MESJES mV0t\L HET MONSTER VAN EOCH NESS GENEESMIDDELEN EN GENEESWIJZEN P 30 vormen onder de scheermesjes een klasse V-. i'ft iopzichzelf. Deprijs is verrassend laag,terwijl tf /J >~J de kwaliteit en vooral de duurzaamheid, -s onder de verbruikers alom wordt geroemd. zij passen op de hierbij afgebeelde modellen Koop ook eens zoo'n pakje en probeer ze zelfl Overal verkrijgbaar. Vervolg van bladzijde 11 IN ENGELAND Y°°V ssC vsO^ vvNN rtVc <s5^ "s*l6\At«<ï vo?^. V^vs te* -6 e* >s 4 *V 6. N.V. VEREENIGDE GLASFABRIEKEN - AFDEELING D - SCHIEDAM Annonces betreffende worden in dit blad slechts opgenomen, indien zij vooraf voorzien zijn van het stempel „Geen bezwaar" tegen de plaatsing, afgegeven door de Commis sie van Controle op de Aanprijzing van Geneesmiddelenen Geneeswijzen, waarvan het Secretariaat is gevestigd: SEGBROEKLAAN 33 - 's-GRAVENHAGE „Hij heeft nog nooit mensehen aan gevallen," zei hij voorzichtig. „Misschien kunnen we beter eens gaan kijken." Ze vlogen de pastorie uit en sprongen in den wagen van Angus. Angus gaf drie korte stooten op den claxon om te laten merken hoe gehaast hij was, maar om de een of andere oorzaak weigerde de motor te starten en verspilden ze vijf kostbare minuten in een vergeefsche poging om hem op gang te brengen. Toen snelden ze er te voet heen. Het monster was inmiddels ver dwenenaan het troebele water konden ze nog zien, waar het ondier geweest was. Jamie's hoed dreef er hoven op. Ze haastten zich naar Jamie's loods: geen spoor van hem te bekennen. Het dorp werd wakker geschudgeen nieuws van Jamie. De dominee had toen direct de politie willen waarschuwen, maar Angus was voorzichtiger. „Ze wilden zich niet belachelijk maken. Jamie bleef soms hee- le nachten weg en zwierf dan ergens in de bossc.hen. Ze kondén zich beter eerst zekerheid verschaffen voor er aan de zaak ruchtbaarheid gegeven werd." Zoo kon het gebeuren dat het nieuws niet voor den volgenden dag verspreid werd, toen Angus wist, dat alles over eenkomstig het plan verloopen was. Hij en Gillespie hadden tot laat in den nacht op Murdoch's terugkomst gewacht. „Ent" vroegen ze allebei benieuwd. ,,'t Ging van een leien dakje!" ant woordde Murdoch voldaan. „Was hij niet bang voor den trein?" „Als ie maar rijden kan, dan is 't bij hem allang goed! Ik heb hem wijs gemaakt dat er in Londen meer aanleg steigers waren dan huizen en ook, dat je er de visschen met de hand grijpen kon. Toen de trein wegreed, vroeg ik hem voor alle veiligheid of ie nog wist, waar ie vandaan kwam." „En wat zei die, Murdoch?" „Dat ie 't niet wist! De sufferd!" Voor het eerst sinds drie weken ver scheen er een lachje op het gelaat van Angus. Hij stond op en schonk drie glazen whiskey in. „Een dronk op den schitterenden afloop," zei hij. „Dat hebben we 'm toch maar fijn geleverdDat monster van je was meesterlijk, Gillespie!" Reeds den volgenden middag over stroomden talrijke politieagenten, jour nalisten en vacantiegasten het doip. Eerst stonden ze er allemaal erg scep tisch tegenover, doch toen de journa listen Jamie's levensgeschiedenis be langrijk genoeg achtten om er in hun kranten een paar kolommen over vol te schrijven, begon de belangstelling zien- deroogen toe te nemen. Angus had het bij het rechte eind gehad, toen hij be weerde dat het monster eens goed uit den band moest springen om weer bij het publiek in de gunst te komen. De plaatselijke meening was sterk verdeeld sommigen beschouwden het gebeuren als een straf voor het dorp, omdat Jamie al niet veel eerder in