SOLIDOX ZO N PRACHTIG WIT GEBIT IS GOUD W^ARD MAAR ZOU HET VAN ACHTEREN EVEN SCHOON ZIJN ALS VAN VOREN? TEGEN TANDSTEEN L5 „Hoeveel zei je ook weer, dat 't ,,Ik geloof vast, dat 11 hier achter zit, was?" vroeg hij. juffrouw Elvira," zei de predikant, „Tweehonderdeenenzeventig vijfen- hartelijk, terwijl hij zijn studeerjasje zeventig, min drie dollar vijftig." zorgvuldig dichtknoopte over zijn nooit Hij nam een formulier en vulde het in. gedroomden rijkdom. „Teeken maar even," zei hij. /je was lid van het comité, zei de „Hoe? Elvira Bailey?" kassier trotsch. „Komt er niet op aan hoe. Zet maar Op dit moment hield er een wagentje „namens het comité". Laat me nu 't voor de deur stil, en het verschrikte <mld even natellen." gezicht van Alfred Bailey verscheen in „Ik zal je helpen," zei ze. de deuropening. Hij had den post- Naast elkaar stonden ze aan het meester bij zich. Die wist zeker, dat bureau; ze sorteerden de briefjes en hij Elvira de bank had zien binnengaan, legden het geld op stapeltjes. De kassier en kon zich maar niet begrjjpen, waarom had nog nooit zoo lang werk gehad, om Alfred zoo zenuwachtig naar haar vroeg, zoo'n bedrag te tellen. Nauwelijks werd meneer Chippendale Ten slotte wendde hij zich af om de den koopman gewaar, of hij snelde op 268.30 op naam van meneer Chippen- hem toe, met welzalige trekken en uit- dale te boeken. Het saldo van diens gestoken handen. rekening had te voren een tekort van „Ziet u, meneer Bailey," riep hij uit. vijfenveertig cent bedragen, welk be- „We waren zoo blij, dat we niet konden drag de goedhartige kassier, om den wachten, en dus ben ik maar gauw dominee niet insolvent te hoeven ver- hierheen geloopen om het restant te klaren, uit zijn eigen zak had bijgestort, halen.' om de boeken te laten kloppen. „0, ja," bracht de koopman verle- Hij wendde zich weer naar Elvira, die gen uit. ,,U bent me net even voor. Hier nog tegen het bureau stond geleund. Nu is 't." Hij haalde met een beschaamd haar groote doel bereikt was, werd ze gezicht de drie dollar vijfenveertig uit weer banghad ze niet te overijld zijn zak en gaf ze aan den predikant. gehandeld? Onderwijl trof zijn blik dien van Elvira Otto," zei ze, met een van zijn pen- zij waren gescheiden door het traliewerk nen spelend, „ik weet niet wat je wel en door het bureau van den kassier, van me moet denken, dat ik zoo binnen maar niettemin voelde hij den blik kwam vallen." van tet meisje zengen; zij was dat „Weet je dat heusch niet, Elvira oogenblik het evenbeeld van haar moe- vroeg hij, met zijn zachten tweeden tenor. der, de eenige persoon, die met haar „Weet je werkelijk niet, hoe ik over diepe, beheerschte drift al kwam die je denk?" Zijn rechterhand gleed van langzaam hoven zijn wilskracht ver- het bureau, voelde onschuldig langs zijn nietigen kon, als het vuur een touw. zijde, en begon toen heimelijk, bevend, Een minuut keken vader en dochter op te komen, naar haar middel, elkaar aan. Toen wprden zijn oogen „Ikik geloof, Elviraschichtig en sloeg hij ze neer, en wis- „St," deed het meisje. was- De deur ging open. Elvira wendde ten zij beiden, wie er voortaan baas er zich snel heen, met een trotseerenden Meneer Chippendale stond verbluft blik opeens. Maar het was haar vader naar de jongste verrijking van zijn aard- niet; het was de predikant. schen welstand te kijken. „Ik begrijp 't Zijn jas hing los, en het gerafelde niet goed," zei hij. „Meneer Ranney huisjasje kwam er onder uit. Zichtbaar heeft me al tweehonderdachtenzestig opgewonden kwam hij naar het tralie- dollar dertig gegeven. Er schijnt een raampje van den kassier; toen zag hij vergissing in 't spel te zijn." Elvira Bailey en nam zijn hoed af. „Dat is er niét, kwam de heldere Hun aanwezigheid scheen hem uit het stem van Elvira Bailey, zoo duidelijk, veld te slaan. alsof ze l>et nummer van een gezang „Er is zooeven iets heel onverwachts doorgaf, ,,'t Is in orde zoo. Vader geeft gebeurd, meneer Ranney," begon hij. u die kwitantie cadeau, en t comité „Men heeft ons een