Silvilcrin HDZ „BEDERF ZE NU NIET MET ONOPGELOSTE ZEEP!" Silvikrin Vertrouw fijn zijden goed alleen toe aan LUX Uw Haar vraagt om li 23 van haar nieuwe zaalzuster eens onder de loupe nemen. U houdt u intusschen maar doodkalm. U doet' niets. Miss Melville en ik zullen het heele zaakje wel opknappen." Overweldigd door zijn minzaamheid trachtte zij een betuiging van dank baarheid uit te stamelen. Maar hij legde haar het zwijgen op. „Bedankt u me alstublieft niet. Ik ben blij, dat ik iets doen kan, om goed te maken, dat ik u bij onze laatste ontmoeting op zoo'n afschuwe lijke manier behandeld heb. Ik was toen een beetje radeloos en overspannen. Onze vriend Bowley had me bovendien op een leelijke manier in den steek gelaten. Ik zag de dingen niet zuiver. Maar dat doe ik nu wel. Ja hoor, nu wel." Die herhaling van een paar woorden gaf haar een onbegrijpelijk gevoel van verwarring. Zij stohd op. Zij had al te veel van zijn tijd in beslag genomen, vond zij. Ook hij stond op, en terwijl hij mee liep naar de voordeur zei hij „Nog één dingetje. Zoudt u mij ook een plezier willen doen?" „O ja, graag," zei ze aanstonds. „Weet u nog, dat we een keertje ge picknickt hebben samen, na dat ongeluk met dien autobus? Als alles goed af loopt, zooaLs we verwachten mogen, wilt u me dan beloonen, door morgen avond ergens met me te gaan dineeren?" Zijn uitnoodiging kwam zoo onver wacht, dat. Anne groote oogen opzette van verbazing. Toen kreeg zij een kleur. Al voelde zij zich nog zoo verlegen wor den, weigeren kon ze niet. Met eenige moeite bracht ze uit: „Ik kom hoe langer hoe dieper bij u in 't. krijt te staan. Maar ik. ik zal 't heel prettig vinden." „Dat is dan afgesproken. Ik zorg wel, dat u in 't ziekenhuis nog even een brief je krijgt." Een minuut later hadden zij afscheid genomen en was zijn deur dicht. Toen zij de straat door liep, voelde ze nog steeds den druk van zijn vingers in de hare. Den volgenden morgen had Anne al vroeg dienst. Toen ze haar zaal binnenkwam, voelde zjj zich, hoezeer Prescott haar ook gerust had gesteld den vorige» avond, beven van spanning. De tusschentijd was verloopen, alsof er niets was gebeurd. Zij had de directrice niet te zien gekregen, en geen enkele boodschap ontvangen. Maar al was Anne vroeg, zuster Gregg was nog vroeger gekomen. Zuster Gregg zag er anders uit dan gewoonlijkbleek en onderworpen; maar bovendien had zij zich blijkbaar met grooter zorg ge kleed dan zij nog ooit noodig had ge vonden. Zuster Gregg stond te wach ten, kaarsrecht, bij de deur van de proef kamer. „Goeden morgen, zuster," zei ze met een trillende stem. „Ik heb de kamer in orde gemaakt, de toestellen en glazen zijn allemaal schoon. Ik hoop dat 't nu naar uw zin is, zuster." Met een nerveuze hand hield zij de deur open, zoodat Anne op inspectie kon gaan. De kamer zag er inderdaad keurig uit. Zelfs do vloer blonk. Het was duidelijk, dat zuster Gregg zeer haar best had gedaan. Zuster Gregg had namelijk dien ochtend, door een vast beraden optreden der directrice, een totaal onverwachten schrik gekregen, die haar op smartelijke manier had ver lost van haar selieeve opvattingen. „En ik hoop, dat u ine niet kwalijk neemt, wat ik gisteren gezegd heb, zuster," liet ze zacht en rouwmoedig volgen. .Ik zie nu in, dat ik ongelijk heb gehad, 't Spijt me ontzettend." Anne keek naar de nederige gestalte van haar helpster. Zij had de macht in handen, de macht om betaling der reke ning af te dwingen, om het leven van die andere vrouw tot een hel te maken. Maar die gedachte kwam zelfs niet in haar op. Zij kreeg medelijden met het beschaamde meisje. Bedaard zei ze: „We vergissen ons allemaal wel eens, zuster. Ik ben er van overtuigd, dat u voortaan beter zult werken. En als dat niet tegenvalt, komt u dan over een maand nog maar eens met me praten. Dan zullen we zien, of we een extra-Zondag voor u vrij kunnen maken." Eliza Gregg staarde Anne ongeloovig