Hij lacht onbezorgd
éut
GENEESMIDDELEN
EN GENEESWIJZEN
15
„Komt de zon.nu al opt" vroeg
hij met een dikke tong.
„Zorg gauw dat je nuchter bent,
of ik zal je sterretjes laten zien," zei
Tony ijzig.
„Stem ken ik nietWeet niet
waar ik ben ookBen je een vriend
van met"
„Gelukkig niet. Heb je je hersens
nog niet bij eikaart Je hebt een meisje
hierheen gebracht, en ze heeft je uit je
auto gegooid. Je hebt je hoofd tegen
een steen gestooten..Jammer, dat je
je nek niet hebt gebroken. Wat zeg je
er vant Begrijp je met"
„Waarom doe je zoo nijdig tegen met
Ik heb een meisje meegebracht, zeg je.
ach ja, natuurlijk, Margy! Heeft ze me
uit den wagen gekieperd t Echt iets
voor haar. Waar is zet"
„Dat doet er niet toe. Maar ik zal
je eens'wat vertellen. Als ik haar broer
was, wachtte ik een paar dagen, tot
je weer een beetje normaal was, en dan
trok ik een oud paar schoenen aan, en
dan kwam ik bij je thuis om je de vol
gende week in te schoppen. Kun je me
volgent"
„Ja, best. Dank je."
„Hoe is 't met je hoofdt"
„Ellendig. Ik knap van de pijn. Heb
ik me gestooten, zeg jet"
„Ja, tegen een blok steen. Waar
schijnlijk een steenbreukZou je
je auto kunnen besturen, als ik hem
loswerkt"
„Dat zal wel. Ik heb koppijn, maar
verder ben ik frisch. Als ik achter een
stuur zit, loopt de rest vanzelf."
't Karwei viel natuurlijk niet mee.
Ze hadden bijvoorbeeld met z'n drieën
een uur werk, om den fraaien wagen
uit de steenklem te krijgen, waarin hij
half afgeglipt en verder vastgereden
was. Na dat uur was het hoofd van den
heer Shrewsbury, hoewel nog zeer uit
gebreid en gevoelig, innerlijk toch wel
zoo helder, dat hij achteruit naar de
laan kon rijden. En toen was Tony
onderwijl te weten gekomen, dat het
meisje in avondjapon Margaret Ellison
heette.
,,'t Is voor elkaar. Margy," zei
Shrewsbury, stoppend, zoodra hij zijn
auto recht in de laan had staan. „Stap
maar in. De oude matador heeft een
zeer hoofd. Geen gevechten meer van
avond."
„Schiet maar op," zei Tony zoo koel
mogelijk. Ik breng juffrouw Ellison
naar huis."
Maar ze reden verre van snel naar
huis het tweetal. Ten eerste, nu
Margaret Ellison een beetje kalmer
werd, begreep zij opeens, dat zij dien
avond bijna een mensch had gedood,
en dat zij bovendien een anders auto
had gestolenen dan nog wel van
iemand, dien zij niet kende. Toen zij
deze feiten voor 't eerst in hun ware ge
daante had gezien, zat ze eerst een poosje
doodstil, en probeerde ze vervolgens te
sprekenmaar dat lukte niethaar
tanden begonnen te klapperen, met een
dwaas tikkerig geluidje, dat ze pro
beerde te verbloemen met lachen
een blijkbaar gedwongen vroolijklieidje,
dat verdacht veel op huilen leek.
„Kom kom, toe nu maar," zei Tony
kalmeerend, terwijl hjj den wagen liet
stoppen. „Je hebt een zenuwachtigen
avond gehadstraks knap je wel
op."
„Let maar.niet op me," wist
ze uit te brengen. „Ik. ik weet
niet, hoe ikme zoo aan heb kunnen
stellen."
„Aanstellen! Dat heb je niet gedaan,
dus begin er nu ook maar niet mee,"
zei de jonge dokter. „Pak 't bij z'n
kraag en zet 't gewoon van je af. Ik
zal hier een paar minuten blijven staan
't staat te gek. als je huilend thuis
komt. Ja ja.... toe nou maar....
mooi zoo," moedigde hjj haar aan,
terwijl zij haar snikken probeerde te
bedwingen, ,,'t Is zoo over, zul je
zien."
Om het proces te verhaasten, klopte
hij eerst op haar hand en toen op haar
schouderen nu moet u wetenhij
klopte op den schouder, die 't verste
van hem af was; dus hij moest zijn arm
om haar capeje heen ronden, om er bij
te kunnen.
„Zoo!" riep zij uit. Zij zuchtte diep
en ging rechtop zitten, ,,'t Is over."
En zij trachtte blij tegen hem te lachen,
om haar bewering te staven.
„Weet je 't zeker!"
„Ja. ik geloof 't wel."
Zij keken elkaar aan in het flauwe
schijnsel der verholen lampjes van het
dashbord, en hoewel haar glimlach
niet lang geduurd had, vond Tony, dat
zij er, zoo mogelijk, nog liever had uit
gezien dan wanneer ze ernstig keek.
