m
Mijn man is
helaas niet thuis!
Mnofia
HET GROOTE MYSTERIE VAN
DE COCOSEILANDEN
Ssst..." roepen
helpt niet!
18
Ik zal hem echter mede-
deelen, wat U gezegd heeft:
Dr. Schieffer's Stofwisseling-
zout bij verstopping,overtollig
vet, rheumatiek, onzuivere
huid,aambeien met succesge-
bruikt door U en Uw vrienden.
Ook voor grondige darm
en bloedzuivering geen beter
middel dan:
Dr. Schieffer's
Stofwisselingzout
Per flacon fl. 1.05 Dubbel-flaconfl.1.75
bij apothekers en vakdrogisten.
K^<
an den Fransen koning Lode
XV is bekend, dat hij sterk onder de
invloed stond van Mme de Pompa-
I dour, een beroemde schoonheid. Zij
was het, die aan het hof de scepter
zwaaide, /.ich bewust van haar alies
veroverende charme Het meest
opvallend moet haar prachtig kas
tanjebruin haar zijn geweest en haar
jeugdige, blanke teint. Ook Uwlurtd k
kan zacht en blank worden door het V
regelmatig gebruik van Vinolia Va- \v
nishing Cream, de moderne gelaats-
cream, die door haar extra fijne f
euiulgering een uitstekende onder-
laair vormt voor poeder. Vinolia
Cold Cream, de ideale nacht-cream,
voedt en verjongt Uw huid gedu-
rende de nacht!
9 OÖOOOOOÖOOO■OOOOOO-OOOOO-OOOO'OO-OOOO-OOOOOOOO-OOOOOOOO-OQ
jjj Onvindbare millioenen aan goud, lilrer en edelgesteenten, j
Staat de geheimzinnige plaats op een kaart aangegeven?
0
oooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooaooó
■..Ii.l.-n die eenzame eilanden daar
ver in den Indischen Oceaan een
"eheim verborgen* Liggen er ergens,
begraven in diepe ravijnen of verstopt in
een onvindbare rotsspleet, millioenen
aan oude Spaansehe munten, juweelen
en goudstaven? Wie zal bet zeggen?
De Cocoseilanden liggen ten zuiden
van Sumatra en liet zijn onherbergzame,
rotsachtige oorden.
Zij werden in 108!! door kapitein
Keeling officieel ontdekt. Wij schrijven
„officieel", omdat zij op kaarten uit
1080 reeds vermeld staan. Bovendien
was de piratenkapitein, John Eaton,
Keeling al voor geweest, want Eaton
had vier jaren vroeger een bezoek aan
deze eilanden gebracht en' hij was niet
erg best over het land van de kokos
noten te spreken.
Lionel Wafer, die ongeveer veertien
jaren later het eiland bezocht, dacht
er weer anders over. Hij vond het hier
een waar lustoord. Zoo vertélt hij dat
op het eiland een heuvel staat, die
bezaaid is met kokosboomen. Fonteinen
van helder zoet water spuiten naar
den top van den heuvel en vormen er 'n
meertje, waaruit stroompjes kronkelen
en hun weg naar beneden vinden, terwijl
zij telkens watervallen vormen, die een
heerlijke, milde koelte, in 't warme
klimaat brengen.
Een ander, George Vancouver, ver
haalt dat hij onmogelijk het meer
kon bereiken, omdat het geheel om
ringd was door diepe en gevaarlijke
afgronden en nu zegt de overlevering,
dat ergens in die ontoegankelijke ravij
nen bij het meer de millioentjes hegra
ven liggen. In het jaar 1819 kreeg het
eiland als sehatteneiland zelfs een groote
vermaardheid. De schatten zouden af
komstig zijn uit Zuid-Amerika. waar in
deze jaren een hevige vrijheidsoorlog
woedde De Zuid - Amerikanen waren het
Spaansche juk moe geworden en onder
aanvoering van dappere mannen, als
Simon Bolivar, gelukte lief hun in
Venezuela liet oude Spaansehe gezag
omver te werpen. Voordat de stad hun
echter in handen viel, hadden de rijke
Peruanen hun goud, hun juweelen, de
kostbare kerkomamenten en vaatwer
ken naar fort Lima meegenomen, waar
zij in ieder geval voor korten tijd veilig
waren. Al deze bezittingen vertegen
woordigden een waarde van dertig
miliioen dollar en natuurlijk werd er
aan alle kapten op dezen rijken buit
geloerd. De belegering begon, maar
toen de commandant van het fort
begreep, dat de toestand voor de be
legerden hachelijk begon te worden,
liet hij het Spaansehe garnizoen met
de kostbaarheden wegtrekken. De schat
werd overgeladen op eenige koopvaardij
schepen. Nauwelijks echter hadden de
schepen het ruime sop gekozen, of zij
werden door zeeroovers aangevallen.
