EEN UITKOMST VOOR DE HUISVROUW IN DEZEN TIJD het nieuwe produet der ton) Sunlight Zeep fabrieken BETER DAN ZEEP VOOR HET WASSCHEN VAN DE VAAT Mijnheer Kikkers zocht de flescli uit de medicijnkast op. „Ze is niet erg best." zei hij, weer binnenkomend. De kolonel was dit met hem eens, niettemin dronk hij haar op. „Ach, als ik aan dien Napoleon brandewijn denk, dien wij vroeger in Petersburg dronken," zei hij. De anec dote over den brandewijn duurde een uur, evenals het opdrinken van de flesch uit de medicijnkast. Toen stond de kolonel op. „Ik ga naar bed," kondigde hij aan. Opnieuw maakte hij een diepe buiging en kuste hij de hand van mevrouw Rikkers. „Wel te rusten, lief mevrouwtje," zei hij, waarna hij, een beetje onzeker, de trap opging, na eerst nog een achteloos knikje in de richting van mijnheer Rikkers te hebben gegeven. „Is hij niet indrukwekkend?" zei mevrouw Rikkers, toen zij alleen waren. Mijnheer Rikkers zei niets meer. Den volgenden dag was het Zaterdag, en mijnheer Rikkers besloot thuis te blijven en een ritje te maken, want het was prachtig weer. Daarom stond hij om acht uur op. Zijn vrouw was al beneden gekomen voor het ontbijt. „Hij slaapt nog," lichtte zij haar man in, „en, Hermanhij heeft zijn schoenen buiten de deur gezet." „Wat?" „We kunnen Katie of Annie niet vragen ze te poetsen." zei ze. „dus. „Dus. „Zal iemand anders het moeten doen. Wat zou de kolonel niet denken...." „Bedoel je mij?" vroeg mijnheer Rikkers. „Als jij het niet doet, zal ik het moeten doen," zei mevrouw Rikkers. „O, best," zei mijnheer Rikkers op den toon van iemand, die alle hoop heeft opgegevenen hij sloop als een dief naai de kamer van den kolonel. De morgen verstreek en de kolonel verscheen niet. Nadat hij de schoenen had gepoetst en ontbeten had, ging mijnheer Rikkers naar den stal, waar hij met veel moeite en zuchten kans zag Albert te zadelen. Hij bracht het paard juist naar buiten, toen de kolonel, opgewekt en met een rijkelijk ontbijt achter zijn knoopen, uit het huis kwam slenteren: een schitterende figuur in zijn rijkleeding. „Morgen, Rikkers," zei hij. „Pracht- dag voor een ritje, niet?" Dit zeggend zwaaide hij zich elegant in het zadel, gaf Albert de sporen en dTaafde weg. „Wat rijdt hij prachtig," zei mevrouw Rikkers, die met den kolonel uit het huis gekomen was. „Waar is die kan met tabakswater," zei mijnheer Rikkers. „Ik ga de rozen spuiten. De oogen van mevrouw Rikkers volgden den ruiter. Mijnheer Rikkers zag het en begon een verwoeden aanval op de bladluis. De kolonel kwam pas tegen lunchtijd terug. „Dat beest is lui," merkte hij op. Toen de lunch achter den rug was, strekte de kolonel zich uit in den grootsten stoel van de huiskamer, blies een rookwolkje uit en zei: „Zeg, Rikkers, je speelt toch zeker wel bridge?" „Dat doe ik," zei mijnheer Rikkers. „Zie een vierde te krijgen," zei de kolonel, „en, denk er om, Rikkers, ze moet klein zijn, blond en liefst onder de vijfentwintig, hoor. Wij Russen hebben een zwak voor blondjes!" Hij glimlachte tegen mevrouw Rik kers. „Ik zal m'n best doen," zei mijnheer Rikkers. Het resultaat was nu niet bepaald schitterend, want de partner, die hij vond, was donker, verre van klein en een flink eindje over de vijfentwintig heen. Ze speelden den heelen middag bridge en de kolonel won niet zoo'n beetje. Tijdens het diner onthaalde de kolonel hen op sterke verhalen over zijn helden daden met de zwarte dragonders, dat wil zeggen, hij onthaalde er mevrouw Rikkers op. Mijnheer Rikkers zat somber op zijn biefstuk te kauwen. Na het diner dronken ze van de wodka, die mijnheer