OniGELUKKEM in het die ■r* rand is dikwijls de oorzaak, dat een groot aantal dieren hef leren laat. Steppebranden zijn in dat opzicht berucht, maar ook bosch- en veenbranden eischen meestal een groot aan tal slachtoffers. n de groote samenleving der natuur, waar de r I mensch, vooraJ wanneer hij in 'n stad woont, J eigenlijk geen deel meer van uitmaakt, gaat 't niet bepaald zachtzinnig toe. De sterke be- laagt den zwakke, de giftige den onschuldige, de snelvoetige den langzame, de gewapende den weer- looze. Moederliefde bestaat, maar *t komt ook voor, dat. een moeder haar kroost verlaat of zelfs doodt; moord en roof is aan de orde van den dag. Hoewel wij ons dit alles verklaren door de natuurwetten van het evenwicht en die van het voortbestaan der soort, de indruk blijft, dat. dieren onder elkaar een strijd op leven en dood voeren. Doch ieder heeft zijn kans: de planteneters moeten er voor zorgen, dat de planten niet te zeer de over hand krijgen, doch zij mogen niet allen plantengroei vernietigen en daarom houden de roofdieren op ruiming onder de planteneters. Deze laatsten mogen echter niet geheel uitgeroeid worden en daarom zijn zij zeer vruchtbaar, moeilijk te vangen of hebben zij andere verdedigingsmiddelen (het leven in kudden, schutkleur, enz.). Zoo zijn de wetten van het even wicht en het voortbestaan van de soort nauw met [n een vreemd nest van honger omgekomen. De koekoeh broed,t, zooals men weet, niet zelf, doch legt haar eieren in de nesten van andere, vogels. In dit geval heeft de koekoek haar ei in het nest van een roodstaartje gelegd. Deze vogel broedt in holle boomen of in de door spechten gehakte' gaten, De vogel weegt vijftien tot zestien gram, het ei twee gram. liet koekoeksei is niet veel grooter en weegt slechts drie gram, doch de schaal is veel dik ker. Hierdoor kan de koekoek het in het nest laten rollen zonder dat het breekt, Het koekoeksjong kwam in dit geval ook te voorschijn en gooide prompt zijn stiefzusjes en stiefbroers het nest uit. Weldra werd het zoo groot, dat het niet meer uit het nest kon (het gat is réchts op de foto te zien) en de vogel kwam om van honger, doordat zijn moeder zoo data was, haar ei in een verkeerd, nest te leggen, Fazanten handen zich bij voorkeur in het bosch of althans in hi t stuikgewas op, waar ze zich gemakkelijk voor hun vijanden kunnen ver bergen. Maar als er brand uitbreekt, wordt, 't broedende wijfje, dat er niet gemakke lijk toe komt, 't nest te ver laten. verrast en komt om. m Op de jacht verongelukt. Hen sperwer jaagt in de bosschen en voert bij de achtervolging van zijn prooi de meest onverwachte wendingen uit, Soms echter zijn deze in de hitte van de achtervolging onzuiver of gevaarlijk. Deze sperwer kreeg een koolmees te pakken, maar zag den scherpen doorn- tak niet, waarop 'hij zichzelf spietste, toen hij in razende vaart tueschen de boomen door schoot.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1940 | | pagina 6