FELIX HAMMER: Redder* in den nood DOOR LAURENCE KIRK 18 ONZE VERVOLCROMAN Felix Hammer, de wijsgeerige „huwe- lijksmakelaar" van een zeer bijzonder soort, speelt in onzen nieuwen vervolg- roman de rol van een volwassen Cupido, die menschen bij elkaar tracht te brengen, die bij elkaar hooren, maar anderen, die niet voor een huwelijk geschikt zijn, van elkaar l tracht te verwijderen. Deze opgave brengt, zooals men zich kan voor- stellen, tallooze verwikkelingen met zich mee, die echter voor alle par- tijen goed afloopen, zoodat de goede „hij" de goede „zij" krijgt. En daar j gaat het ten slotte maar om. Dit grappige verhaal zal naar wij ver- j trouwen ongetwijfeld in den smaak van onze lezers vallen. EERSTE HOOFDSTUK Op de deur van ondoorzichtig glas, die de bij zonder knappe secretaresse voor sir Hum phrey geopend had, stonden drie woorden. In het midden was met groote zwarte letters de naam Felix Hammer geschilderd en verder bescheiden beneden rechts in den hoek: „Deskundige." Maar nergens was een aanwijzing te vinden omtrent het soort zaken, waarin mr. Hammer blijk gaf van zijn deskundigheid. Terwijl de deur aehter hem gesloten werd, wierp sir Humphrey een snellen blik op het kleine, rond- achtige mannetje, dat met een stralenden glimlach achter zijn bureau opstond om den bezoeker te ver welkomen. Jacquet. Grijs zijden plastron. Slob kousen. Een bloem in zijn knoopsgat! Die man gaat vast naar een bruiloft, dacht sir Humphrey, zoo kleed je je toch niet aan om op je kantoor te zittenHij had hem nog nooit te voren ontmoet, en toch was liij eenigszins in de war, toen hij op den man toetrad en hem de hand schudde. Op één of andere wijze kwam hij hem bekend voor. Heel bekend zelfs! O, nu weet ik wat het is. CupidoEen volwassen Cupido, die aangekleed is voor één of andere maatschappe lijke functie. Dat ronde cherubijnengezichtje was onmiskenbaar, zelfs met dien hoornen bril voor zijn heldere oogjes. Het was een gezicht, dat gewoonweg verzadigd was van optimisme, hetzelfde min of meer zorgelooze, zich weinig om de gevolgen bekom merende optimisme, waar Cupido zoo bekend om is. Nadat sir Humphrey den stoel genomen had, die hem aangeboden was, bleef hij doelloos de kamer rondstaren, bijna verwachtend, dat hij een bundel pijlen op den kapstok of in de prullenmand zou ontdekken, totdat hij merkte, hoe mr. Hammer voorover leunde, zijn vleezige handen op het blad van zijn bureau gevouwen. „En, sir Humphrey, waarmee kan ik u van dienst zijn?" Sir Humphrey kwam tot zichzelf. „Ik weet het nog niet," antwoordde hij naar waarheid. „Om u de waarheid te zeggen heb ik alleen maar zoo in het algemeen van u gehoord." „Ah, een vriend zeker?" Juist. Lord Ayloner heeft met mij over u ge sproken." Het noemen van dezen naam veroorzaakte een glans van voldoening in mr. Hammer's oogen. Hij was weer Cupido van top tot teen. Cupido bij de herinnering aan een genoeglijke schietpartij. „O ja," mompelde hij zelfvoldaan, „ik heb een aardig werkje voor hem opgeknapt. Een heel aardig werkje. Heeft hij n de bijzonderheden daarvan ver teld!" „Geen enkele," zei sir Humphrey. „Ik weet er nog zoo goed als niets van." „Maar lord Ayloner was meer dan tevreden, niet waar!" „O, zeker. Juist omdat hij zoo enthousiast was, ben ik u komen opzoeken. Is het waar, dat n zijn dochter voor een bijzonder ongewenschte gehechtheid behoedde?" „Volkomen waar, sir Humphrey." „En denkt u, dat u zooiets nog eens zou kunnen doen?" „Steeds opnieuw, steeds opnieuw, sir Humphrey. Het is mijn vak." Sir Humphrey keek hem onderzoekend aan en wachtte even. Het