i
m
V
Ti"
iSf .- a-
en korte rust in de sneeuw
i
Langs het nauwe rotspad voert de weg door het hooggebergte en over de gletsehers.
de Rocky Mountains hun ooren spitsen en kunnen
zeggen: „Daar woont nog familie van me."
Het is dan ook niet verwonderlijk, al doet het ons
op het eerste gezicht vreemd aan, dat de schapen
die in het Oetzdal weiden elk jaar langs 'n niet onge-
vaarlijken en in elk geval zeer lastigen weg over
gletsehers en bergpassen naar het Schnalsertal in
Zuid-Tirol gebracht wor
den. De beesten kunnen er
tegen en voelen zich tame
lijk goed thuis in het hoog
gebergte, doch het wordt
hachelijk als er veel sneeuw
val is, de hellingen elk
oogenblik een lawine kun
nen „loslaten" en de rots
spleten onzichtbaar zijn
geworden.
Het is een lange optocht,
die ook bij gunstig weer
niet gemakkelgk in het
gelid te houden is, al zijn
schapen dan ook dieren,
die elkaar steeds achtema-
loopen.
De stoet bestaat dikwijls
uit duizenden dieren en is
enkele kilometers lang, aan
gezien de schapen gaarne in
de voetstappen van hun
voorganger treden als de weg bijzonder zwaar is.
Als'de tocht volbracht is zijn de moeilijkheden ech
ter nog niet voorbij: dan moeten de beesten, die
niet „naar eigenaar gesorteerd" den weg hebben af
gelegd, door de bezitters uitgezocht worden om
ze onder te brengen in afgeschoten ruimten rondom
de gemeenschappelijke weide!
Like boer kent zijn schapen aan een
merkteeken op den rug of aan het oor
en zoekt dus bij aankomst de hem be-
hoorende dieren uit, om ze in n af
geschoten ruimte bijeen te drijven.
De zware tocht over den gletseher is
volbracht en onmiddellijk doen de
dieren zich te goed aan het voedsel,
dat ze op een sneeuwvrije berg
helling vinden.
Op een groote weide worden de
schapen na aankomst bijeengedreven
en in de met hekken afgeschoten
ruimten gebracht.
(Foto's Wettbild)
tv-