aan. Toen schoten haar oogen vol en liepen de tranen over. *'t Spijt me zqo, zuster," zei ze zacht. „Ik heb er echt spijt van. Ver geeft u 't me maar. Ik kan er mezelf niet om uitstaan." Dien heelen dag was Anne's hart licht, en haar geest door een gevoel van bevrijding doordrongen. Zuster Gregg overtrof zichzelf in bereidwillig heid. De geestdrift plantte zich over op de andere leden van het zaalpersoneel. Alles kreeg een heel ander aangezicht, én voor Anne; zag heel het leven er rooskleuriger uit. Zij ging zoozeer op in haar taak van herstel, dat zij een schokje ondervond, toen de herinnering aan haar afspraak voor dien avond in haar werd wakker geroepen. Toen zij, na de thee, vrij kwam, vond zij op haar kamer een pakje in verguld papier, dat, een takje bloemen bevatte en het korte briefje: „Restaurant Manon, acht uur." In een vreemde verwarring keek Anne naar deteere lila bloemen. Nog nooit had iemand haar orchideeën gestuurd. Er kwam opeens een zekere bedeesdheid in haar op, de gedachte, dat zij geen japon had, zooals daar gewenscht werd, een verlangen bijna, om te ontkomen aan den plicht, met Prescott te gaan dineeren. Zoo'n elegant restaurant als de Manon was geen milieu voor haar; zij was een vrouw, die hard werken moest, een verpleegster, die inoest helpen vechten tegen ziekten en kwalenzij kon zichzelf niet in een oogenblik tijds, op bevel, in een vlinder veranderen. Maar die stemming ging ras voorbij. Dr. Prescott, bedacht zij, kende haar in de prozaïsche werkelijkheid, zooals zij was. Hij zou stellig niet verwachten, dat er een modeplaatje bij hem kwam. Even glimlachend om die laatste ge dachte ging zij naar de badkamer. Zij maakte met zorg het haar op en trok haar nieuwste japon aan. Toen speldde zij het, takje orchideeën op. Het effect, was verbazingwekkend. Zij leek meer op een modeplaatje dan zij van zichzelf had kunnen gelooven. „Lieve hemel," mompelde ze, met spottende verslagenheid. „Laat ik maar zorgen, dat, Leslie me zoo niet ziet, anders steekt 't, kind nooit meer een hand voor me uit." Zij glipte het gebouw uit, nam een taxi, en kwam enkele minuten voor het aangewezen uur in restaurant Manon. Het was een prettige zaal, lang, overal groen, met lokkende banken aan de muren en tafels ervoor, en in 't midden een rond buffet, waarop de aanlokke- lijkst.e koude schotels en schalen fruit stonden uitgestald. Prescott was er al. Hij stond op, toon ze binnenkwam. „U bent prachtig op tijd," riep hij uit. „Ik heb altijd gedacht, dat dames nooit op tijd kwamen." „Ja," zei ze glimlachend, „dat komt door mijn opleiding!" Vervolg op blz. 26 *1* Inhot lauwe water, dat voor het wassen van goed wordt gebruikt, gewone zeeppoeders e vlokken nooit geheel deeltjes onopgeloste veninhetsop. Zijhecht vastaanhet weefsel,be digen de draden en do de kleuren verschieten Gebruik voor zijde nooit iets anders dan een Lux-sopje. Lux lost onmiddelljjk opzelfs in koud water Lux geeft een overvloedig schuim dat het vuil snel en op veilige wijze ver wijdert. Gebruik voor Uw fijne goed nooit anders dan Lux - het houdt de kleuren fris en het weefsel als nieuw. LUX WOROT HOOIT LOS VERKOCHT - LOSSE VLOKKEN ZIJN GEEN LUX 'i de natuurlijke Haarvoeding Silvikrin bevordert den haargroei, verfraait het haar, voorkomt haaruit val en houdt de hoofd huid gezond. Het voedt de haarvormende weef sels en verwijdert roos. Verkrijgbaar in alle goede zaken. de natuurlijke Haarvoeding TnaaM de hjyytfdhuki ^ruchtbaaX. RINGEN Verloofd? Dan het groote besluit bekroond op vorstelij ke wijze! Dauook het mooiste enbeste: HDZringen! Prachtig edelgoud in hoogsten graad van zuiverheid. Naadloos ge smeed tot verfijnden vorm. In elk opzicht volledig gewaar merkt door het HDZ-meester- teeken naast de rijkskeur. R-409-LI ©aosL. In goudsmids zaken met dit raamschild een ruime HDZ collectie

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1940 | | pagina 23