ONS LAND ALS DEEL VAN HET ROMEINSCHE RUK EEN RIJK VAN NOORDZEE TOT PALESTINA I EN ZIJN burg er een was, wer- 26 Tijdens staande legioene" njmr Germanii ondernamen, werd ons land als operatiebasis gebruikt. Boven- parure toont het noodlottige verloop van een dezer tochten, toen Vitelline met twee legioenen aan onze Waddenkust over vallen werd door den vloed „En het geschiedde in die dagendat er een gebod uitging pan den keizer Augustus, dat de geheele tnereld beschreven zou mordenV kent dezen inzet van hei bijbelsche Kerstverhaal en u stelt zich deze volks telling altijd voor als gehouden in Palestina. Doch beseft u mei dat het keizerlijk gebod ook voor onze oorden gold en ook hier de Romeinsche ambtenaren rondgingen om de volkeren te „beschrijven opgravingen te weten ko men. Want de Romeinsche schrijvers zooals Caesar, Tacitus en Plinius noemen in hun geschriften wel allerlei plaats- en rivier namen, doch over de we gen zwijgen zij. Voor den beschaafden Romein waren deze wegen dan ook zoo gewoon, dat ze niet apart vermeld hoefden te wor den. Op wonderlijke wijze is echter toch, iets van dit wegenstelsel bewaard ge bleven, namelijk op de zoogenaamde Peutinger kaart. Het betreft hier een middeleeuwsche kopie, die van een sindsdien ver loren gegane kaart uit den Romeinschen tijd werd na- geteekend. Peutinger kaart heet dit merkwaardige do cument, omdat het in de zestiende eeuw eigendom was van den raadsheer Peutinger te Augsburg. Op deze kaart staan in ons land drie wegen aan gegeven, twee ervan loopen van Katwijk u weet, eertijds een Rijnmond naar Keulen. De eerste weg volgt den Rijn en voert langs Utrecht (Trajectum), Vechten (Feotio), Nijmegen (Noviomagus) en Gastra Vetera bij Xanten, de tweede loopt langs de Maas. De derde weg is een landweg van Keulen door de Eifel langs Heer len (Coriovallum), Maas tricht (Trajectum ad Mo- samj en loopt door België en Noord-Frankrijk met als eindpunt Boulogne. We zien, dat beide eerst genoemde wegen de rivie- Zoo uitgestrekt was in tlie jaren I.et Romeinsche rijk geworden. Steeds verder waren de legioenen verovering van Gallië duurde het niet lang of ook op onzen hoJem stond de Romeinsche soldaat bij de zee werden opgenomen in 't geweldige, uitstekend georganiseerde rijk, dat door Rome in een lange reeks oorlogen was opgebouwd. opgerukt en na de en de „lage landen f eze goede organisatie en de ge- L weldige voorsprong, dien de Ro- meinen op 't gebied der techniek W op de omringende volkeren had- V den, maakten dat 't groote rijk lang intact kon blijven. Doch steeds moest de Romein waakzaam* zijn, want de thans beter bebouwde landerijen en de door de handelaars aangebrachte gebruiksvoorwerpen ver lokten minder beschaafde buurvolken nogal eens tot een inval. We hebben gezien, dat aan de Bataven werd opgedragen de uiterste noordgrens, die gevormd werd door den Rijn, j te beschermen. Groote fW<* I AIV11 grensvestingen, zooals kfno LU\i>ty bijvoorbeeld de Saal_ I -1 - den hier aanvankelijk I I I I I J lv I I". niet geoouwd, omdat ..........j onze moerassige bo dem den invaller vol doende moeilijkheden bood. Meer stroomopwaarts, in Duitschland, was die Rijngrens moeilijker te verdedigen, daar kwamen dus belangrijke verster kingen te liggen, die later uitgroeiden tot steden. Zoo is o.a. de stad Keulen ontstaan. Schaarschte aan vruchtbaren bodem en dus voed- selnood leidden in de Germaansche landen voort durend tot het overschrijden van den Rijn. Om aan deze invallen voorgoed een einde te maken, besloten de Romeinen tot het zenden van groote strafexpedi ties en ontstond tevens het plan, de grens meer naar het oosten te verleggen. De rivier de Elbe zou de nieuwe afscheiding vormen, een grens, die aanzienlijk korter en dus gemakkelijker te. verdedigen was. Bij de uitvoering van dit plan bleek ons land van strategisch belang, voornamelijk als uitgangspunt voor de Romeinsche vloot, die langs onze kust oost waarts en vervolgens de rivier de Eems op kon varen om zoo in de Germaansche landen door te dringen. Uit dien tijd dateeren dan ook de eerste werken, die de Romeinen op onzen bodem uitvoerden. Allereerst werden wegen aangelegd voor 't vervoer van troepen en transporten. Stevige, verharde wegen waren dat. Het bezit van een goed wegennet komt ons thans heel gewoon voor. doch nadat de Romeinen vertrokken waren, is er in ons laml vijftien eeuwen lang geen enkele weg meer aangelegd. Tot den tijd van Napoleon en Willem I hebben wij ons moeten behelpen met karre- sporen en nu begrijpt u misschien waarom in ons waterrijke land de trekschuit steeds zoo populair was! Bijzonderheden over die Ro meinsche wegen moeten we uit Zuid-Limburg beleefde in de eerste eeuwen onzer jaartelling een lijd van bloei, doordat zich. in déze streek tal van Romeinsche kolonis ten vestigden. De bodem bergt dan ook tal van Romeinsche oudheden, zooals nevenstaande sarcophaag, opgegraven te Simpelveld. ren bevaarbaarder maak ten. Aan kanalisatie deden de Romeinen ook; bekend is de Drususgracht, een werk, uitgevoerd op last van den veldheer Drusus. Door den aanleg van een dijk werd het water beter verdeeld over Waal en Rijn en de gracht was een goede verbinding met het Flevomeer. Van dezen dijk zijn enkele jaren geleden bij Herwen in den Rijn brokken teruggevonden, doch over de plaats, waar de gracht gegraven werd, bestaat nog steeds verschil van meening. Er is wel eens aangenomen, dat hier de Linge in de Betuwe bedoeld wordt. Anderen gelooven, dat de Gelder- sche Nieuwe Usel door Drusus werd gegraven. Daardoor ondervond het eiland der Bataven minder overlast van het water en ontstond tevens een vaarwater, waardoor de Romeinsche vloot langs dezen IJsel, het Flevomeer en de wad den naar de Eems kon komen. Want van hoe groot belang de werken der Romeinen ook vool' onze

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1940 | | pagina 26