Rikkers uit de stad had laten komen. Mijnheer Rikkers vond het nog steeds een afschuwelijk drankje. Hij had een gevoel in zijn keel, alsof hij met gesmolten prikkeldraad ge gorgeld had. Hij had weldra een hoogst onaangenamen smaak in zijn mond. Daarom pakte hij zijn oudste en meest geliefde pijp en stak er den brand in. De beschaafde neusvleugels van den kolonel trilden. „Zeg, Rikkers," merkte hij op, „wat een pijpWerkelijk, ouwe jongen, zou het niet beter zijn, als je een eindje om ging loopen? Ik zal intusschen mevrouw Rikkers wel bezighouden." Mijnheer Rikkers stond op. Hij haalde zijn horloge te voorschijn en keek er op. Hij keek de kolonel strak aan. „Het is nu," zei mijnheer Rikkers effen, „eenentwintig minuten over negen. Om negen uur vijftig gaat er een praclittreintje naar de stad. kolonel, als je je haast, dan kun je dat treintje nog net pakken." De wenkbrauwen van den kolonel schoten de hoogte in. „Wat? Waar praat je over?" Hij was oprecht verbaasd. Toen ontplofte mijnheer Rikkers. „Luister." schreeuwde hij. met een stem als 'n stormwind, „luister naar me. groote schaapskop. Probeer nou niet weer tegen me te beginnen, of ik vlieg je aan. Ik ben maar een doodgewoon kereltje, maar als ik eenmaal begin „Maar mijn beste kerel...." begon de kolonel. Mijnheer Rikkers wees met een tril lenden vinger naar de deur: „D'r uit!" brulde hij. De kolonel stond op. „Ik had zooiets van iemand als jij bent kunnen verwachten," zei hij. „Wanneer we hier in Petersburg zouden zijn en je was een heer, dan zou ik je uitdagen voor een duel op de sabel." „Wel, dit is Petersburg niet," riep mijnheer Rikkers, langzaam en met zwaaiende vuisten op den kolonel toekomend, „en als jij een heer moet verbeelden, dan ben ik blij, dat ik het niet ben." „In Rusland," kwam de kolonel koud, „hebben we een spreekwoord. „Ja," zei mijnheer Rikkers woedend, „en wij hebben een spreekwoord: Help een kerel zoo veel als je kunt, maar als hij daar misbruik van maakt, geef hem dan een pak slaag." Hij gaf een wilden klap in de richting van den kolonel, maar die vond het beter, haastig de deur uit te glippen. Mijnheer Rikkers stond diep adem halend midden in de kamer. „Ik zal de garage in het dorp waar schuwen om hem naar het station te brengen," zei hij. Zjjn vrouw keek hem met groote, glinsterende oogen aan. „O, Herman," hijgde zij. „Ik vind je zooveel prachtiger dan Ohineezen of Russen of wie dan ook." De scheikundigen van de bekende Sunlight Fabrieken hebben maandenlang gezocht naar het snelste en veiligste middel voor vatenwasschen. Het resultaat was Vet-Ex! Dus nu geen zeep meer voor het wasschen van de vaat! Dat doet Vet-Ex thans voor UI Alle vette voorwerpen worden met Vet-Ex snel en gemakkelijk schoon. En goedkooper dan met welke zeep ook! Vet-Ex lost onmiddellijk op en werkt grondig en veilig. Al ziet U geen schuim, toch reinigt Vet-Ex afdoende door de werking van haar zeer bijzondere en vetoplossende be- standdeelen. Probeer Vet-Ex eens voor vatenwasschen! Het tast geen enkel voorwerp aan; voorts geeft Vet-Ex geen reuk of smaak aan glas of porcelein, zooals sommige andere wasch- middelen doen. Voor het verwijderen van vet is Vet-Ex absoluut onovertroffen. Potten, pannen, lepels, vorken, messen, glaswerk en kristal, alles wordt met Vet-Ex in een oogwenk blinkend helder. U kunt dus Uw zeep sparen voor het wasschen van Uw linnen goed, nu Vet-Ex U helpt met de vaat! NU GEEN ZEEP MEER VOOR DE VAAT, NEEM VET-EX THANS TE BAAT Eén pak is ruim voldoende voor 25 keer vatenwasschen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1941 | | pagina 15