een inrichting was geplaatst; anderen als een straf voor Jamie, omdat ie te vadzig was om te werken en z'n dagen in ledigheid sleet. Tegen het einde van den tweeden dag bleek zonneklaar, dat het monster zich op den bodem van het meer was gaan vervelen en een weekje vacantie geno men had. Sinds Jamie's verdwijning hadden niet minder dan acht menschen het zeegedrocht gezien en Ardochit be leefde een sensationeele heropleving van zijn plaatselijke industrie. Supporters van de een- en tweekoppentheorie vul den de straten van het dorp, argumen teerden, aten en dronken en smeten scheutig met dubbeltjes. Op den avond van den derden dag, toen de gelagkamer van de herberg vol monsterjagers zat, baande Gillespie zich eensklaps opgewonden een weg door de menigte en fluisterde den waard iets in het oor. Geërgerd ging Angus hem voor naar een andere kamer. „Wel, wat is er?" vroeg hij kregelig. „Kun je niet zien, dat ik het druk heb?" Gillespie veegde het zweet van zijn voorhoofd. „Hij is teruggekomen, Angus!" „Wie is teruggekomen?" Jamie!" Angus liet zich zwaar op een stoel neervallen. „Wat zeg je me daar?" „Dat Jamie teruggekomen is, goo chemerd! Ben jq soms doof Ik zag hem ongeveer twaalf kilometer hier vandaan langs den weg loopen, toen ik met m'n auto even een boodschap in de stad wilde gaan doen. Als dat Jamie niet is, laat ik me villen, zei ik bij mezelf. En 't was Jamie, zoo waar als ik hier sta. Nu en dan raapte hij een steen van den weg op en gooide er mee naar de vogels in de hoornen. Hij brabbelde maar wat in zichzelf en deed alsof er nooit iets gebeurd was. Ik verborg hem achter in m'n auto en heb hem nu in huis opge sloten." „Je had hem hier niet naar toe moeten brengen, Gillespie!" „Je hebt mooi praten! Wat kon 'ik anders doen?" „Heeft iemand hem gezien?" „Neen, dat geloof ik niet. Ik vroeg hem nog, hoe hij den weg teruggevonden had. maar kon uit zijn antwoord niet wijs worden." Angus streek peinzend over z'n kin. „Laat ie je vooral niet ontsnappen, Gillespie. Houd hem tot vanavond vast. Murdoch en ik zullen zoo gauw mogelijk bij je komen en dan beslissen we ge zamenlijk, wat we met hem moeten aanvangen." Eerst toen de jour nalisten en monster- jagers naar bed waren gegaan, konden Angus en Murdoch zich naar Gillespie begeven. De smid zat ongeduldig op hen te wachten een stormlantaarn stond naast hem op tafel. Hij opende brom mend een zijvertrek en noodigde de late bezoekers uit binnen te treden. Jamie knabbelde doodonschuldig aan een appel, dien Gillespie hem gegeven had om rustig te blijven. Hij.keek op, grinnikte hen schaapachtig toe en at vervolgens smakelijk door. Angus ging tegenover hem zitten en leidde het gesprek in. „Waarom ben je teruggekomen, Ja- mie?" vroeg hij verwijtend. Jamie deed een fikschen hap in zijn appel. „Ik had m'n vischtuig vergeten," antwoordde hij. met een vollen mond. Angus knarste met zijn tanden en keek de anderen hulpeloos aan. „Je bent toch niet uit den trein ge sprongen?" informeerde hij verder. „Neen. Ik ben gewoon uitgestapt," zei Jamie. „Je had toch geen geld om hier te komen?" „Neen, maar er zat een man naast me, die graag naar Londen wou en geen kaartje had. Ik heb het hem voor tien shilling verkocht. Toen we in Perth waren, ben ik uitgestapt. Ik had m'n vischtuig vergeten." Gillespie boog zich op dat oogenblik naar Murdoch en fluisterde hem in het oor: „Hij is toch niet zoo gek als ik dacht!" En Murdoch fluisterde terug:

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1940 | | pagina 30