DE DESERTEUR De drie hooidpers&nen uit dit drama: het meisje, de kroegbaas en de deserteur. De eerste is Oorinne Luehaire en de laatste Jean Pierre Aumont, die beiden een g, seer overtuigend en ontroerend spel te zien geven. Corinne Luehaire heeft reeds eerder met den regisseur Leoni- de Mogue een film gemaakt, welke om haar opmerkelijke kwaliteiten sterk de aandacht trok, o.a., „Meisjes achter tra- lies" en de „Twee zusters Kleh". j J Ook in deze Victoria-film heb- ben ze elkaar weer gevonden. j Deze film zou actueel te noemen zijn, indien de benaming zelf niet zoo'n hitteren bijsmaak had. Toch is deze deserteur geen laak baar voorbeeld. Het verhaal poogt slechts aan te toonen, hoe iemand buiten zijn schuld een deserteur kan .vorden, indien hij onder bepaalde omstandigheden met pech te kampen krijgt. Al is het idee met nieuw, deze geschiedenis is het in ieder geval wél. Tijdens een gedwongen oponthoud van een troepentrein, krijgt een soldaal van zijn korporaal onofficieel verlof even in het nabijgelegen dorp naar den welstand van zijn meisje te informeeren. waaromtrent hij totaal zonder bericht is gebleven. De soldaat komt echter in zooveel moeilijkheden, dat hij den hem toege meten tijd verre overschrijdt en hij zoowel daardoor als door het niet- hebben van een verlofpas juridisch een deserteur is. De spanning, welke die wetenschap bij den toeschouwer opwekt, is zeker niet gering, en het is opmerkelijk hoe een ieder onwille keurig met de moeilijkheden van den soldaat Jean (Jean Pierre Aumont) meeleeft. En toch zijn die moeilijk heden zeker niet van dien aard, dat zij practisch iedereen zouden kunnen, overkomen. Het zijn hoogst exclu sieve, doch daarom niet minder aan grijpende wederwaardigheden, welke die jongeman in die twee uren tijds meemaakt. Porinne Luehaire, die in haar spel het meest herinnert aan Madeleine Renanld, speelt met veel overtuiging de rol van het meisje, dat, evenals de man barer liefde, tegen een berg van vooroordeelen moet optornen en in dien strijd bijna dreigt te be zwijken. Ten slotte overwint de liefde en ontstaat er toch nog een gelukkig einde, iets waaraan het publiek met recht zeer sterk zou kunnen* gaan twijfelen Wie uit deze film nog een les wil putten, kan er zelfs nog deze uit halen, dat hoe onoverkomelijk de moeilijkheden ook mogen schijnen, men toch nimmer moet wanhopen, dat er een wending kan komen, welke een gelukkige oplossing geeft. Een herinnering hieraan is in dezen tijd voor velen misschien niet ongewenscht. Twee uren is met veel voor een soldaat, wanneer liij in dien lijd niet alleen zijn meisje en zijn moeder moet traehten op te sporen, doch dan levens nog eenige zeer ingewikkelde conflirten moet oplossen en tot klamheid brengen. (Jean Pierre Aumont).

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1939 | | pagina 34