen in Levenford begreep: „Je hoeft den Todds nooit iets te vragen ze hebben 't nel in hun mond." Maar nu detike niemand, dat de Todds geen nette menschén waren integendeel Zij hielden hun fatsoen en waren braaf en werkten hard. Zes dagen van de week halve vrije dagen bestonden er niet kon men Dougal in een vuile witte jas tusschen een ladder en een verfkwast aantreffen den zevenden dag echter wandelde hij. in zijn nette zwarte pak, zedig met vrouw en dochter naar de kerk. In dit gezin was mede opgenomen de oude tnrs. Todd, een bedaard, bedeesd vrouwtje, met een opgewekt rimpelig gezicht, roerig en snapperig als een muscli. Hoe dat bescheiden, goedhartige mensehje ooit een zoon als Dougal ter wereld had kunnen brengen heeft Leven- ford nooit kunnen begrijpen. Haar leven lang had zij liard gewerkt en haar best gedaan voor Dougal. Maar nu was ze oud. en, gelijk Dougal droefgeestig placht op te merken, ze had niet veel meer hij elkaar gekregen dan hém. Ze had een heel klein kamertje onder 't dak, en bewaarde daar haar schatten: een fléschje hoestsiroop omliaa.r borst lucht te geven, en een paar sterke peper muntjes in een blikken doosje. Genadig werd haar toegestaan, bene den aan de gemeenschappelijke tafel haar maaltijden te gebruiken, behalve als de Todds bezoek haddenmaar het grootste deel van haar tijd bracht zij door in haar kapotten leunstoel op haar zoldertje, bij een nietig vonkje vuur, dat zij met wonderbare handigheid in leven hield. Een doodenkelen keer, bij warm weer, trok zij de stoute schoenen aan en ging uit. Dougal opperde bezwaar tegen die uitstapjes. „Toe, moeder, denk nu om uw leef tijd, u moest aan uw uitersten denken, in plaats van de stad door te slenteren." Het was een vriendelijke aansporing. Dougal was tegenover de oude vrouw nooit anders dan vriendelijk. Maar wel keek hij haar met een blik van ergernis aan, als ze bij de thee een tweede beschuit nam. „U moest niet zooveel eten op uw leeftijd, moeder." En hij keek nijdig, als hij haar de trap o]i zag zwoegen met het kleine kitje kolen, waarmee ze haar vuur on derhield; niet omdat ze zwoegde, maar - helaas omdat ze zijn kolen ge bruikte. Ondanks zijn schraperigheid was Dougal niet rijk - in zaken wreekte zijn schrielheid zichzelf maar hij was rijk aan hoop. Hij had zijn moeder voor een lieel aardig bedrag verzekerd. Als zij stierf, kreeg Dougal dat bedrag, 't Eenige ongeluk was, dat de oude vrouw koppig weigerde dood te gaan. Al ontving zij de hartelijkste aan moediging. „tl ziet er bar slecht uit vandaag, moeder" of: „Zoudt u maar niet in is voor velen een onuit puttelijke bron van gees telijke kracht en voor anderen een moreele behoefte I Van de grootsche basi liek van S. Pieter te Rome totdeeenvoudigekerken in kleinere plaatsen, het zijn alle wonderschoone kunstscheppingen, door het Christendom geïn spireerd. Voorziet U van CHEQUES en CREDIETBRIEVEN IN REISLIRES, die. met de verleende SP00RWE8- REDUCTIES (50-70%), een belangrijke bespa ring op Uw reis- en verblijfkosten beteekenen. Inlichtingen bij de E.N.I.T., Passage 82. Den Haag en alle Reisbureaux

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1939 | | pagina 12