l)ied te vinden: geruchten
omtrent Russisch -Turksche
grensincidenten, Fransche
troepenconcentraties in
Syrië, Engelsche troepen
concentraties in Egypte,
de petrolenmbronnen van
Bakoe, de petrolenmpijp-
leiding, die door Syrië
loopt, het Suezkanaal.
Als we ons Syrië voor
stellen, dan denken we aan
een woestijn, een uitge
droogd land en inderdaad:
overal vinden wij hier de
bewijzen, dat deze streken
eens vruchtbaarder geweest
moeten zijn, dat zij dich
ter bevolkt waren dan op
het oogenblik. Syrië is een
land van ruïnes. Men vindt
in sommige deelen als het
ware bij eiken voetstap de
sporen van vroegere be
woning door een beschaafd
volk: straatwegen, muren,
die de velden afscheiden,
terrassensoms een ten
deele verlaten, gedeeltelijk
in puin gevallen stad. Op
een hooggelegen punt ont
waart men overal in den
omtrek dergelijke verlaten
steden en dorpen, tot
vijftien of twintig tegelijk,
sommige zijn zóó goed
bewaard gebleven, dat
men zich van een afstand
moeilij k kan voorstellen, dat
er geen menschen wonen.
Sommige woningen zijn,
wat de steenen constructie
betreft, nog bijna onge
schonden de houten daken
zijn echter overal verdwe
nen; elders vormen groote
gebouwen schilderachtige
ruïnes. De bouwtrant van
deze verlaten steden ver
tegenwoordigt minstens 'n
Geweldige schepraderen, no
ria's genaamd, zijn in de
r ivieren gebouwd om t droge
land te hunnen bevloeien.
De ingang en de brug van de citadel van Aleppo, door Arabie
ren in de 15e eeuw gebouwd. De brug verbindt de citadel met
een bastion (gerestaureerd in de 16e eeuw), dat diende tot ver
dediging van de daarachter gelegen poort.
Een Alouïetische boer voor het kasteel van Margagdat in de
11e eeuw door de Arabieren gebouwd werd, doch dat de kruis
vaarders veroverden en uitbreidden.