was geraden wat voorzichtig te zijn met dezen vriend, meende hij. Wel wat al te zeker van zichzelf, net als de echte Cupido! Aan den anderen kant had Ayloner zich nu niet bepaald be klaagd. „Het is heel goed mogelijk, dat u mij van dienst kunt zijn," zei hij voorzichtig. „Maar voor we verder gaan, zou ik wel iets meer van uw systeem willen weten ten minste, als u er een bepaald systeem op na houdt." Mr. Hammer was vol bereidwilligheid. „Zeker, zeker," antwoordde hij vriendelijk. „Om u de waarheid te zeggen, is het zoo eenvoudig, dat ik het nauwelijks een systeem mag noemen. Maar 't zal me een vreugde zijn, het u uit te mogen leggen. Laten we een typisch voorbeeld nemen. Een meisje van goede familie, dat gunstige financieele vooruit zichten heeft, vat genegenheid op voor een on gewenschte partij. Wat is de normale geneeswijze? Zes maanden naar het zuiden of een reis om de wereld. Dat kost zes- tot tienduizend gulden en gewoonlijk komt ze koppiger terug, vaster besloten dan ooit om met den man van haar keuze te trouwen. Maar wat doe ik? Ik laat mijn lokvogel in haar nabijheid op en in zes weken is de zaak in orde, tegen een kwart van de kosten." „Zei u een lokvogel?" informeerde sir Humphrey beleefd, maar mr. Hammer scheen die vraag niet gehoord te hebben. „En ook zoons kunnen je heel wat last bezorgen," vervolgde hij haastig. „In mijn tijd was het meestal een juffrouw uit een bar of een meisje van het ballet. Maar dat is allemaal anders geworden. Droevig! Droevig hoe de tijden veranderen. Ikzelf heb altijd een zwak voor bar meisjes gehad, maar dat beroep schijnt niet meer te zijn wat het geweest is. Het is verbazingwekkend op welk soort meisjes de jongelui tegenwoordig verliefd worden. IT kunt het gelooven of niet, maar ik heb nog niet lang geleden een alleraardigsten jongen moeten afhouden van een huwelijk met een ex-kampioene in het speerwerpen." „In zoons stel ik op het oogenblik niet zoo'n belang," merkte sir Humphrey droogjes op. „Maar ik zou in de eerste plaats willen weten wat u onder een lokvogel verstaat." Mr. Hammer gaf prompt antwoord. „Wat ik bedoel," zei hij, „is eenvoudig dit. Ik laat iemand komen, die honderdmaal aantrekkelijker is dan degene, waar het meisje of de jongen verliefd op geworden is. Denkt u nu niet, dat ik in liefdes aangelegenheden een cynicus ben. Integendeel, ik geloof oprecht in de liefde. Ik werk uit liefde voor de liefde. Maar verliefdheid is geen liefde. Het is een ziekte, een catastrophe soms. en het is altijd puur toeval als het goed afloopt. Mijn systeem is gebaseerd op een eenvoudige overweging: namelijk, dat de men8cli, op zoek naar een huwelijkspartner, instinc tief naar de aantrekkelijkste, de verstandigste, de begeerenswaardigste verlangt, die onder zijn bereik komt. Maar mijn systeem is tevens gebaseerd op de veel voorkomende menschelijke denkfout, dat de eerste, waar men verliefd op wordt, ook de aantrek kelijkste, de verstandigste en de begeerenswaardigste moet zijn. Het eenige wat ik dus te bewijzen heb is: dat de aangebedene in kwestie minderwaardig is en zoodoende wordt voor de toekomst onherstelbare schade voorkomen." Sir Humphrey keek hem nogal twijfelend aan. Er zat inderdaad een kern van waarheid in hetgeen hij zei. Maar was die kern groot genoeg? Was het niet gewoon weer één van die theorieën, die op papier prachtige resultaten gaven, maar in de werkelijkheid niet opgingen? Hij vroeg zich af hoe hij op een fatsoenlijke manier weg kon komen, toen de deur plotseling open ging en de knappe secretaresse bevallig binnenkwam, een aantal pa pieren