Het was inmiddels hekend geworden,
dat de Spanjaarden liun kostbaarheden
over zee in veiligheid wilden bren
gen en daardoor wemelde het daar van
zeeschuimers. De kapers maakten in
derdaad den Spanjaarden den schat af
handig en volgens de overlevering
was lief de piratenkapitein Thompson,
die zich de millioentjes wist toe te eige
nen. Men zegt, dat hij den geheelen buit
in 'n hol op het Cocoseiland verborgen
i heeft en dat de plaats, waar deze spe
lonk zich bevindt, door hem op een
kaart is aangeduid. Deze kaart kwam in
handen van twee zeelieden, die Bogue
en Keating heetten. Zij reisden naar 't
Cocoseiland, maar hun tocht mislukte
en vijftig jaren later vernam men,
dat de vrouw vail Keating in het
bezit gekomen was van Thompson's
kaart. Mevrouw Keating zond, onder
hevel van een New-Foundlandschen
kapitein, een schip naar het Cocos
eiland. Maar dit schip heeft niet eens
het eiland bereikt, want, onderweg
brak er muiterij uit, waardoor de kapi
tein zich genoodzaakt zag zonder
resultaat terug te keeren. In het jaar
1893 beweerde de dochter van kapitein
Keating, mevrouw Richard Young uit
Boston, dat zij in het bezit was van
de bewuste kaart. Zij wist zelfs een admi
raal voor den schat te interesseeren en
zoo ging de Britsehe admiraal l'alliser
in 1899 met een oorlogsschip naar
het Cocoseiland. Hij had een flinken
voorraad werktuigen en dynamiet aan
boord, maar wat hij ook deed, den
schat vond hij niet.
Lord Pitzwilliam, die eveneens door
middel van explosies in het bezit van de
geheimzinnige kostbaarheden trachtte
te komen, moest zonder resultaten huis
waarts keeren.
In het geheel gingen er in de negen
tiende eeuw twaalf expedities naai
de Cocoseilanden, maar de schat bleef
onvindbaar.
In 1905 waagde Lord Fitzwilliam nog
maals een poging, maar ook deze expe
ditie leverde niets anders dan teleur
stellingen op. Bij dit bezoek ontmoette
Fitzwilliam hier een Duitscher, die
Gissler heette, en de koning van het
Cocoseiland genoemd werd. Gissler,
die twintig jaren later nog steeds op liet
eiland woonde, had het recht een be
paald percentage te eischen van de
schatten, die hier gevonden werden. Hij
had dit récht voor een behoorlijk bedrag
gekocht van de regeering van Costa
Rica. Heel wat gelukzoekers heeft hij
in welstand en vol moed hier zien komen,
die later geheel berooid en terneerge
slagen liet eiland moesten verlaten. Ook
tal van zwendelaars en bedriegers heb
ben in letterlijken zin „munt geslagen"
uit de schatten verhalen. Met valsche
voorspiegelingen wisten zij goedgeloovi-
gen lieden het geld uit de zakken te
kloppen voor „winstgevende" onder
nemingen, die nimmer tot stand kwa
men! Toeh wordt er verhaald, dat een
expeditie eens het geluk had, in eert
rotsspleet aan de Waferbaai eenige
halfverteerde zakken met munten te
vinden, die te zamen een waarde verte
genwoordigden van 1 10.000 dollar, be
nevens 'n apart liggenden hoop zilver
geld. Eveneens beweert, men, dat een
paar soldaten, toen zij een ouden ceder
boom opbliezen, daar 'n kistje ontdekten
niet gouden kerkversieringen uit Zuid-
Amerika, ter waarde van 2000 pond.
Al die verhalen zorgen er voor, dat
er nog steeds vele avonturiers hun
geluk op de 'ocoseilanden gaan be
proeven. Het museum in Costa Riea
heeft echter nog een verrassing, die den
schatgravers minder welkom zal zijn.
Het herbergt een ouden boomstronk,
afkomstig van de ('ocoseilanden, met
het nuchtere opschrift: „De vogel is
gevlogen
Of dit de waarheid is? Wie zal liet met
zekerheid kunnen zeggen f
Er is vanavond, kinderzanguitvoe-
ring. Ondanks het slechte weer
komen er toch veel ouders.
Mevrouw Klein straalt, want haar
Marietje zal het welkomstwoord
spreken.
Oh wee, daar krijgt juist iemand
een geweldige hoestbui. Mevroiiw
draait zich om en roept luid:
Ja, maar wat helpt dat! Hier,
neemt U een paar Wybert-tablet
ten; zij beschermen U tegen hoest
en keelpijn.
Alleen in origineele blauwe
doozen a 25, 85 en 60 cent.