fjAisa jgjrf §1 en leeg terrein tusschen Westwall en Maginotlinie, ont volkt, onbebouwd, waaruit alleen zoo nu en dan het doffe gebrom van zwaar geschut of het felle ge ratel van een machinegeweer opklonk, een woestenij, eertijds beploegd door nijvere boeren, doch dan plotseling op hoog bevel verlaten.Dorpen en steden bestaande uit holklin kende straten en huizen, waar muizen en ratten vrij spel hadden, landerijen, waar het gewas een hope- loozen strijd Een veiwaarloosd getouw in Lotharingen: elk oogenblik kon immers de oorlog Met:, één der steden, die in het „voorterrein" uithielen, dus waatom het hu:s rog heistellinf Loch het bleef gespaard. van Lotharingen lag, heeft weinig geleden. Naast een oude kerk hadden de Fran seken een modernen bunker gebouwd. In Elzas-Lotharingen teerden tijdens den oor log talrijke technische Iinstallatiesverwoest. Een door de Fransche troepen vernielde petro- leumbron, die thans weer in bedrijf gesteld wordt. voerde tegen het onkruid: een land vol onheil, vol kwaad gerucht, doch zonder de menschen, die er hóórden, die zich met den grond verbonden voelden, want de soldaten zwier ven in deze wildernis rond als vreemde jagers in de jungle. Doch nu is alles voorbij: in de steden nemen de kantoor klerken, de winkeliers en de ambtenaren hun kantoren, winkels en bureau's weer in bezithier en daar is een gebouw verwoest, maar de steden zijn er in het algemeen vrij goed afgekomen. Op het platteland staat de boer echter voor een moeilijke taak: niet alleen is zijn woning dikwijls een „stra tegisch" punt geweest, dat uit den weg geruimd of onder vuur genomen moest worden, maar vooral de akkers, die zoo lang verwaarloosd zijn, zullen hem heel wat arbeid kosten voor zij weer een oogst opleveren, die de moeite waard is. Doch voor hem is de oorlog voorbijHij kan weer aan het werk Hij is weer thuis. Vandaar dan ook, dat de geëvacueerden, terugkeerend in het land, dat ze zoo noode hebben ver laten, toch met vergenoegd gezicht bezit nemen van hetgeen hun nog overgebleven is. In het omstreden gebied. Eindeloos strekten de loopgravenreeksen zich uit door het verlaten landschap. (Foto's Ass. Press)

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1940 | | pagina 9