CAVALLERIA RUSTICANA
1890-1940
I Pietro Mascagni's I
j wereldberoemde j
j opera een halve I
eeuw oud
De openingsscène, zooals die geënsceneerd was bij de eerste opvoering der Cavalleriate Some den 17en Mei 1890.
Naar een tijdschrift gravure uit die dagen van Bonamore.
Mascagni, zooals hij er bij gelegen -
heid der eerste opvoering van de
Cavalleria uitzag.
Den 17en Mei van dit jaar zal het precies vijftig
jaar geleden zijn, dat de tot dan volko
men onbekende, jonge, Italiaansche musicus
Pietro Mascagni, directeur der muziekschool in het
kleine Zuid-ltaliaansche stadje Cerignola, met één
slag wereldberoemd werd.
Op dien dag namelijk vond, met even verrassend
als enorm succes, te Rome de eerste opvoering plaats
van zijn opera Cavalleria Busticana, welke Mascagni,
naar aanleiding van een prijsvraag, door den alom
bekenden Milaneeschen uitgever Sonzogno uitge
schreven, had ingezonden, en welke inzending door
de Romeinsehe jury was bekroond geworden. Mas
cagni was toen zevenentwintig jaar oud.
Voorzeker was het een buitengewone en zeldzame
gebeurtenis in de annalen der muziekgeschiedenis,
dat de vox populi de uitspraak der jury zoo spontaan
en enthousiast bekrachtigde. Doch niet minder merk
waardig was, dat het eclatante succes niet beperkt
bleef tot het land van oorsprong, doch dat de Caval
leria een werk bleek van internationale sensatie.
Spoedig was er geen operagezelschap, dat het
veristische werk niet als een uitstekend kasstuk in
zijn repertoire opnam, en het als zoodanig tot op
den dag van heden handhaafde, naast en met den
veelal daarna uitgevoerden éénacter van Leoncavallo
I Pagliacci, de even vermaarde Paljas, welke opera
twee jaar later, in 1892. haar eerste uitvoering en
succes beleefde.
Dat de componist van de Cavalleria met geen
zijner latere werken ooit nog eenzelfde hoogte wist te
bereiken als met zijn eersteling, dat noch zijn Amico
Fritz (1891), zijn Rantzau (1892), zijn Ratcliff
(1895), Silvano (1895), Zauetto (1896), Iris (1898),
Maschere (1901), Amica (1905), Isabeau (1911),
Parisina (1913), Lodoletta (1917), Si (1919), Piccolo
Marat (1921) noch zijn in 1935 voltooide Nerone ook
maar eenigermate het succes konden veroveren, dat
hij met de Cavalleria be
haalde, doet aan de verdien
sten van dit eerste sensa-
tioneele succes niets af. Wel
teekent dit succes zeer
scherp het tijdperk van
reactie, dat was aangebro
ken, toen de twee grooten,
Wagner en Verdi, die het
muziekdramatisch wereld
repertoire liadden be-
lieerscht gedurende de laat
ste helft der negentiende
eeuw, waren uitgeschreven.
De omstandigheden intus-
schen, waarin Mascagni's
meesterwerk werd gescha
pen, zijn typeerend als voor
het ontstaan van zoo menig
ander kunstwerk, dat in ont
bering en armoede werd ge
boren. Zelf heeft Mascagni
met jeugdigen humor later
dewordingsgeschiedenisvan Mascagni te midden de
de Cavalleria verteld, en Gemma Bellineioni
we meenen onzen lezers deze vermakelijke bijzonder
heden niet te mogen onthouden. Een bespreking der
Cavalleria zelve als opera en kunstwerk meenen we,
waar deze opera bij duizenden muziekliefhebbers
bekend is, als overbodig te kunnen beschouwen.
„Mijn haar," zoo vertelt Mascagni dan, „was in
die dagen wel wat overvloediger. maar even war-
relig. Ik had weinig geld, maar des te meer eer
zucht en uithoudingsvermogen. Ik droomde van
groote successen en werkte reeds aan een stuk, aan
Ratcliff, waarvan ik het tekstboek en de half gereed
gekomen partituur eiken dag zorgvuldig in mijn ver
sleten koffer opborg.... Ik was toen te Cerignola
belast met de leiding der stedelijke muziekschool en
kreeg voor mijn moeite honderd lire per maand
benevens vrij wonen. Dat beteekende toen voor
mij een ontzettend hoog bedrag, maar toch verdroot
mijn ambt me buitengewoon. De burgemeester had
veel vijanden, maar daar men hem niet durfde aan
vallen, werd mijn persoontje het mikpunt der plaat
selijke pers; ik was immers, zoo beweerde men, de
beschermeling van den burgemeester. Men
r arlistendie medewerkten aan de eerste opvoering,
was Santuzza en Roberto Stagno was Turiddu.
Het huis te Livorno, waarin Mascagni als zoon van 'n
eerzamen bal her werd geboren, den 7en December 186-3.