op het bureau legde, hem vriendelijk toelaehte en daarop verdween. Toen hij er later over nadacht, vroeg sir Humphrey zich af of dit bij toeval gebeurd was of dat mr. Hammer misschien een geheim signaal ter beschik king had om dit verrukkelijke schepseltje binnen te laten komen. In elk geval was het resultaat over weldigend. Men hoefde maar één blik aan dit char mante en- heerlijke visioen te wijden om in te zien, dat mr. Hammer's systeem vele mogelijkheden bood. Sir Humphrey leunde snel voorover toen de deur weer gesloten was. „Is die jongedame één van uw lokvogels?" vroeg hij. Maar mr. Hammer schudde zijn hoofd. „Neen," zei hij. „Ik heb haar éénmaal een kans gegeven, maar ze had geen succes. Kijkt u eens, sir Humphrey, in zaken als deze zijn hersenen nog van grooter belang dan schoonheid. De eerste eisch is een volmaakte techniek. Ik wil heelemaal niet beweren, dat het principe van mijn systeem oorspronkelijk is. U weet even goed als ik, dat sedert het begin der beschaving ouders getracht hebben hun kinderen af te houden van een ongewenschte liefdesaffaire door voor een plaatsvervanger of plaatsvervangster te zorgen. De reden, waarom zij gewoonlijk gefaald hebben, is hun onvermogen den geschikte te vinden. En hier begint mijn taak. Het is mijn beroep. Voor élk geval bestaat een geschikte plaatsvervanger." „En garandeert u hem te kunnen verschaffen?" vroeg sir Humphrey. „Hem of haar," verbeterde mr. Hammer hem zoet sappig. „Maar ik kan natuurlijk geen garantie geven aangaande het resultaat. We hebben nu eenmaal met menschen te doen. En menschen zijn onbereken baar." „O juist." „Aan den anderen kant kan ik in drieëntachtig en een half procent van de gevallen op succes bogen. U zult het met me eens zijn, dat dat geen slecht percentage is." „Ongeloofelijk mooi zelfs!" zei sir Humphrey hartelijk. „Maar vertelt u mij eens hoe u later te werk gaat. Ik bedoel, veronderstel, dat uw plaats vervanger tusschenbeide is gekomen en succes heeft gehad en de liefde vaneh, de patiënt heeft overgeheveld op zichzelf, hoe speelt hij het dan klaar zich weer los te maken?" „Dat," antwoordde mr. Hammer oprecht, „kan hoogst onaangenaam zijn. Maar het hangt hoofd zakelijk af van de keuze van het juiste oogenblik. Want er is altijd een oogenblik, waarop de patiënt, zooals u die noemt, heeft ontdekt, dat de eerste liefde een bevlieging was, zonder nog ernstig verliefd te zijn op den plaatsvervanger. Mijn agenten zijn bijzonder bekwaam in de vaststelling van dat oogen blik en handelen dan naar voorschrift. De patiënten worden achtergelaten in 'n staat van wantrouwen en genezing en het duurt eenigen tijd voor ze weer verliefd worden. En zoo moet het juist zijn. Want alle moeilijkheden zijn ontstaan, doordat de patiënt verliefd werd vóór hij of zij er rijp voor was." Sir Humphrey staarde mr. Hammer aan. Een gevaarlijk mannetje, dacht hij. Maar volkomen op recht. Volkomen eerlijk. Hij gelooft werkelijk in wat hij doet. En is hij wel gevaarlijker dan die horde van psychologen, die, als je delirium tremens krijgt of je vrouw vermoordt, dat alles wijten aan het feit, dat je een witte kip 'n andere hebt zien pik ken toen je zes jaar was? Nog steeds besluiteloos ten aanzien van zijn eigen probleem, bleef sir Humphrey doorpraten om tijd te winnen. „Het is allemaal erg interessant," zei hij. „Maar zegt u me dit nog: neemt u het ook op u, goede huwelijken tot stand te brengen in plaats van slechte te verhinderen?" Mr. Hammer's gezicht, dat eenigen tijd ernstig

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1940 | | pagina 18