B WRIGLEY Steradent VERLOREN MENSCHEN kunstgebitten LON DON A R U N ETTA V 17».. t cloor H. H. Tandarts" R! ffiT en ZUIVERT PLATEN ahaksvlekken. otU« n setting, tandste* r on<i hadelij* l kMIDUF.LEN GCEN zlJR£V BUks miles OVERBODIG Annie maakt graag lange fietstochten. Het is dan ook een gezonde sport. Je geniet van de frisse buitenlucht en van de wel dadige werking van de zon op de huid. Sommigen klagen er over, dat blond haar verkleurt in de zon. Maar Annie heeft hier nooit last van. Want zij verzorgt haar blonde haar geregeld met Blondona en het blijft altijd prachtig glanzend en egaal van kleur. Blondona en Brunetta zijn beide vol komen al ka li vrij. Blondonadat Kamil- lojlor bevat, het extract der bergkarnillen, geeft donker geworden blond liaar de natuurlijke, lichte tint terug, terwijl Brunetta, door het prejutraat Hequil donker haar een diepestralende glans verleent. Bovendien droogt het haar na het wassen met Blondona of Brunetta verrassend snel. Verkrijgbaar bij apothekers en drogisten VODR DONKER HAAR DE MODERNE ALKALI-'VRIJE HAARWASMIDDELEN m Zelfvertrouwen kenmerkt hem, die zich weet te beheerschen het stempelt iemands persoonlijkheid. Kunt u uw zenuwen niet meer baas, kauw dan een stukje WRIGLEY'S F.K. en behoudt uw goede humeur. U zult zien dat de nervositeit verdwijnt, dat het u kalmeert en verfrischt. Kauw P.K. regelmatig na eiken maaitijd het he vordert de spijsvertering, verwijdert de tusschen de tanden achtergebleven spijsresten en voorkomt tandbederf. Een natuurlijke weg om uw tanden wit, sterk en gezond te houden. De fijne pepermuntsmaak geeft u een zuiveren adem. Het kauwen van P.K. maakt de vermoeide en zenuwachtige trekken in het gelaat weer krachtig en energiek. Koopt vandaag nog enkele pakjes P.K. en houdt er steeds een paar bij de hand, zoowel thuis als wanneer u uitgaat. Geef het ook aan de kinderen, ze zijn er dol op en P.K. is goed voor hun gezondheid. De beste grondstoffen - de fijnste smaak. Vervolg van bladz. 13 zon gloeide, alsof het land en de men sehen verzengd moesten worden. Na vijf of zes uren loopen gaf Palaoio voor het eerst na den ochtend weer een geluid; een zachten jammerlijken kreet, en hij viel neer. „Kom sta op, geen grapjes," snauwde Miguel. Jorge Palacio's gezicht was nu plot seling vuurrood en het bloed begon weer uit zijn neus te vloeien, maar hij grijnsde even leeg en star als anders, en mom pelde: „Ga maar. ik. ga dood." „Nu, je hoort het," zei Hiller. „Kunnen we niets meer voor hem doen?" vroeg don Miguel. „Dan gaan we maar." Maar Steven werd kwaad. „We moe ten blijven," zei hij, „we kunnen hem niet aan zijn lot overlaten. misschien wonen er achter die heuvels ïnenschen, dan kunnen we hem daarheen dragen." „Ik hen in den oorlog geweest," ver telde Hiller nog eens. „Het geeft niets of je blijft kijken hoe hij dood gaat dan ga je er zelf ook aan. Kom mee." „Hier blijven," commandeerde Ste ven. „Gaan...." fluisterde Palaeio. Hiller wendde zich om en liep verder regelmatige, korte passen, van den oenen dwarsligger op den anderen. „Misschien heeft hij gelijk." aarzelde don Miguel Bastane, „het is in het leven zóó. jonge vriend, dat de eene komt en de andere gaat de dood passeert ons, maar wij gaan verder, en. „Zanik niet," viel Steven hem in de rede. „Sleep hem onder die struiken daar. dan ga ik den heuvel op om te zien of er soms een huis is. Don Miguel keek nog eens naar den in de verte verdwijnenden Hiller dan zuchtte hij en berustte. „Ten slotte." zei hij, „als hier een huis in de buurt is, is het mij ook niet onverschillig. Kn toen Steven terugkwam van den heuveltop, vond hij hem slapend naast den bewusteloozen Palaeio. „Ik meende 'n dak te zien, ver weg naar het zuiden." Don Miguel nam Palaeio bij de voeten, Steven nam de schouders. Zoo gingen zij weg van de spoorbaan, het land in, waar geen regen en geen hoornen meer waren Zij hijgden en zweetten, struikelden sorns, en zij spraken geen woord; Pala- cio's hoofd bungelde slap neer. schud