WAAR DE TABAKSPLANT
GROEIT....
Op Gelderschen
bodem, ondereen
Hollandsche zon
De pluk van de pruimtabak.
Beschut door een haag van boonenstruiken rijpt te Rhenen de tabak.
Véél belangstelling hebben de Hollanders in de
dagen, dai de grenzen aan alle zijden open
stonden, voor de vaderlandsche tabakscultuur,
bedreven op goed-Nederlandschen bodem, niet
gehad. We waren
eigenlijk vergeten dat
er, vóór den wereld
oorlog, in de Gelder-
sche vallei in hoofd
zaak, Nederlandsche
tabak werd verbouwd,
die zich in een goeden naam mochtverheugen.
In de jaren van een geweldige hoogconjunctuur,
toen slechts het beste van het beste, het fijnste
uit het fijnste goed genoeg was, geraakte het
degelijke vaderlandsche tabaks-product op den
achtergrond, het werd door de exotische soorten uit
wMJ7a jB* - -Mverre tropische werelddeelen overvleugeld en meer
enmeergavende Gelderscheen Utrechtsche „tabaks-
AbHL planters" hun verbouw op, teelden zij loonender en
-- AgTA.'ifi meer gewaardeerde producten.
Het feit, dat Nederland niet meer een rustig eiland
jn Europeesche branding is gebleven, heeft hierin
De zoogenoanule uilschieters verandering gebracht: nu de rookers en him aanhang
voor de zaadwinning. onrustig de winkels afspeuren naar sigaretten, naar
sigaren en tabak, die niet meer zoo overvloedig en
in allerlei merken en soorten voorhanden blijken, nu herinnert men zich eensklaps
ook weer dat er in het vruchtbare land der Geldersehe vallei eens tabak verbouwd
werd. Nu ja, het was weliswaar niet zulke exotische hoog-kwaliteit,
die Nederlandsche tabak, maar zij was toch te gebruiken, nietwaar.
Zou ze er nog geteeld worden?
Ja, Nederlander, ze wordt er nog steeds geteeld en daarom
willen wij u er op deze pagina's iets van vertellen.
Mei een vlijmscherp mes
wordt over de dikke nerf
een lange snede gegeven
en hierdoor steekt men
dan stok, waaraan
de bladeren te
worden
En dan leiden wij u naar Rhenen,
naar een dier lange schuren, die
u daar achter een boerenwoning
van degelijke allure langs den weg
ziet staan. Een tabaksdroogschuur,
waar de versch geplukte bladeren
van de tabaksplant te drogen han
gen aan de puntige stokken, waar
op zij gespietst worden.
Het is een flink bedrijf, dat wij
hier aantreffen en de man die ons
rondleidt over de vierhonderd roe
den grond, die er met tabak beplant
zijn, is een kweeker van het goede
oude soort.
„Zesenvijftig jaar lang, meneer,"
zoo vertelt hij, „heb ik hier op
dezen grond tabak verbouwd. Eén
jaar maar heb ik in al dien tijd
géén tabak gezaaid."
Wij loopen op 't paadje tusschen
de tabaksvelden, die
zorgvuldig omringd zijn
door koog-opgeschoten
boonenhagen. Deze ha
gen moeten de teere