volkomen onver- heeft bovendien tweehonderdeenenze- diende en toch zeer welkome edelmoe- ventig dollar vijfenzeventig bij elkaar digheid bewezen. Als ik uw vader goed gebracht. We hebben dat geld hier heb begrepen, juffrouw Elviragedeponeerd, op drie dollar vijfenveertig maar mijn vrouw dacht stellig, dat 't na, die vader in zijn zak had. Zegt u een vergissing moest zijn. maar niets meer ik wou dat t twee- en om u de waarheid te zeggen, twij- maal zooveel was! Maar vindt u niet, felde ik er zelf ook aan, of ik uw vader dat we 't een aardig eindje ver gebracht wel goed begreep, maar...." Hij aar- hebben, meneer Johnson? zelde en haalde de kwitantie te voor- De postmeester had tersluiks van den schijn, die Alfred Bailey voldaan had vader naar de dochter gekeken, en een geteekend. „Ik kreeg den indruk dat de geheimzinniglieidje aangevoeld, dat aan vriendschap van de gemeente er in ge- zijn alwetendheid ontsnapte. Maar hij slaagd was, mijn schuld aan hem af te gaf geen blijk van nieuwsgierigheid; hij doen, en dat er nog eenige contanten antwoordde levendig: ,,'t Lijkt me een voor me overschoten ook, meneer Ran- heel mooi stukje werk, juffrouw Elvira, ney. Ik kan 't haast niet gelooven. 't Strekt alle betrokkenen tot eer. t Hoeft Lijkt me zooiets ongehoordszeker niet geheim gehouden te wor- ,,'t Is toch heusch zoo," viel de kas- den?" sier hem in de rede. »»Nee, waarom? riep het meisje. „Ja, 't is zoo," galmde Elvira hem na. „Iedereen mag 't weten. Hebt u de pre- „Mag ik.... mag ik vragen hoeveel cieze getallen, meneer Johnson?" 't is, meneer Ranney?" De predikant stond de ontzenuwde De kassier stapte met een ernstig hand van Alfred Bailey te knijpen, gezicht naar zijn boeken. „Tweehonderd- „Dat bewijs van vriendschap zal ik achtenzestig dollar dertig cents," ant- nooit vergeten, zei hij. woordde hij. „Wenscht u het geld te „Gaat u naar huis, vader?" vroeg innen, meneer Chippendale?" Elvira bedaard, toen de blozende kas- De predikant haalde lang, verbaasd sier 't hek wijd voor haar openhield, adem. „Hoe is 't mogelijk?" riep hij uit. „Dan rijd ik met u mee. Meneer Chip- „Ehja, mijn vrouw zou 't wel pret- pendale, wilt n tegen mevrouw zeggen, tig vinden, geloof ik, als ik 't geld mee- dat ik straks even aankom? O ja, Otto bracht." Hij had tranen in zijn oogen. we moeten vanavond die gezangen „Misschien wilt u dan even een oheque eens repeteeren. Ik zal den haard in t schrijven," zei de kassier; hij schoof salon laten aanmaken, dan kunnen we een blanco cheque door het loket en er de piano bijnemen. Ik zal 't echt telde vlug de bankbiljetten uit. knus maken. Kom je?" Éhr- J De meeste mensen denken, dat een blinkend wit gebit bewijs is van sterke, gezonde tanden. Natuurlijk is dit in enkele gevallen waar. Maar niet elk gaaf, wit gebit is aan de achterzijde even schoon als aan de voorzijde. De mooiste tanden bedriegen U soms, juist door de „schone schijn"! Achter het blinkend wit verbergt zich vaak een laag tandsteen, die onopgemerkt blijft voor iedereen, behalve voor den tandarts! Tandsteen is zelfs een ernstig gebrek voor de tanden! Het veroorzaakt op den duur, dat U w mooie witte tanden gaan uitvallen en dat betekent een groot gevaar voor Uw gezondheid. Voorkom dit gevaar voor het te laat is! Solidox, de bijzondere nieuwe Nederlandse tandpasta, verhindert de vorming van het ge vreesde tandsteen. Heeft zich reeds een laag tandsteen vastgezet, dan wordt deze door het geregeld gebruik van Solidox verwijderd. Deze schitterende werking dankt Solidox aan haar gehalte aan Sulforicinoleaat, dat tandsteen voorkomt en verwijdert zonder het tere tandglazuur of het tandvlees aan te tasten. Poets van nu af aan Uw tanden tweemaal daags met Solidox en ga minstens tweemaal per jaar naar den tandarts. Het is de beste en veiligste methode voor een onberispelijk, gezond gebit! Solidox beschermt Uw tanden door haar gehalte aan Sulforicinoleaat tegen de vor ming van tandsteen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1940 | | pagina 15