Het was derhalve met een zekeren
weerzin, dat dr. Pammister zijn voet
op het gaspedaal zette, en vernam,
waar zij zijn moest. Eerst rechtsaf,
toen linksaf. en toen, in het voor
name midden van East Plymptou.
stoppen voor een groot huis.
„Er brandt nog licht op vaders ka
mer," zei ze, door het raampje naar
boven kijkend. „Hij wacht altijd op
me. Daar heb ik óók zoo over in angst
gezeten. daar ginds."
„Ik begrijp 't," zei Tony.
„Zult u aan niemand vertellen
wat er vanavond gebeurd is!" vroeg
ze ernstig.
„Dat weet u wel."
„Vader en moeder zijn zoo verschrik
kelijk precies." ging ze voort, met haar
handen aan haar kapsel, om zich te
overtuigen, dat het goed zat. „En ik
begrijp nu pas. dat ze gelijk hebben."
Hij knikte en zei: „Natuurlijk hebben
ze gelijk. Wacht maar eens, tot u zelf
kinderen hebt."
Een oogenblik, terwijl zij elkaar nog
aankeken, keken zij beiden, zonder het
te willen of helder te weten, de toekomst
in, naar den kant, waarheen Tony had
gewezen. Toen, ietwat gehaast, sprak
zij .verder, maar met zachter stem dan
eerst. „U bent ontzaglijk vriendelijk
voor me geweestWilt u morgen
middag niet een kopje thee bij ons
komen drinken! We zullen maar zeg
gen, dat u.een goede vriend van
me bent."
„Dolgraag!" zei Tony, nauwelijks
wachtend, tot ze was uitgesproken.
„Ik wou, dat ik een manier wist
omom 't je te vergelden, wat, je
voor me gedaan hebt allemaal."
„O ja! Dat kun je heel makke
lijk..
„Hoe dan!" vröeg ze, en met haar
lippen iets van elkaar wachtte ze op
zijn antwoord. Met een levendigen, wat
droef getinten blik nam ze zijn gezicht
in zich op.
Ten antwoord sloeg hij eerst zijn arm
om haar heen, en toen kuste hjj haar.
En zij bood geen weerstand. Ze pro
beerde bijvoorbeeld niet, hem uit den
auto te duwen en hem met zijn hoofd
tegen een kei te gooien.
Toen Tony alleen naar huis reed.
kwam er opeens een dier gedachten in
hem op, die het menschelijk geslacht
zoo belangwekkend maken.
„Wat ben ik een gek geweest,"
dacht hij heftig. „Toen ik haar pas
aan den kant van den weg zag staan
vanavond. dacht ik zoowaar, dat
zij 't lokaas in de een of andere val
was!"
„Verbazend ongezond" is 't oordeel
van den medicus over het ouder-
wetsche rijgcorset. Moderne kleeding
en hygiëne stellen andere eischen.
Een van de eischen van moderne
hygiëne isgebruik Nela, het uiterst
zachte, sterk absorbeerende celstof-
verband. Nela is bovendien gemak
kelijker, omdat het ouderwetsche
wasschen thans heelt afgedaan.
Aas voorkaai wit, aai ëtl
adrtcrkaat
AANGETAST DOOR
TANDSTEEN
(Wat Se laadspatfcl te (al)
Hij weet niet, dat zijn tanden aan de achterzijde door
tandsteen zijn aangetast. Bij vele menschen zijn de
tanden aan de voorzijde schitterend wit, terwijl de
achterzijde in ernstige mate tandsteenvorming ver.
toont. Tandsteen is veel gevaarlijker dan men ge=
woonlijk denkt. Langzaam maar zeker wordt een
harde laag tandsteen op den tandhals gevormd, I
wat ten slotte kan leiden tot het verlies van s,,
de tanden. Verzorg daarom Uw tanden met
Solidox, het nieuwe Nederlandsche tandpasta,
dat het heilzame preparaat Sulforicinoleaat
bevat en hierdoor de vorming van tandsteen
tegengaat. Tallooze wetenschappelijke proe.
ven in de Solidox-laboratoria hebben aan.
getoond, dat Solidox inderdaad tandsteen
voorkomt en verwijdert. Vele tandheel,
kundigen van naam hebben hierover inte
ressante studies geschreven. t
Begin nog heden Uw tanden te verzorgen
met Solidox. Gebruik Solidox«tandpasta
'smorgens en 'savonds en ga tweemaal per jaar naar
Uw tandarts; dan is Uw tandverzorging volmaakt.
CENT PER TUBE
VOLDOENDE VOOR 60 X POETSEN
Alleen Solidox heeft de eigen
schap, Uw tanden wit te
houden en ze tevens te be
schermen tegen tandsteen
door het bijzondere prepa
raat Sulforicinoleaat Neder-
landsch Octrooi No 19178).
O
T
ANNONCES
BETREFFENDE
worden in dit blad slechts opgenomen, indien zij
vooraf voorzien zijn van het stempel „Geen
bezwaar" tegen de plaatsing, afgegeven door
de Commissie van Controle op de Aanprijzing van
Geneesmiddelen en Geneeswijzen, waarvan het
Secretariaat is gevestigd:
SEGBROEKLAAN 33 - 's-GRAVENHAGE