dend, als een van hen in een kuil stapte. „Ik dacht dat hij lichter zou zijn." hijgde don Miguel eindelijk. „Laten wij even rusten," zei Steven. Don Miguel's gezicht was heelemaal verwrongen, bijna samengeknepen als een spons, en ook Steven voelde, dat hij dit niet lang meer vol kon houden. „Waarom, amigo," stamelde de Span jaard, „waarom vermoeien wij ons? Niemand zal hem beweenen als hij sterft; hij is zichzelf tot last; wat zou hij dank- baar zijn als er een eind kwam aan zijn leven! Vriend wij zullen hem hier onder de struiken gemakkelijk neerleg gen en dan weggaanwat zal liij ons dankbaar zijn...." Maar Steven zette door. Na 'n kwar tier rusten juist genoeg voor hein om te voelen hóé moe en uitgeput liij was zeulden zij weer verder. Voor Ste ven's oogen dansten warrelig roode stip pen in 'n groenen nevel achter zich hoorde hij, als in een droom, dronken gebazel van Miguel, onsamenhangende woorden flarden van zinnen Toch zag hij nog, dat in de verte hoogere heuvels opdoemden met zwaar dere bebossching; hij zag die daken, die hij op den heuveltop had waargenomen, weer te voorschijn komen, duidelijk nu, dichtbij Zijn beenen waren als lood, zij lieten zich bijna niet. meer verzetten; iedere spier van zijn lichaam scheen te ver lammen of te moeten scheuren als hij nog een pas deed en hij struikelde, zijn hart klopte met krampachtige schokken. Palaeio kreunde zwak onder zij n arm „Ik zei hem. dat hij het niet moest doen. bazelde don Miguel Alegre: „heb jijheb jij mijn vrouw gezien? Ik zei. Jorge Palaeio moet sterven, en. „We moeten roepen," zei Steven schor, „misschien krijgen ze ons dan in de gaten." Zijn knieën knikten door en liij viel, met Palaeio, voorover op den grond. „Maar. ik zie mijn vrouw niet," stamelde don Miguel, „ikzie haar niet, ik kan haar niet. roepen. lii zijn hand hield hij nog een van Palacio's half-vergane schoenenhij bleef wazig wat staan kijken, maar ten slotte strekte hij zich mompelend uit op den gloeienden grond, en met open mond sliep hij in. Steven ontwaakte door de aanraking van een hand een koele, zachte hand, en toen hij opkeek blikte hij in de oogen van een vrouw. Een mooi gezicht, dacht hij; een vrouw dus zóó ziet een vrouw er uitdat zou je bijna vergetenen wat een zachte handen heeft zij. Zoo deed mijn moeder het ook Ze streek hem met aarzelende vingers het warrelige haar van het voorhoofd, maar toen scheen zij wat verlegen te worden onder zijn blikken en zij wendde haar oogen af. „Hoe voelt u zich nu?" vroeg zij. „Beter," knikte Steven. Zij was nog een meisje, vond hij, ze kon niet veel ouder zijn dan achttien of negentien. Maar iets anders leidde zijn aandacht af; dat waren de lakens. Hij liad al gezien dat hij in een groot, koel vertrek met witte wanden lag, en dat naast hem het bed stond van don Miguel; maar eerst nu drong langzaam tot hem door waarom hij zich zoo zeldzaam behaaglijk voelde dat kwam van de twee linnen lakens, waar hij tusschen lag. „Lakens," zei hij verbaasd. Hoe lang was het geleden, dat hij een laken zag? Het. meisje lachte. „Ik. ik voel me veel beter," zei hij. „Hoe lang heb ik zoo gelegen?" „Wel vierentwintig uur." „Nu zou ik wel willen opstaan, en ik zou me graag willen wasschen, en. en iets eten als het kan." kunt hier achter het. huis wel in de beek baden - ik zal u zeep en een hand doek meegeven. En ik zal eten voor u klaarzetten. Hier naast uw bed liggen wat schoone kleeren „Waar is Palaeio?" vroeg Steven plotseling. „Die andere? Dien hebben we be neden neergelegd, waar we steeds bij hem kunnen zijn. Ik geloof, dat hij heter zal worden." Even later plonsde Steven, nog sla perig en wat verbaasd, in het heldere water van de beek. Dat maakte hem wakker, en hij begon, zittend op de steenen van den ondiepen bodem, zoo met zeep en borstel te keer te gaan, dat de vissehen vluchtten. Lakens, dacht Steven, een meisje met zachte vingers, en water, zeep, Vervolg op bladz. 30

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1940 | | pagina 18